• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Herziening doordat huurders te veel woonlasten dragen

8 maart 2022 door Remco Latour

wet rechtsherstel box 3 en beleggers

Als de huurders van appartementen zelf veel woonlasten dragen, is waarschijnlijk geen sprake van btw-belaste verhuur in het kader van het pension- en hotelbedrijf. Dat kan gevolgen hebben voor de btw-aftrek van de verhuurder.

Een bv die als doel had om onroerende zaken te ontwikkelen, nam deel aan een project. Daarbij realiseerde zij een appartementencomplex. De gemeente kende aan dat appartementencomplex een woonfunctie toe. Op 3 juli 2013 en 18 december 2013 kreeg de bv dertien appartementen geleverd. In verband met de levering van de appartementen was omzetbelasting aan de bv gefactureerd. Zij trok deze omzetbelasting af als voorbelasting. Op 8 mei van het daaropvolgende jaar verkreeg de bv één appartement in het complex van een particulier. In verband met deze levering was geen omzetbelasting in rekening gebracht.

Verhuur met toepassing Leegstandswet

De bv had de appartementen gekocht om ze te kunnen verkopen aan particulieren of beleggers. Omdat de markt voor verkoop in 2013 niet goed was, verwachtte zij echter geen verkoop op korte termijn. Maar de markt voor verhuur was op dat moment wel goed. De bv wilde daarom appartementen verhuren met toepassing van de Leegstandswet. Dat betekende dat de woningen maximaal twee jaar waren te verhuren zonder dat sprake was van huurbescherming. De bv meende dat het gebruik van de appartementen niet verschilde van het beoogde doel. Daardoor zou de herziening van de aftrek voorbelasting achterwege kunnen blijven. De Belastingdienst was het daarmee echter niet eens. De bv ging in beroep, maar Rechtbank Gelderland oordeelde dat de fiscus mocht naheffen. Zie NTFR 2020/3591 en ‘Herziening vanwege lange verhuur van leegstaand appartement’. De bv stapt vervolgens naar Hof Arnhem-Leeuwarden in de hoop in hoger beroep meer succes te hebben.

Huurders dragen diverse lasten

Maar ook het hof meent dat de bv zich in het desbetreffende tijdvak niet heeft beziggehouden met verhuur voor kort verblijf. Daarbij vindt het hof van belang dat de huurders de kosten droegen van kleine herstellingen. Zij voerden deze kleine herstellingen, zoals het vervangen van de lampen of het verhelpen van een verstopping, ook echt uit. Bovendien waren zij belast met de zorg voor de inventaris. Daarnaast werden de huurders rechtstreeks aangeslagen voor de gemeentelijke heffingen en de waterschapslasten. Vrijwel alle huurders hadden zelf een contract afgesloten met een energiemaatschappij. Daarmee verschilde de verhuur van de bv van de btw-belaste verhuur in het kader van het hotel-, pension-, kamp- en vakantiebestedingsbedrijf.

Verhuur duurt langer dan zes maanden

Verder hebben beide partijen een inspanningsverplichting om na afloop van een tijdelijke huurovereenkomst een nieuwe tijdelijke huurovereenkomst aan te gaan. Deze verplichting geldt zolang de bv de desbetreffende woning nog niet heeft verkocht. De nieuwe huurovereenkomst ziet op een periode van minimaal zes maanden. In de praktijk huurden de meeste huurders de appartementen dan ook voor een periode van veel langer dan zes maanden. Ten slotte was in een aantal huurovereenkomsten een voorkeursrecht tot koop van het appartement opgenomen. Vanwege al deze omstandigheden oordeelt het hof dat hier sprake was van gewone btw-vrijgestelde verhuur. De fiscus heeft daarom terecht herzienings-btw nageheven.

Wet: art. 16 Leegstw en art. 11, onder deel b sub 2° Wet OB 1968

Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 22 februari 2022 (gepubliceerd 4 maart 2022), ECLI:NL:GHARL:2022:1280, 20/01069

Filed Under: BTW & overdrachtsbelasting, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Verkoopwinst teruggekochte grond buiten landbouwvrijstelling
Volgende artikel
Jubelton per 1 januari 2023 verlaagd tot € 27.231

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

woningbouw kavel

Woningtarief bij sloopwoning op meerdere percelen: civielrechtelijk eigendom gebouw beoordelen

De Hoge Raad oordeelt in de samenhangende zaken 24/02648 en 24/02649 over de vraag of de door X verkregen bouwkavels, waarop respectievelijk een zeer klein deel (circa 1%) en een groot deel (circa 55%) van de voormalige woning, een deel van de buitenmuur en een deel van het terras liggen, als woning in de zin van art. 14 lid 2 Wet BRV 1970 zijn aan te merken.

dienstbetrekking

Geen fiscale eenheid omzetbelasting door ontbreken financiële verwevenheid tussen stichting en bv

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een stichting en een bv geen fiscale eenheid voor de btw vormen, omdat de stichting niet de meerderheid van de zeggenschapsrechten heeft. De naheffingsaanslag omzetbelasting blijft in stand.

subsidie VvE isolatie

Prejudiciële vraag aan HvJ: vormt overdracht verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen

Is de overdracht van een verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen? De Hoge Raad legt hierover prejudiciële vragen voor aan het HvJ, met name over de toepassing van artikel 37d Wet OB 1968 bij vrijgestelde verhuur en de rol van de intentie van de verkoper.

crypto box 3 jongere

Geen aftrek voorbelasting bij cryptotransacties met uitsluitend EU-klanten

De rechtbank oordeelt dat een cryptoplatform geen recht heeft op aftrek van voorbelasting voor diensten aan buiten de EU gevestigde partijen, als alle klanten binnen de EU wonen. De naheffingsaanslagen omzetbelasting over 2017 en 2018 blijven in stand.

Strikte toepassing grens startersvrijstelling bij overdracht woning

Een koper van een woning die net boven de grens voor de startersvrijstelling zit, moet de volledige overdrachtsbelasting betalen. De rechtbank volgt strikt de wet en ziet geen ruimte voor uitzondering, ook al is het verschil met de waardegrens gering.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Btw-aangifte

Masterclass Overdrachtsbelasting

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×