• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Hoge Raad verduidelijkt dwangsomregeling

23 april 2024 door Michel Halters

Als een belastingplichtige de inspecteur verzoekt om aanpassing van onherroepelijke aanslagen IB/PVV vanwege een verlaging van de WOZ-waarde, is daarop de dwangsomregeling van toepassing. De belastingplichtige kan twee weken na het verzoek om aanpassing van de aanslagen de inspecteur in gebreke stellen.

Een woningeigenaar verzoekt de inspecteur bij brief van 14 augustus 2021 de onherroepelijk vaststaande aanslagen IB/PVV 2017 t/m 2019 volgens artikel 18a AWR te verminderen vanwege door de gemeente verlaagde WOZ-waarden. Daarbij heeft de woningeigenaar de inspecteur in gebreke gesteld wegens niet-tijdig beslissen en hem een termijn van twee weken gesteld. De inspecteur heeft de vermindering pas veel later verleend. Volgens de inspecteur is hij echter geen dwangsom verschuldigd omdat een beschikking in de zin van art. 18a AWR niet een beschikking op aanvraag is in de zin van artikel 4:17 lid 1 Awb. Hof Arnhem-Leeuwarden ( NTFR 2023/854 ) is het daarmee eens.

Oordeel Hoge Raad

De Hoge Raad oordeelt echter anders. Het verzoek van 14 augustus 2021 is volgens de cassatierechter een aanvraag in de zin van artikel 1:3 lid 3 Awb. De beschikking die daarop behoort te worden genomen moet daarom worden aangemerkt als een beschikking op aanvraag in de zin van artikel 4:17 Awb. Dat de inspecteur volgens artikel 18a lid 2 AWR ook zonder verzoek gehouden is de beschikking te geven binnen de in dat artikel gestelde termijn, doet daaraan niet af. Wanneer de in art. 18a lid 2 AWR gestelde termijn reeds is verstreken op het moment van het doen van een dergelijke aanvraag, is het (langer) uitblijven van de beschikking vanaf dat moment aan te merken als het niet-tijdig geven van een beschikking op aanvraag in de zin van artikel 4:17 lid 1 Awb.

Toch geen cassatie

Tot cassatie leidt dit echter niet. Voor de toepassing van artikel 4:17 Awb is de inspecteur namelijk niet reeds bij of direct na het doen van de aanvraag in gebreke om op die aanvraag een beschikking te geven. Dat zou niet verenigbaar zijn met het onderscheid dat in artikel 4:17 Awb wordt gemaakt tussen ‘de aanvraag’ en ‘de ingebrekestelling’. Een ingebrekestelling in een dergelijk geval is pas mogelijk indien de inspecteur niet binnen twee weken, na ontvangst van de aanvraag alsnog de beschikking ex artikel 18a AWR heeft gegeven. Aangezien de eigenwoningbezitter de inspecteur in de aanvraag direct in gebreke heeft gesteld, kan die ingebrekestelling niet tot een dwangsom leiden.

Slotopmerking Hoge Raad

De Hoge Raad merkt tot slot nog op dat artikel 6:12 Awb over het instellen van beroep wegens niet-tijdig nemen van een besluit niet is beperkt tot beschikkingen op aanvraag. Daardoor kan de inspecteur wel meteen op de voet van artikel 6:12 lid 2 letter b Awb in gebreke worden gesteld nadat de termijn van artikel 18a lid 2 AWR is verstreken.

De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep ongegrond.

Wet: art. 18a AWR, art. 1:3 , art. 4:17 en art. 6:12 Awb

Bron: Hoge Raad 19 april 2024, ECLI:NL:HR:2024:614, 23/01813

Masterclass in de Eigenwoningregeling

De afgelopen jaren is de fiscale wet- en regelgeving in de eigenwoningregeling op verschillende punten gewijzigd. Sommige regelingen zijn verre van begrijpelijk en lastig uitvoerbaar. Met name als partners samen een woning kopen en een hypotheekverleden hebben. Ook speelt het nieuwe huwelijksvermogensrecht een grote rol in de samenstelling van de nieuwe hypotheekconstructie en de gevolgen hiervan als partners uit elkaar gaan.

Meer informatie en aanmelden

Filed Under: Fiscaal nieuws, Formeel belastingrecht, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Gewijzigd KGS BOR bij verdeling huwelijksgoederengemeenschap bij echtscheiding (gift)
Volgende artikel
Niet aangeven inkomsten door cryptohandelaar is pleitbaar

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Werk-productieplan MKB 2025-2

De Belastingdienst heeft het Werk-/Productieplan MKB gepubliceerd.

luxemburg

Informatiebeschikking over Luxemburgse bankrekeningen terecht

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur de informatiebeschikking terecht heeft opgelegd voor de jaren 2008-2014. Voor de jaren 2015-2018 vervalt de beschikking omdat inmiddels aanslagen zijn opgelegd. De man moet alsnog binnen zes weken de gevraagde informatie over Luxemburgse bankrekeningen verstrekken.

Hof moet ontvankelijkheid hoger beroep aftrek zorgkosten partner opnieuw beoordelen

De Hoge Raad oordeelt dat het hof het hoger beroep van een vrouw ten onrechte heeft afgewezen wegens het ontbreken van een volmacht. Het hof moet opnieuw onderzoeken of de vrouw zelf hoger beroep mocht instellen tegen de aanslag van haar ex-echtgenoot.

contant geld

Negatieve kas en contante stortingen rechtvaardigen navordering en boeten

Het Hof ’s-Hertogenbosch bevestigt dat de inspecteur terecht navorderingsaanslagen en vergrijpboeten heeft opgelegd aan een ondernemer met negatieve kasstanden en contante stortingen zonder bekende herkomst over 2011 en 2012. De man deed niet de vereiste aangiften en de bewijslast mag worden omgekeerd. Wel ontvangt hij 4.000 euro immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn.

schuld aansprakelijkheid beestuurder

Internetconsultatie evaluatierapport Wet homologatie onderhands akkoord

Het ministerie van Justitie en Veiligheid is een internetconsultatie gestart over het evalutatierapport Wet homologatie onderhands akkoord.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Staken van de onderneming: (turbo)liquidatie, WHOA liquidatie akkoord

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×