• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Box 3-heffing voor 2015 niet strijdig met EVRM

13 februari 2017 door Giniraynha Poulina

Volgens Rechtbank Den Haag is de vermogensrendementsheffing van box 3 ook voor het jaar 2015 niet in strijd met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europese Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden.

De Hoge Raad oordeelde al in 2015 dat de forfaitaire rendementsheffing voor de jaren 2010 en 2011 niet in strijd is met artikel 1 van het Eerste Protocol EVRM. Zie ook: Hoge Raad houdt box 3 in stand. Rechtbank Den Haag zag geen aanleiding om voor het jaar 2015 anders te oordelen. De rechtbank verwierp dan ook de stelling van belanghebbende dat de fiscus misbruik maakt van zijn bevoegdheid door het rendement uit sparen en beleggen te stellen op 4% van de rendementsgrondslag. Dat de Belastingdienst in staat zou zijn om het werkelijk rendement te belasten is irrelevant, nu de wetgever daarvoor niet heeft gekozen. Dit stelsel is, gelet op de ruime beoordelingsmarge van de wetgever, niet in strijd met artikel 1 van het Eerste Protocol EVRM. Van strijdigheid zou alleen sprake zijn indien zou komen vast te staan dat het destijds door de wetgever voor een lange reeks van jaren veronderstelde rendement van 4% voor particuliere beleggers niet meer haalbaar is. En belastingplichtigen, mede gelet op het toepasselijke tarief, zouden worden geconfronteerd met een buitensporig zware last. Indien deze onhaalbaarheid duidelijk zou worden en de wetgever toch zou blijven uitgaan van een forfaitair rendement, mag van hem worden verlangd dat hij de regeling aanpast. De rechter merkte verder op dat het binnen de ruime beoordelingsmarge van de wetgever valt dat hij pas met ingang van 2017 tot wijziging van de box 3-heffing is overgegaan. Met ingang van 1 januari 2017 hangt de (hoogte van) het forfaitair rendement af van de aard en omvang van de vermogensbestanddelen.

 

Wet: artikel 5.2 Wet IB 2001

Meer informatie: Rechtbank Den Haag, 25 januari 2017 (gepubliceerd op 7 februari 2017),

Filed Under: Financiële planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Tweede Kamer neemt Novelle PEB aan
Volgende artikel
Financiën reageert op NOB commentaar fiscale eenheid

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

pensioenwet

Transitieperiode nieuwe pensioenstelsel wordt verlengd

De Eerste Kamer heeft dinsdag 2 december een wetsvoorstel aangenomen om de overgangsperiode naar het nieuwe pensioenstelsel met een jaar te verlengen tot 1 januari 2028.

lijfrente

Wetsvoorstel Fiscale Verzamelwet 2026 aangenomen door Eerste Kamer

De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel Fiscale Verzamelwet 2026 aangenomen.

Lastenverzwaring box 3 gaat niet door, wel versnelde afbouw Wet Hillen

De geplande lastenverzwaring in box 3 voor spaarders en beleggers in 2026 gaat niet door. Om het gat in de begroting te dichten kiest de Tweede Kamer ervoor de Wet Hillen versneld af te bouwen.

Beslaglegging fiscus

Mogelijkheid tot wijziging partnerverdeling box 3 na collectieve uitspraak

A-G Koopman vindt dat partners na een collectieve uitspraak in een massaalbezwaarprocedure alsnog de verdeling van de box 3-grondslag mogen wijzigen.

massaal bezwaar plus procedure 2017 tot en met 2020

Mededeling standpunt toerekening gemeenschappelijke inkomensbestanddelen aan partieel buitenlandse belastingplichtige

De Kennisgroep inkomstenbelasting niet-winst en de Kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH hebben aan het standpunt over de toerekening van gemeenschappelijke inkomensbestanddelen aan een partieel buitenlandse belastingplichtige een mededeling toegevoegd ten aanzien de toepassing van het beleid uit het standpunt.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Box 3 – Forfaitair stelsel met een Tegenbewijsregeling en de toekomst na 2028

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2025

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×