Belanghebbende koopt in 2002 van een gemeente voor ruim € 1 mln. een perceel grond dat hij in 2003 voor ruim € 1,8 mln. doorverkoopt aan de BV, waarin hij een aanmerkelijk belang bezit. De primitieve aanslag IB/PVV 2003 wordt in 2005 opgelegd conform de ingediende aangifte. Naar aanleiding van een in 2007 ingesteld boekenonderzoek legt de Inspecteur in 2009 een navorderingsaanslag IB/PVV 2003 op, waarin hij stelt dat de BV aan belanghebbende een vermomde winstuitdeling heeft gedaan. Hof: vaststaat dat de Inspecteur ten tijde van de primitieve aanslagregeling op de hoogte was van de grondtransacties van belanghebbende met de gemeente en de BV, dat de Inspecteur beschikte over correspondentie tussen belanghebbende en de gemeente ter zake van deze grondtransacties, en dat de Inspecteur beschikte over een in opdracht van belanghebbende opgemaakt taxatierapport. Deze omstandigheden hadden de Inspecteur aanleiding moeten geven alvorens de primitieve aanslag IB/PVV 2003 op te leggen, nadere informatie omtrent de grondtransacties te vragen. Door dit na te laten, heeft hij een ambtelijk verzuim begaan dat navordering verhindert. Evenmin is belanghebbende te kwader trouw. De vraag of belanghebbende een vermomde uitdeling van winst heeft ontvangen, behoeft alsdan geen beantwoording. (Hoger beroep gegrond).
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BX8783





Geef een reactie