• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Besluit rechtsherstel box 3 voldoet soms niet

22 december 2022 door Remco Latour

goud

Uit een uitspraak van Rechtbank Den Haag blijkt dat de inspecteur het box 3-inkomen soms verder moet verlagen dan volgens het Besluit rechtsherstel box 3. Dat is het geval als het werkelijk rendement nog lager is dan het forfaitair rendement volgens het besluit.

Op 5 december 2022 heeft Rechtbank Den Haag in twee zaken nog geoordeeld dat de inspecteur na de toepassing van het Besluit rechtsherstel box 3 het inkomen uit sparen en beleggen voldoende heeft verlaagd. Zie ‘Ongerealiseerde koerswinst telt mee voor rechtsherstel box 3’. Maar in de volgende zaak schiet de compensatie zoals berekend met het Besluit rechtsherstel box 3 tekort. Het gaat om een vrouw die in 2018 naast bank- en spaartegoeden de eigendom van een baar goud heeft. De inspecteur berekent het forfaitaire rendement over het totale vermogen in box 3 uiteindelijk op € 1.479. In werkelijkheid heeft de vrouw in 2018 € 38 aan rente ontvangen op haar bank- en spaartegoeden. Dat jaar is sprake van een ongerealiseerde waardestijging van de baar goud van € 701. Het werkelijk rendement bedraagt over het box 3-vermogen daarmee € 739.

Nieuw rendementspercentage

Omdat het werkelijke rendement van € 739 lager is dan het forfaitair rendement van € 1.479, moet een verdere verlaging van het inkomen uit sparen en beleggen plaatsvinden. Daartoe berekent de rechtbank eerst opnieuw het zogeheten rendementspercentage. Dit nieuwe rendementspercentage bedraagt € 739 / € 129.301 (het totale vermogen in box 3) = 0,57%. De rechtbank vermenigvuldigt dit percentage met het vermogen na aftrek van het heffingvrij vermogen (€ 30.000 in 2018). Dit leidt tot een nieuw forfaitair rendement van 0,57% x € 99.301 = € 566.

Wet: art. 5.5 Wet IB 2001 (tekst per 1 januari 2018)

Besluit: Besluit rechtsherstel box 3

Bron: Rechtbank Den Haag 5 december 2022 (gepubliceerd 20 december 2022), ECLI:NL:RBDHA:2022:13425, SGR 20/6960

Filed Under: Financiële planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Geen OZB vanwege corona
Volgende artikel
Geen inkeerregeling als ex uit de school klapt

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

pensioenwet

Transitieperiode nieuwe pensioenstelsel wordt verlengd

De Eerste Kamer heeft dinsdag 2 december een wetsvoorstel aangenomen om de overgangsperiode naar het nieuwe pensioenstelsel met een jaar te verlengen tot 1 januari 2028.

lijfrente

Wetsvoorstel Fiscale Verzamelwet 2026 aangenomen door Eerste Kamer

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel Fiscale Verzamelwet 2026 aangenomen.

Lastenverzwaring box 3 gaat niet door, wel versnelde afbouw Wet Hillen

De geplande lastenverzwaring in box 3 voor spaarders en beleggers in 2026 gaat niet door. Om het gat in de begroting te dichten kiest de Tweede Kamer ervoor de Wet Hillen versneld af te bouwen.

Beslaglegging fiscus

Mogelijkheid tot wijziging partnerverdeling box 3 na collectieve uitspraak

A-G Koopman vindt dat partners na een collectieve uitspraak in een massaalbezwaarprocedure alsnog de verdeling van de box 3-grondslag mogen wijzigen.

massaal bezwaar plus procedure 2017 tot en met 2020

Mededeling standpunt toerekening gemeenschappelijke inkomensbestanddelen aan partieel buitenlandse belastingplichtige

De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst en de Kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH hebben aan het standpunt over de toerekening van gemeenschappelijke inkomensbestanddelen aan een partieel buitenlandse belastingplichtige een mededeling toegevoegd ten aanzien de toepassing van het beleid uit het standpunt.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2025

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Masterclass Box 3 – Forfaitair stelsel met een Tegenbewijsregeling en de toekomst na 2028

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×