Nu niet is voldaan aan de door de wetgever gestelde voorwaarden in artikel 8.15 van de Wet IB 2001, komt belanghebbende niet in aanmerking voor alleenstaande-ouderkorting.
Belanghebbende heeft nog de stelling ingenomen dat het in strijd zou zijn met de eisen van de redelijkheid en billijkheid als aan haar het recht op alleenstaande-ouderkorting zou worden onthouden. Ook die stelling kan haar n…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2017:1580
Geef een reactie