• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Niet voortvarend, maar wel op tijd

12 juni 2017 door Remco Latour

Bij het opleggen van navorderingsaanslagen inkomstenbelasting over buitenlandse vermogensbestanddelen heeft de fiscus twaalf jaar de tijd om na te vorderen. Deze termijn wordt ten aanzien van derde landen niet beperkt door het voortvarendheidsvereiste, zo heeft de Hoge Raad onlangs bevestigd.

Op grond van het Unierecht zijn beperkingen van het kapitaalverkeer tussen lidstaten en derdelanden in beginsel verboden. Daardoor zou de inspecteur niet mogen navorderen als hij niet voldoende voortvarend te werk is gegaan. De Hoge Raad wees in zijn arrest erop dat op grond van de zogeheten standstill-bepaling in het verdrag betreffende de werking van de EU (VWEU) oudere beperkingen nog wel kunnen gelden met betrekking tot derdelanden. Het gaat hier om beperkingen die al bestonden op 31 december 1993 (voor sommige lidstaten geldt een afwijkende datum). De verlengde navorderingstermijn van twaalf jaar is ook zo’n beperking die onder de standstill-bepaling valt. In de desbetreffende zaak had de Belastingdienst binnen deze termijn inkomstenbelasting nagevorderd over box 3-inkomen over effectenrekeningen in de Verenigde Staten. Nu de inspecteur op tijd was geweest, was niet meer van belang of hij ook voortvarend in de zin van het Unierecht was opgetreden. Navordering was mogelijk.

 

Wet: artikel 16, vierde lid AWR

Verdrag: artikel 64, eerste lid VWEU

Meer informatie: Hoge Raad 2 juni 2017, ECLI:NL:HR:2017:843

Filed Under: Fiscaal nieuws, Formeel belastingrecht, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Afhandeling massaal bezwaar privégebruik auto
Volgende artikel
HR volgt hof: vastgoedexploitatie kwalificeert als onderneming

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

opsporing

Nota nav verslag wetsvoorstel Wet stroomlijning fiscaal inzagerecht naar Eerste Kamer

De nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel Wet stroomlijning fiscaal inzagerecht behandelt vragen over het recht op inzage in fiscale dossiers.

Werk-productieplan MKB 2025-2

De Belastingdienst heeft het Werk-/Productieplan MKB gepubliceerd.

luxemburg

Informatiebeschikking over Luxemburgse bankrekeningen terecht

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur de informatiebeschikking terecht heeft opgelegd voor de jaren 2008-2014. Voor de jaren 2015-2018 vervalt de beschikking omdat inmiddels aanslagen zijn opgelegd. De man moet alsnog binnen zes weken de gevraagde informatie over Luxemburgse bankrekeningen verstrekken.

Hof moet ontvankelijkheid hoger beroep aftrek zorgkosten partner opnieuw beoordelen

De Hoge Raad oordeelt dat het hof het hoger beroep van een vrouw ten onrechte heeft afgewezen wegens het ontbreken van een volmacht. Het hof moet opnieuw onderzoeken of de vrouw zelf hoger beroep mocht instellen tegen de aanslag van haar ex-echtgenoot.

contant geld

Negatieve kas en contante stortingen rechtvaardigen navordering en boeten

Het Hof ’s-Hertogenbosch bevestigt dat de inspecteur terecht navorderingsaanslagen en vergrijpboeten heeft opgelegd aan een ondernemer met negatieve kasstanden en contante stortingen zonder bekende herkomst over 2011 en 2012. De man deed niet de vereiste aangiften en de bewijslast mag worden omgekeerd. Wel ontvangt hij 4.000 euro immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Staken van de onderneming: (turbo)liquidatie, WHOA liquidatie akkoord

AGENDA

Verdiepingscursus DGA-advisering

Leergang Erfrecht

Stoomcursus Estate planning praktisch ingezet

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Mindful het nieuwe jaar in

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×