
De fiscale geheimhoudingsplicht blijft een kernwaarde binnen het Nederlandse belastingstelsel. Het kabinet onderstreept het belang van privacybescherming, maar ziet ook het parlementaire recht op informatie – een afweging die per casus wordt gemaakt, aldus staatssecretaris Van Oostenbruggen.
De fiscale geheimhoudingsplicht, zoals vastgelegd in artikel 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR), betekent dat de Belastingdienst geen uitspraken mag doen over de fiscale positie van individuele belastingplichtigen. Daarmee worden zowel de privacy van de burgers als het brede belang van de staat bij volledige medewerking aan belastingheffing beschermd. Het kabinet benadrukt dat deze geheimhoudingsplicht essentieel is om het vertrouwen in de Belastingdienst te waarborgen en daarmee ook een goede compliance en uitvoering van belastingheffing mogelijk te maken.
Tegelijkertijd erkent het kabinet de grote maatschappelijke behoefte aan transparantie, waaronder informatievoorziening aan het parlement (artikel 68 Grondwet) en aan derden. Hier kunnen de belangen botsen en is een zorgvuldige, individuele afweging noodzakelijk, waarbij het kabinet in sommige gevallen kiest voor vertrouwelijke informatieverstrekking aan het parlement.
Openbaarheid en transparantie: beleid en praktijk
Het huidige beleid onderscheidt tussen het verstrekken van algemene fiscale informatie, openbare informatie over individuele belastingplichtigen, en besloten informatieverstrekking aan het parlement. Algemene fiscale informatie wordt via diverse middelen laagdrempelig beschikbaar gemaakt. Individuele informatie daarentegen blijft in principe geheim, tenzij in uitzonderlijke situaties het belang van openbaarheid zwaarder weegt dan het belang van geheimhouding. Dan kan, op verzoek van de minister van Financiën, een ontheffing verleend worden.
Het verstrekken van vertrouwelijke informatie aan het parlement geldt als waardevol instrument, mits de zorgvuldige belangenafweging wordt gemaakt. Openbare informatievoorziening blijft echter beperkt en strikter, juist vanwege de mogelijke gevolgen voor de individuele belastingplichtige en het algemene belang van de staat.
Internationaal perspectief en conclusie
Uit internationaal onderzoek blijkt dat Nederland niet uniek is in haar weging van privacy en informatievoorziening. Het huidige wettelijke kader biedt voldoende ruimte voor een zorgvuldige belangenafweging. Het kabinet ziet daarom geen aanleiding tot koerswijziging of verruiming van de geheimhoudingsplicht: het maatschappelijk belang van geheimhouding weegt zwaar.
Bron: Kamerbrief fiscale geheimhoudingsplicht, nr. 2025-0000184858, Ministerie van Financiën, 21 juli 2025
Geef een reactie