Staatssecretaris Van Oostenbruggen licht toe hoe de behandeling van het Belastingplan 2026 en de Fiscale Verzamelwet 2026 zal verlopen.
Het recht van amendement is een grondwettelijk recht van de Tweede Kamer. Kamerleden kunnen amendementen indienen op de wetsvoorstellen in het pakket Belastingplan 2026. De staatssecretaris benadrukt dat dit recht gepaard gaat met een grote verantwoordelijkheid: amendementen zijn geen vrijblijvende toevoegingen, maar kunnen verstrekkende gevolgen hebben voor de samenleving. Het is daarom van groot belang dat de potentiële effecten van amendementen vooraf goed worden gewogen. De staatssecretaris roept Kamerleden op tot terughoudendheid en zorgvuldigheid bij het indienen en stemmen over amendementen, in lijn met het recente advies van de Raad van State over wetgevingskwaliteit.
Verkiezingen
De verkiezingsplanning vormt op zichzelf geen belemmering voor het indienen van amendementen. Wel kan het tijdstip van inwerkingtreding van amendementen worden beïnvloed. Tijdens de mondelinge behandeling zal de staatssecretaris zijn appreciatie geven over ingediende amendementen. De Belastingdienst, Douane en Dienst Toeslagen leveren daarbij korte uitvoeringsanalyses. Voor aangenomen amendementen worden reguliere uitvoeringstoetsen opgesteld. Kamerleden kunnen gebruikmaken van de amendementenservice van het ministerie van Financiën voor juridische en technische ondersteuning.
Zelfstandig wetsvoorstel voor behoud verlaagd btw-tarief
De vaste commissie voor Financiën heeft gevraagd of de wetswijziging voor het behoud van het verlaagd btw-tarief op cultuur, media en sport via een nota van wijziging op de Fiscale Verzamelwet 2026 (FVW26) kan worden geregeld. De staatssecretaris kiest echter voor een zelfstandig wetsvoorstel binnen het pakket Belastingplan 2026. De FVW26 bevat vooral technische correcties zonder grote budgettaire gevolgen en is bedoeld voor kleinere maatregelen met thematische samenhang. Het behoud van het verlaagd btw-tarief en de bijbehorende dekking via de tabelcorrectiefactor in de inkomstenbelasting zijn nauw verbonden met de begroting en moeten per 1 januari 2026 in werking treden. Daarom worden beide maatregelen in één separaat wetsvoorstel opgenomen, zodat het parlement hierover een afzonderlijk politiek oordeel kan vellen.
Geef een reactie