• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Wanneer kwalificeert woning als hoofdverblijf?

29 juni 2016 door Rachida Lachhab

Voor de beoordeling waar een belastingplichtige zijn hoofdverblijf heeft, wordt gekeken naar zijn centrale levensplaats. Dat is de plaats waar zich naar omstandigheden het middelpunt van zijn persoonlijke en economische belangen bevindt.

Belanghebbende had samen met haar zoon een woning gekocht. Echter, zij bleef in de GBA ingeschreven op het adres van haar huurwoning. Haar zoon had zich wel ingeschreven op het adres van de koopwoning. In haar aangifte inkomstenbelasting claimde belanghebbende in 2011 een aftrekpost voor de eigenwoningkosten.

 

Zowel Hof Amsterdam als Rechtbank Noord-Holland waren van mening dat belanghebbende geen recht had op aftrek van eigenwoningkosten omdat de koopwoning niet als hoofdverblijf diende. Volgens het hof was het hoofdverblijf van de belastingplichtige synoniem voor haar centrale levensplaats. Waar belanghebbende haar centrale levensplaats had, moest naar de omstandigheden beoordeeld worden. Het hof gaf aan dat hierbij beslissend was waar zich het middelpunt van de persoonlijke en economische belangen van de belastingplichtige bevond. Het hof kwam tot de conclusie dat de centrale levensplaats zich op de plaats van de huurwoning bevond. Belanghebbende stond nog ingeschreven op het adres van de huurwoning, waarvoor zij een verhuisvergoeding van de gemeente had gekregen, onder de voorwaarde dat het ging om permanente bewoning. Ook had zij een parkeervergunning voor bij de huurwoning. Daarnaast was haar huisarts gevestigd in de buurt van haar huurwoning. Aangezien een huisarts alleen patiënten binnen een bepaald postcodegebied in zijn praktijk mag hebben, kon het standpunt van belanghebbende niet meer staande worden gehouden.

 

Wet: Artikel 3.111 Wet Inkomstenbelasting 2001

Meer informatie: Gerechtshof Amsterdam, 17 mei 2016 (gepubliceerd 24 juni 2016), ECLI:NL:GHAMS:2016:1972

Filed Under: Eigen woning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Wijzigingen procesrecht: nota nav verslag naar EK
Volgende artikel
Uitnodiging tot het doen van aangifte beslissend

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

eigenwoningschuld

Standpunt overgangsrecht bestaande eigenwoningschulden en fictieve vervreemding eigen woning

De Kennisgroep onroerende zaken heeft de vraag beantwoord of het recht op overgangsrecht voor bestaande eigenwoningschulden kan herleven als sprake is van een fictieve vervreemding van de oude eigen woning en vervolgens een nieuwe eigen woning wordt gekocht.

vrouw laptop

Beantwoording nadere vragen Eerste Kamer over gezamenlijke basistarief

Staatssecretaris Heijnen beantwoordt nadere vragen van de Eerste Kamer over de mogelijkheden om de maximale aftrek voor aftrekbare kosten voor een eigen woning te koppelen aan de 1e schijf in box 1 van de inkomstenbelasting.

Wet betaalbare huur

Woning in Nederland geen toekomstige eigen woning; Duitse lening wel aftrekbare box-3-schuld

Het hof beslist dat een in Nederland gelegen appartement niet onder de overbruggingsregeling van art. 3.111 lid 3 Wet IB 2001 valt. De woning hoort daarom in box 3. De in Duitsland afgesloten lening is wél aangegaan voor de aankoop van de woning en verlaagt de rendementsgrondslag.

Villabelasting niet in strijd met algemene rechtsbeginselen

Hof Amsterdam oordeelt dat het verhoogde eigenwoningforfait voor woningen boven €1,1 miljoen en de afbouw van de Hillen-regeling niet in strijd zijn met het gelijkheids- of evenredigheidsbeginsel. Ook is geen sprake van discriminatie onder art. 14 EVRM of strijd met art. 1 EP EVRM.

Strikte toepassing grens startersvrijstelling bij overdracht woning

Een koper van een woning die net boven de grens voor de startersvrijstelling zit, moet de volledige overdrachtsbelasting betalen. De rechtbank volgt strikt de wet en ziet geen ruimte voor uitzondering, ook al is het verschil met de waardegrens gering.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass in de Eigenwoningregeling

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×