• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Tools & andere downloads
    • Verdieping
  • Thema’s
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Estate planning
    • Tax Technology
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Fiscaal en meer
    • Addify (voorheen Taxvice)
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Duurzaamheid
  • Tools en andere downloads

Dwangsom vragen voor trage verliesverrekeningsbeschikking?

26 april 2022 door Remco Latour

Moet de Belastingdienst naar aanleiding van een aangifte een verliesverrekeningsbeschikking opstellen? Dan is volgens de fiscus geen dwangsom te vorderen als de inspecteur lang wacht met het reageren op dat verzoek tot verrekening.

Negatieve winst uit onderneming

Gedurende de coronacrisis hebben veel ondernemers te maken gehad met dalende resultaten. Velen hebben voor de inkomstenbelasting (IB) negatieve winsten uit onderneming behaald, oftewel verliezen geleden. De Belastingdienst neemt over een bepaald jaar geen hoger bedrag aan ondernemingsverlies in aanmerking dan het verlies uit werk en woning van dat jaar. De eerste verrekening vindt dus plaats met eventueel positieve inkomens uit hetzelfde jaar binnen box 1. Bij de berekening van een verlies uit werk en woning laat de inspecteur overigens een eventueel te conserveren inkomen buiten beschouwing.

‘Carry back’ en voorwaartse verliesverrekening

Een IB-ondernemer kan een verlies uit werk en woning uit een bepaald kalenderjaar verrekenen met het positieve inkomen uit werk en woning van de drie voorafgaande jaren. Men spreekt dan van achterwaartse verliesverrekening of ‘carry back’. Een resterend bedrag aan verlies valt te verrekenen met de positieve inkomens uit werk en woning van de negen daaropvolgende kalenderjaren. Verliesverrekening vindt plaats in de volgorde waarin de verliezen zijn ontstaan en de inkomens zijn genoten. Een verlies uit een bepaald jaar verdampt voor zover het niet is verrekend met de positieve inkomens van de drie voorafgaande jaren en de negen volgende jaren.

Langere carry back voor gemoedsbezwaarden

Sommige ondernemers hebben als gemoedsbezwaarde ontheffing gekregen van de sociale verzekeringsplicht. Zulke ondernemers kunnen verzoeken om een langere periode van carry back. Voor hen bedraagt de periode van achterwaartse verliesverrekening acht in plaats van drie jaar. Deze regel valt ook toe te passen op ondernemingsverliezen die zijn toe te rekenen aan kosten en lasten van schade als gevolg van risico’s die vergelijkbare, niet-gemoedsbezwaarde ondernemers doorgaans verzekeren. 

Inspecteur stelt verliesvaststellingsbeschikking op

De inspecteur dient het bedrag van een verlies uit werk en woning vast te stellen in een beschikking. Hij moet daarbij eveneens aangeven in welke mate het gaat om een ondernemingsverlies. Het is mogelijk in bezwaar en beroep te gaan tegen een verliesvaststellingsbeschikking. Stel nu dat de inspecteur naderhand vermoedt dat het verlies op een te hoog bedrag is gesteld. In dat geval kan hij de verliesvaststellingsbeschikking te herzien.

Fiscus stelt verliesverrekeningsbeschikking op

Komt het tot een verliesverrekening, dan moet de inspecteur ook deze verrekening opnemen in een beschikking. Deze beschikking staat eveneens open voor bezwaar en beroep, al staan deze rechtsmiddelen alleen open tegen de vaststelling van het verlies. Als een ondernemer geen belasting is verschuldigd, kan hij ook in bezwaar en beroep gaan tegen het verrekende bedrag in een beschikking waarin een voorwaartse verliesverrekening is vastgesteld.

Dwangsomregeling niet van toepassing

Een zaak voor Rechtbank Noord-Nederland betrof een man die in zijn aangifte IB/PVV 2018 een verlies uit terbeschikkingstelling had opgegeven van bijna € 130.000. Na verrekening met de andere box 1-inkomsten was het inkomen uit werk en woning over 2018 € 90.806 negatief. De man verzocht de Belastingdienst op 8 oktober 2020 om dit verlies te verrekenen met de positieve inkomens uit de jaren 2015, 2016 en 2017. Op 24 februari 2021 stelde de man de fiscus in gebreke vanwege het niet reageren op zijn verzoek. Ook verzocht hij om toepassing van de maximale dwangsom. Maar de inspecteur stelde dat het doen van aangifte geen aanvraag was en de verliesbeschikking geen beschikking op aanvraag was. Daardoor was de dwangsomregeling niet van toepassing. De man ging daartegen in beroep, maar was zelf te laat met zijn beroepschrift. De rechtbank verklaarde zijn beroep daarom ongegrond.

Wet: art. 3.148, 3.149, 3.150, 3.151, 3.152 en 3.153 Wet IB 2001

Bron: Rechtbank Noord-Nederland 5 april 2022 (gepubliceerd 19 april 2022), ECLI:NL:RBNNE:2022:1062, AWB 21/3609

Masterclass Verliesverrekening

Verliesverrekeningsspecialist dr. Frank Elsweier behandelt de relevante fiscale aspecten van de Nederlandse verliesverrekeningsregels. Hij gaat onder andere in op de huidige verliesverrekeningstermijnen en de voorgestelde verliesverrekeningstemporisering die per 1 januari 2022 in werking zijn getreden.

Meer informatie en aanmelden

Filed Under: IB-ondernemer, Nieuws, Verdieping, Verdieping

Reageer
Vorige artikel
Haal je als fiscaal professional alles uit je bedrijf?
Volgende artikel
Van der Wilt: terechte toerekening vrijvalwinst aan dochter

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

voorlopige aanslag 2021

Van Rij verschaft duidelijkheid over correctiebeleid

Staatssecretaris Van Rij geeft in een toelichting aan waarom hij geen cassatieberoep instelt tegen de uitspraken van Hof Amsterdam inzake het correctiebeleid bij een te betalen bedrag van minder dan € 225. Daarbij kondigt hij ook aan op korte termijn meer duidelijkheid te verschaffen over het correctiebeleid.

Jarenlange advisering van verbonden bv’s is een onderneming

Het maakt niet uit dat opdrachtgevers aan elkaar verbonden zijn en op hetzelfde adres gevestigd zijn, als er sprake is van verschillende activiteiten en ook de verrichte werkzaamheden verschillen.

Kennisgroepstandpunt besloten fgr en terbeschikkingstellingsregeling gepubliceerd

De Kennisgroep resultaat uit overige werkzaamheden heeft een vraag beantwoord over een besloten fonds voor gemene rekening en toepassing van de terbeschikkingstellingsregeling in de zin van artikel 3.92, eerste lid, onderdeel b, van de Wet inkomstenbelasting 2001.

Geen aftrek voor verlies uit cv die alleen op papier bestond

Bij de ondertekening van de cv-overeenkomst verkeerde de onderneming al in financiële problemen. Het aangaan van de cv was een schijnhandeling om een verlies te kunnen claimen.

Voortzetter van vof mag onderneming geruisloos in bv brengen

Zet na het overlijden van een ondernemer zijn erfgenaam het bedrijf voort zonder dat de activiteiten wezenlijk veranderen? Dan bestaat in beginsel recht op doorschuiving en eventueel geruisloze inbreng in een bv.

Geef een antwoord Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Tools en andere downloads
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • Fiscaal en meer
  • Addify (voorheen Taxvice)
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • Twitter
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×