• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Tools & andere downloads
    • Verdieping
  • Thema’s
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid
    • Estate planning
    • Tax Technology
    • Alle thema’s
  • Belastingplan
  • Opleidingen
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Fiscaal en meer
    • Addify (voorheen Taxvice)
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Tools en andere downloads

A-G: Te hoog forfaitair rendement overige beleggingen

19 september 2023 door Remco Latour

wet rechtsherstel box 3 en beleggers

Advocaat-generaal Wattel concludeert dat de Wet rechtsherstel box 3 onvoldoende rechtsherstel biedt voor beleggers die meer dan gemiddelde pech hebben.

In de desbetreffende zaak hebben twee echtgenoten een eigen woning, een tweede woning die zij incidenteel verhuren en twee verhuurde appartementen. De tweede woning en de verhuurde appartementen zijn box 3-vermogen. De echtgenoten zijn medegerechtigd tot de reserves van de drie verenigingen van eigenaren (VvE’s). Daarnaast bestaat het box 3-vermogen van het echtpaar uit banktegoeden en vorderingen. Op grond van het besluit rechtsherstel box 3, later gecodificeerd in de Wet rechtsherstel box 3, past de inspecteur een forfaitair rendement van 5,38% toe op de overige bezittingen. Tot die overige bezittingen behoort ook de medegerechtigdheid tot de reserves van de VvE’s. Het echtpaar stelt dat de Belastingdienst een te hoog forfaitair rendement heeft toegepast. Daarom beginnen de echtgenoten een beroepsprocedure. Hof Arnhem-Leeuwarden stelt de echtgenoten in het gelijk. Zie NTFR 2023/185 en ‘Aandeel Vve-reserve waarderen op forfait bank- en spaartegoeden’.

Rechtsherstel op basis van werkelijk rendement

De staatssecretaris van Financiën gaat in cassatie tegen de hofuitspraak. Hij stelt dat het hof ten onrechte is afgeweken van de Wet rechtsherstel box 3. De Advocaat-generaal (A-G) meent dat deze wet mogelijk voldoende rechtsherstel biedt als het gaat om banktegoeden. Maar met betrekking tot de overige beleggingen is de willekeur van het forfaitaire rendement eerder toe- dan afgenomen. De Wet rechtsherstel box schendt het discriminatieverbod en het eigendomsgrondrecht minstens evenzeer en even systemisch als de oude box 3 in 2017. De A-G meent dat de Hoge Raad duidelijk moet uitspreken dat een gemiddelde belasting grondrechtelijk niet klopt. Zij is nooit te verenigen met het discriminatieverbod en het eigendomsgrondrecht. De Wet rechtsherstel box 3 onthoudt systemisch rechtsherstel aan beleggers die een lager dan gemiddeld rendement behalen en bevoordeelt beleggers die bovengemiddeld scoren. Daarom bepleit de A-G een tegenbewijsregeling, waardoor rechtsherstel bestaat uit een daadwerkelijke benadering van het werkelijke individuele nettorendement.

Saldering van rendementen

Verder gaat de A-G in op de kwalificatievraag of een aandeel in een VvE een banktegoed of een overige bezitting is. De wetgever ziet zo’n aandeel als een overige bezitting. De A-G concludeert daarom dat het hof de kwalificatievraag onjuist heeft beantwoord. Bovendien meent de A-G dat de wetgever met de kwalificatie van het aandeel in de VvE de grondrechten van de belastingplichtigen niet heeft geschonden. Het hof had daarom het verschil tussen het wettelijke en het werkelijke nettorendement op het totale vermogen moeten vaststellen. De wetgever wil immers onder de Wet rechtsherstel box 3 het werkelijke nettorendement van de belastingplichtige op zijn vermogen beter benaderen. Daarom moet men verliezen en winsten en hoge en lage rendementen op alle vermogensbestanddelen dus salderen. De A-G adviseert de Hoge Raad om de zaak te verwijzen naar de feitenrechter voor nader onderzoek.

Kwantificatie van toegestane marge

De A-G merkt nog op dat het de feitenrechtspraak zeer zou helpen als de Hoge Raad kwantificeert welke marge is toegestaan tussen heffing op basis van het werkelijke nettorendement en heffing op basis van het wettelijke rendement. De feitenrechter zal namelijk het feitelijke nettorendement op het totale vermogen moeten bepalen. Blijft het verschil met het wettelijke rendement binnen de te formuleren tolerantiemarge? Dan moet het verwijzingshof de hogere beroepen afwijzen. Zelfs als het feitelijke nettorendement op enig specifiek vermogensbestanddeel mogelijk lager is dan het wettelijke rendement op dat specifieke bestanddeel. Als dat verschil buiten die tolerantiemarge valt, moet het verwijzingshof de box 3-grondslag verlagen naar het werkelijke rendement.

Wet: art. 3, derde lid Wet rechtsherstel box 3

Bron: Parket bij de Hoge Raad 1 september 2023 (gepubliceerd 18 september 2023), ECLI:NL:PHR:2023:655, 23/00653 en 23/00654

Actualiteiten Webinar Box 3 – vermogenswinstbelasting 2027

Tijdens deze twee uur durende webinar zal Nick van Bemmel, expert op het gebied van box 3, je meenemen door het wetsvoorstel en de aandachtspunten in de box 3 – advisering bespreken. 

Meer informatie en aanmelden

Filed Under: Financiële planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Reactie NOB Fiscale verzamelwet 2025
Volgende artikel
Vage raamovereenkomst maakt geen afnemer

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Geldplan bijna pensioen

Internetconsultatie over verlenging transitieperiode naar nieuw pensioenstelsel

Het ministerie van SZW is een internetconsultatie gestart over de verlenging van de transitieperiode naar het nieuwe pensioenstelsel.

inkomenstenbelasting en wonen in het buitenland

Alleen box 1-inkomen binnenlandse periode telt voor IB-deel ahk

Het inkomen in de buitenlandse periode verlaagt niet het IB-deel van de algemene heffingskorting van een immigrerende belastingplichtige.

vermogensverdeling

Inkomsten die los van elkaar staan, zijn apart te belasten

Als een later gestort bedrag niet hetzelfde vermogen is als box 3-vermogen aan het begin van het jaar, zijn in beginsel beide bedragen te belasten.

revisierente

Leeftijd op moment van verzoek tot afkoop polis is bepalend

Onder voorwaarden blijft revisierente achterwege als de verzekerde vóór het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd om de afkoop van de lijfrentepolis heeft verzocht.

startersvrijstelling

Kabinet wil Overbruggingswet box 3 niet aanpassen

Het kabinet is van mening dat de Overbruggingswet box 3 naar redelijkheid uitvoering geeft aan het Kerstarrest en voor een evenwichtige oplossing zorgt. Dit schrijft staatssecretaris Van Rij in een brief aan de Tweede Kamer waarin op verzoek van de vaste commissie voor Financiën gereageerd wordt op een position paper van Public Value.

Geef een reactie Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Pensioen voor de ondernemer

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2023

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

On demand cursus Wet toekomst pensioenen

Cursus Recente wijzigingen box 3

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Tools en andere downloads
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • Fiscaal en meer
  • Addify (voorheen Taxvice)
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • Twitter
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×