• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Ene perceel kan het andere in resultaatsvermogen trekken

29 maart 2019 door Remco Latour

Stel een perceel kwalificeert als vermogensbestanddeel waarmee iemand resultaat uit overige werkzaamheden behaalt. Als tussen dat perceel en een ander perceel een onlosmakelijke samenhang bestaat, valt dat tweede perceel ook in het werkzaamheidsvermogen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant moest uitspraak doen in een geschil of twee percelen in 2009 behoorden tot het werkzaamheidsvermogen van een man.

 

Hof Den Bosch had al op 21 juli 2016 (ECLI:NL:GHSHE:2016:3121) geoordeeld dat de activiteiten met betrekking tot het eerste perceel in 2006 al kwalificeerden als overige werkzaamheden. De rechtbank ziet geen reden waarom dat in 2009 anders zou zijn. Over het tweede perceel moet de rechtbank zelf nog een oordeel vellen omdat het hof dit perceel niet expliciet heeft genoemd in zijn rechtsoverwegingen. De rechtbank merkt op dat de man en zijn zakenpartner afspraken hebben gemaakt met een B.V. over de mogelijke verkoop van beide percelen. Op dat moment hadden de man en zijn zakenpartner overigens alleen een recht van koop van het tweede perceel. Nadat de conceptverkoopovereenkomst was opgesteld, kochten de man en zijn zakenpartner alsnog het tweede perceel. Omdat de verkoop van de twee percelen in 2008 niet doorging, zijn beide percelen op 23 november 2009 verkocht aan een B.V. in oprichting. De beide percelen zijn in 2009 geleverd en bouwrijp gemaakt. De rechtbank oordeelt dat tussen de twee percelen een onlosmakelijke samenhang bestaat. Het tweede perceel is voor de man daarom ook werkzaamheidsvermogen. Zijn winst op de verkoop van beide percelen is daarom belast als resultaat uit overige werkzaamheden.

 

Wet: art. 3.90, 3.91 en 3.94 Wet IB 2001

Meer informatie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant 21 december 2018 (gepubliceerd 22 maart 2019), ECLI:NL:RBZWB:2018:7067

Filed Under: Financiële planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Renteopslag verlengen spaarhypotheek soms gunstig
Volgende artikel
Nederland en Duitsland samen voor minimumbelasting

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

pensioenwet

Transitieperiode nieuwe pensioenstelsel wordt verlengd

De Eerste Kamer heeft dinsdag 2 december een wetsvoorstel aangenomen om de overgangsperiode naar het nieuwe pensioenstelsel met een jaar te verlengen tot 1 januari 2028.

lijfrente

Wetsvoorstel Fiscale Verzamelwet 2026 aangenomen door Eerste Kamer

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel Fiscale Verzamelwet 2026 aangenomen.

Lastenverzwaring box 3 gaat niet door, wel versnelde afbouw Wet Hillen

De geplande lastenverzwaring in box 3 voor spaarders en beleggers in 2026 gaat niet door. Om het gat in de begroting te dichten kiest de Tweede Kamer ervoor de Wet Hillen versneld af te bouwen.

Beslaglegging fiscus

Mogelijkheid tot wijziging partnerverdeling box 3 na collectieve uitspraak

A-G Koopman vindt dat partners na een collectieve uitspraak in een massaalbezwaarprocedure alsnog de verdeling van de box 3-grondslag mogen wijzigen.

massaal bezwaar plus procedure 2017 tot en met 2020

Mededeling standpunt toerekening gemeenschappelijke inkomensbestanddelen aan partieel buitenlandse belastingplichtige

De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst en de Kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH hebben aan het standpunt over de toerekening van gemeenschappelijke inkomensbestanddelen aan een partieel buitenlandse belastingplichtige een mededeling toegevoegd ten aanzien de toepassing van het beleid uit het standpunt.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Box 3 – Forfaitair stelsel met een Tegenbewijsregeling en de toekomst na 2028

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2025

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×