Omzetbelasting. In geschil is of ter zake van de leveringen van de landbouwwerktuigen terecht het tarief van nihil is toegepast. Naar het oordeel van de rechtbank heeft belanghebbende niet aannemelijk gemaakt dat X de feitelijke afnemer van de landbouwwerktuigen was. Gelet op de specifieke feitelijke omstandigheden mocht belanghebbende, naar het oordeel van de rechtbank, wel erop vertrouwen dat Y optrad als vertegenwoordiger van X en had hij voldoende voorzorgsmaatregelen genomen door het identiteitsbewijs van Y op te vragen en het BTW-identificatienummer van X te verifiëren. Belanghebbende mocht er dan ook op vertrouwen dat hij zaken deed met X, waardoor hij het tarief van nihil kon toepassen. Het beroep is gegrond.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BY1421





Geef een reactie