Aan belanghebbende is een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd naar aanleiding van een door de Inspecteur verleende teruggaaf op de voet van artikel 29, lid 1, onderdeel a, van de Wet op de omzetbelasting 1968, alsmede een bij beschikking een boete. Het Hof is van oordeel dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. Het Hof vernietigt evenwel de boetebeschikking, omdat sprake is van afwezigheid van alle schuld aan de zijde van belanghebbende.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BY1257




Geef een reactie