Naar het oordeel van de rechtbank heeft eiser tegenover de onderbouwde weerspreking door verweerder niet aannemelijk gemaakt dat hij het voor de zelfstandigenaftrek benodigde aantal uren aan de onderneming heeft besteed. De rechtbank volgt verweerder in zijn stelling dat gelet op de in 2012 gedeclareerde uren gedeeld door eisers gangbare uurtarief en rekening houdend met veel indirecte uren, ei…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2016:15287
Geef een reactie