• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

MKB-winstvrijstelling: niet geschoten is altijd mis

30 juli 2014 door Asha Stuivenwold

Misschien had nog nooit iemand het eerder geprobeerd en wilde hij de eerste zijn. Of dacht hij echt dat hij een kans maakte. In ieder geval stond onlangs een dga voor de rechter die de MKB-winstvrijstelling claimde met een beroep op het discriminatieverbod en het gelijkheidsbeginsel.

Een directeur-grootaandeelhouder claimde in zijn aangifte inkomstenbelasting de MKB-winstvrijstelling ter grootte van 12% van zijn loon. De inspecteur weigerde dit uiteraard. Rechtbank Gelderland dook in de wetsgeschiedenis en vond daarin dat de MKB-winstvrijstelling is bedoeld als stimulans voor ondernemersactiviteiten en de tegenhanger is van de verlaagde Vpb-tarieven. Het pleidooi dat de wetgever ook een andere keuze had kunnen – en volgens de dga had moeten – maken kon niet slagen. Het is immers niet aan de belastingrechter om de innerlijke waarde of billijkheid van wettelijke voorschriften te beoordelen. Ook het beroep op het gelijkheidsbeginsel van artikel 26 IVBPR en het discriminatieverbod van artikel 14 EVRM slaagde niet, omdat er geen sprake was van gelijke gevallen. Maar ook indien daarvan wel sprake zou zijn dan bestaat voor dit onderscheid een objectieve en redelijke rechtvaardiging, zo oordeelde Rechtbank Gelderland.

 

Update

De dga is inmiddels in hoger beroep gegaan, maar Hof Arnhem-Leeuwarden (25 augustus 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:6337) heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd.

 

Wet: artikel 3.79a Wet IB 2001 

Meer informatie: Rechtbank Gelderland, 24 juli 2014, nr. ECLI:NL:RBGEL:2014:4585

Filed Under: BV & DGA, Fiscaal nieuws, IB-ondernemer, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Fiscale eenheid btw tussen bv en stichting door betrokken dga
Volgende artikel
Geen bezwaar door importeur als kentekenhouder BPM voldoet

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

online jaarrekening elektronisch handelsregister

Besluit inwerkingtreding artikel XXXA Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer

Artikel XXXA van de Wet modernisering elektronisch bestuurlijk verkeer treedt in werking met ingang van 1 januari 2026.

tax talks

Nieuwe regels voor beoordeling arbeidsrelaties

Vanaf 2026 treedt het wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties (Vbar) in werking. Het introduceert duidelijke criteria voor werkrelaties, maakt extern ondernemerschap een volwaardig criterium en beëindigt het handhavingsmoratorium. Fiscalisten en ondernemers moeten zich voorbereiden op strengere toetsing door de Belastingdienst.

doorschuiffaciliteit open cv

Standpunt kwalificatie negatieve kapitaalrekening personenvennootschap

De Kennisgroep winstbepaling heeft een standpunt ingenomen over de kwalificatie negatieve kapitaalrekening personenvennootschap.

vrouw laptop

Beantwoording nadere vragen Eerste Kamer over gezamenlijke basistarief

Staatssecretaris Heijnen beantwoordt nadere vragen van de Eerste Kamer over de mogelijkheden om de maximale aftrek voor aftrekbare kosten voor een eigen woning te koppelen aan de 1e schijf in box 1 van de inkomstenbelasting.

Geen verhuiskostenforfait bij niet-zakelijke verhuizing voor beperkte nevenwerkzaamheden

Het Gerechtshof Amsterdam wees in juli 2025 een verzoek tot aftrek van verhuiskosten en het forfaitaire bedrag van € 7.750 af. De verhuizing was volgens het hof niet zakelijk noodzakelijk gezien de beperkte omvang van nevenwerkzaamheden naast substantiële loondienst, ondanks aangetoonde geluidsoverlast. Het hoger beroep bleef ongegrond; er is geen recht op aftrek of interne compensatie.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Online cursus Staken van de onderneming: (turbo)liquidatie, WHOA liquidatie akkoord

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Online cursus Technisch aanmerkelijk belang

Opleidingen

Online cursus afwaarderen & kwijtschelden van vorderingen

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×