• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Aanpassen ODV-uitkeringsperiode na verlagen AOW-leeftijd

25 maart 2020 door Anne-Marie Noordenbos

Aanpassen ODV-uitkeringsperiode na verlagen AOW-leeftijd

V&A 20-003 behandelt de vraag of het mogelijk is om een aangevangen ODV-uitkeringsperiode aan te passen na het verlagen van de AOW-leeftijd op grond van de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd.


In artikel 38p van de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB) zijn de fiscale voorwaarden opgenomen voor een aanspraak ingevolge een oudedagsverplichting (ODV). In het tweede lid van dit artikel is bepaald hoe de waarde van de ODV moet worden uitgekeerd.

Uitgangspunt is dat de waarde van de ODV wordt uitgekeerd in een periode van 20 jaar vanaf het bereiken van de AOW-leeftijd. Wordt de eerste ODV-termijn (maximaal vijf jaar) vóór de AOW-leeftijd uitgekeerd, dan wordt de standaard uitkeringsperiode verlengd met de periode gelegen tussen het uitkeren van de eerste ODV-termijn en het bereiken van de AOW-leeftijd. Bij de aanvang van de ODV-uitkeringen, staat de duur van de ODV-uitkeringsperiode in principe vast.

Kan de resterende duur van de ODV-uitkeringsperiode worden aangepast aan de lager vastgestelde AOW-leeftijd?

ODV-gerechtigde X is geboren op 1 juni 1957. Op 1 september 2019 heeft hij de ODV-termijnen laten ingaan. Naar de toen geldende wetgeving zou hij op 1 september 2024 zijn AOW-leeftijd bereiken. Omdat de ODV-termijnen vijf jaar vóór de in 2019 geldende AOW-leeftijd zijn ingegaan, is de ODV-uitkeringsperiode toen vastgesteld op 25 jaar. Per 1 januari 2020 is de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd in werking getreden. Als gevolg hiervan bereikt X drie maanden eerder zijn AOW-leeftijd, op 1 juni 2024.

Geen fiscaal bezwaar

Ja, het ontmoet fiscaal geen bezwaar om de eerder vastgestelde ODV-uitkeringsperiode eenmalig aan te passen aan de door de invoering van de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd lager vastgestelde AOW-leeftijd. Dit is echter niet verplicht.

Voor het aanpassen van de resterende ODV-uitkeringsperiode gelden de volgende aandachtspunten:

  • Het aanpassen van de resterende ODV-uitkeringsperiode kan zowel gedurende het ODV-uitkeringsjaar als op de ODV-uitkeringsverjaardag plaatsvinden.
  • Het bedrag van de uit te keren ODV-termijnen moet direct herrekend worden bij het aanpassen van de resterende ODV-uitkeringsperiode aan de lager vastgestelde AOW-leeftijd.
  • De ODV-uitkeringsverjaardag wijzigt niet bij het aanpassen van de resterende ODV-uitkeringsperiode gedurende het ODV-uitkeringsjaar. Op het moment van deze tussentijdse aanpassing vindt er ook geen oprenting plaats van de op dat moment resterende waarde van de ODV.
  • Bij het aanpassen van de resterende ODV-uitkeringsperiode op de ODV-uitkeringsverjaardag zal de waarde van de ODV wel opgerent moeten worden met de marktrente van artikel 12.3a van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 (URLB). Voor de oprenting van de ODV wordt verwezen naar V&A 17-027.
  • Bij het aanpassen van de resterende ODV-uitkeringsperiode aan de verlaagde AOW-leeftijd, mag de aangepaste resterende ODV-uitkeringsperiode (alsnog) naar keuze worden afgerond op hele maanden of jaren. Voor het afronden van een ODV-uitkeringsperiode wordt verwezen naar V&A 17-029.

Bron: Centraal Aanspreekpunt pensioenen, 24 maart 2020

Filed Under: Financiële planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Digitaal procederen bij Hoge Raad
Volgende artikel
Versoepeling studiefinanciering en terugbetalen studieschuld

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

bedrag ineens pensioen

Vaststelling AOW-gerechtigde leeftijd 2031 en pensioenrichtleeftijd 2027

In 2031 blijven zowel de AOW-gerechtigde leeftijd (67 jaar en drie maanden) als de aanvangsleeftijd (17 jaar en drie maanden) gelijk aan die in 2030. Dit komt doordat de wettelijk voorgeschreven formule, gebaseerd op latest CBS-cijfers, geen wijziging noodzakelijk maakt.

vermogensverdeling

Effecten verkorting partneralimentatieduur nog niet zichtbaar

De verkorting van de partneralimentatieduur heeft nog niet geleid tot een aantoonbare stijging in arbeidsparticipatie, arbeidsomvang of financiële onafhankelijkheid van alimentatiegerechtigden.

fiscale knelpunten pensioen

Geen aanleiding tot wijziging fiscale behandeling persoonlijk pensioenadvies, betaald door werkgever

Minister Heijnen verduidelijkt de fiscale behandeling van persoonlijk pensioenadvies, betaald door de werkgever, en het onderscheid met verplichte keuzebegeleiding bij pensioenen.

Externe factoren zoals fiscaliteit van belang voor distributie beleggingsproducten

Beleggingsondernemingen moeten bij de distributie van beleggingsproducten ook externe factoren meewegen, zoals fiscaliteit meldt de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

EU-lijst non cooperatieve jurisdicties

Buitenlandse structuur en niet-aangegeven inkomsten leiden tot omkering bewijslast

Een ondernemer werkt via buitenlandse vennootschappen en geeft zijn inkomsten onvoldoende aan. Het hof past omkering van de bewijslast toe. De schatting van box 1 en box 2 blijft staan, maar de box 3-correcties sneuvelen. De boeten worden deels gematigd.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2025

Masterclass Box 3 – Forfaitair stelsel met een Tegenbewijsregeling en de toekomst na 2028

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

AGENDA

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Online cursus Gebruikelijk loon 2026

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Specialisatieopleiding Estate Planning

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

Online cursus Digitale goederen in de wettelijke vereffening

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×