• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

LJN: BZ1320, Hoge Raad, CPG 11/05308

18 februari 2013 door redactie

CONCLUSIE PG Deze zaak is voor conclusie geselecteerd vanwege de vraag hoe de zinsnede ‘omzetbelasting welke hij, anders dan op grond van dit artikel, niet verschuldigd is geworden’ uit artikel 37 van de Wet op de omzetbelasting 1968 (hierna: de Wet) moet worden uitgelegd en in hoeverre artikel 37 in overeenstemming is met de corresponderende richtlijnbepaling. Aanleiding van de procedure was de verkoop, in 1999, van onroerende zaken door een van de tot belanghebbende behorende vennootschappen. De onroerende zaken zijn in 2005 geleverd. De koper heeft in 1999 ter zake van de koop f. 5.500.000,- (€ 2.495.791,19) overgemaakt naar een kwaliteitsrekening van een notaris. Destijds is geen factuur opgemaakt en is aan de fiscus geen omzetbelasting voldaan. Bij de levering in 2005 heeft de notaris op de nota van afrekening de koopprijs van € 2.495.791,19 vermeld, vermeerderd met 19% omzetbelasting (afgerond € 474.200). Op haar aangifte omzetbelasting over het tijdvak maart 2005 heeft belanghebbende ter zake van de levering van de onroerende zaken een bedrag van € 102.486 aan verschuldigde omzetbelasting aangegeven en voldaan. Zij stelt zich op het standpunt dat zij de overige omzetbelasting (€ 371.714) al in 1999 verschuldigd is geworden, en niet nogmaals in 2005 verschuldigd wordt. De rechtbank Breda oordeelt dat op de notarisafrekening in 2005 een te hoog bedrag aan omzetbelasting is vermeld en dat belanghebbende in zoverre omzetbelasting is verschuldigd op grond van het bepaalde in artikel 37 van de Wet. Het hof ‘s-Hertogenbosch (hierna: het Hof) gaat er veronderstellenderwijs van uit dat in 1999 sprake was van een vooruitbetaling waarin begrepen was een bedrag van € 371.714 aan omzetbelasting ter zake van een toekomstige belaste levering, zodat op de afrekening van de notaris in 2005 een te hoog bedrag aan omzetbelasting is vermeld en belanghebbende dat te hoge bedrag in 2005 verschuldigd is geworden op de voet van artikel 37 van de Wet. Belanghebbende komt in cassatie met drie middelen op tegen het oordeel van het

Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BZ1320

Filed Under: Jurisprudentie

Reageer
Vorige artikel
LJN: BZ0586, Hoge Raad, 12/03989
Volgende artikel
LJN: BZ1510, Rechtbank Breda, 12/2816

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

deadline 30 september

Geen herinvesteringsreserve zonder concreet voornemen bij verkoop onderneming

Mag een bv een herinvesteringsreserve (HIR) vormen als de directeur pas later en in privé afspraken maakt over participatie? Nee, oordeelt Rechtbank Zeeland-West-Brabant. Zonder concreet en aantoonbaar voornemen op de balansdatum is dotatie aan de HIR niet toegestaan.

waarde huis box 3

Hof bevestigt WOZ-waarde van € 2.030.000; informatieplicht nageleefd

De WOZ-waarde van een woning blijft staan. Het hof ziet geen fout in de informatieverstrekking.

buitenlands belastingplichtigen

Fiscale belang trailing tax beperkt

Het fiscale belang van een verlengde belastingplicht na emigratie voor zeer vermogende personen is beperkt en de uitvoeringslasten zijn groot.

Belastingontwijking

Bronbelasting zeer effectief bij bestrijding rente- en royaltystromen

De bronbelasting blijkt zeer effectief in de bestrijding van rente- en royaltystromen, al is er weinig effect zichtbaar in de dividendstromen naar laagbelastende jurisdicties. Ook blijkt de maatregel tegen mismatches bij toepassing van het zakelijkheidsbeginsel effectief in het tegengaan van dubbele niet‑heffing.​

arbeidsrecht

Nettoloon stijgt in 2026

Het nettoloon van werkenden gaat volgend jaar omhoog doordat belastingmaatregelen gunstig uitpakken. Volgens berekeningen van hr- en salarisdienstverlener ADP gaat een werknemer met een modaal brutosalaris van € 3.704 per maand er in januari € 26 netto op vooruit.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

AGENDA

Webinar voorjaarsnota & vooruitblik Belastingplan 2026

Online cursus Estate planning voor de AB-houder & inkomstenbelasting

Masterclass verantwoord adviseren: Ethiek als kompas in de fiscaliteit

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

Verdiepingscursus DGA-advisering

Leergang Erfrecht

Stoomcursus Estate planning praktisch ingezet

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Mindful het nieuwe jaar in

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×