Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat een vennootschap in Nederland belastingplichtig blijft als Nederlandse adviseurs kernbeslissingen nemen, ondanks formele zetelverplaatsing naar Malta. De statutaire bestuurder op Malta trad slechts uitvoerend op.
Een nv verplaatst in 2011 haar bestuurlijke zetel naar Malta en stelt daar een lokale bestuurder aan via een trustkantoor. De middellijke aandeelhouder woont in België. De kernactiviteit bestaat uit vermogensbeheer, dat is uitbesteed aan een Zwitserse vermogensbeheerder. De inspecteur legt navorderingsaanslagen vennootschapsbelasting over 2012, 2013 en 2015 op, plus een naheffingsaanslag dividendbelasting over 2013. Hij stelt dat de werkelijke leiding in Nederland blijft berusten bij de Nederlandse fiscaal adviseur en diens kantoorgenoten die de vennootschappelijke structuur optimaliseren. De vennootschap voert aan dat alle relevante besluiten door de statutaire bestuurder op Malta zijn genomen.
Kernbeslissingen in Nederland genomen
Hof ‘s-Hertogenbosch oordeelt dat de inspecteur voldoende feiten en omstandigheden aannemelijk heeft gemaakt dat de kernbeslissingen niet door het statutaire bestuur op Malta zijn genomen, maar door personen in Nederland. Uit de overeenkomst tussen de aandeelhouder en het trustkantoor blijkt dat de bestuurder vrijwel geheel is gevrijwaard van aansprakelijkheid en slechts in specifieke situaties transacties mag opschorten. De bestuurder beschikte bovendien pas in 2013 over de vermogensbeheerovereenkomst uit 2011, die hij in 2011 wel had bekrachtigd. Dit duidt op een uitvoerende rol. De correspondentie laat geen kernbeslissingen zien, alleen informatieverstrekking door de vermogensbeheerder. De bestuursvergadering van 10 juli 2015 is illustratief: de notulen waren al uitgewerkt voordat de vergadering plaatsvond, wat wijst op formele bekrachtiging. De beperkte tijdsbesteding (15-19 uur per jaar) en vaste vergoeding van € 2.500 bevestigen dit beeld.
Sturende rol Nederlandse adviseurs
De Nederlandse fiscaal adviseur en diens kantoorgenoten hadden een initiërende, sturende en coördinerende rol. Dit blijkt uit e-mailcorrespondentie over jaarrekeningen, herstructureringen en besluitvorming. Het voornemen tot inbreng van de beleggingsportefeuille in een nieuw opgerichte dochtervennootschap werd door de fiscaal adviseur ontwikkeld tijdens een vergadering waarop de Maltese bestuurder niet aanwezig was. De akten en overeenkomsten werden voorafgaand aan formalisering op Malta in Nederland opgesteld. Toen de bank vragen stelde over de herstructurering, verwees de bestuurder naar het advies van het Nederlandse kantoor. Het hof oordeelt dat de werkelijke leiding in Nederland werd uitgeoefend, waardoor de vennootschap voor het Verdrag Nederland-Malta inwoner van Nederland is. De navorderingsaanslagen vennootschapsbelasting en naheffingsaanslag dividendbelasting zijn terecht opgelegd. De vennootschap heeft onvoldoende onderbouwd of zij in aanmerking komt voor verrekening van buitenlandse bronheffingen.
Wet: art. 2 Wet Vpb 1969, art. 4 Verdrag Nederland-Malta en art. 36 Bvdb 2001
Bron: Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, 19-11-2025, ECLI:NL:GHSHE:2025:3293, 23/349 tot en met 23/352 | NDFR






Geef een reactie