• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

NTFR
  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Non-discriminatieartikel helpt niet-EU moeder niet aan fiscale eenheid

21 december 2016 door Tanja Verstelle

A-G Wattel constateert dat het niet-discriminatie artikel opgenomen in verdragen niets zegt over fiscale groepsregimes. Ook is de strekking van het artikel anders dan de EU-vestigingsvrijheid. Zustermaatschappijen met een niet-EU moeder kunnen volgens hem daarom geen fiscale eenheid vormen.

In de zaak die door Baker & McKenzie was aangespannen voor Nederlandse dochtermaatschappijen met een Israëlische moeder, had Hof Arnhem-Leeuwarden juist geoordeeld dat zusters met een buitenlandse topmaatschappij wel een fiscale eenheid moesten kunnen aangaan als het belastingverdrag met de vestigingsstaat van de moeder een discriminatieverbod bevatte.

 

Het non-discriminatie artikel van het verdrag Nederland-Israël (1973) (verbod op zwaardere belastingheffing op grond van aandeelhouderschap) komt volgens de A-G overeen met dat in het OESO-modelverdrag uit 1963. Bij de goedkeuring van het Verdrag is bovendien bevestigd dat het Verdrag het Model volgt. Het bijbehorende OESO-commentaar zegt echter niets over groepsregimes. Pas in 2008 nam de OESO aanvullend commentaar op over fiscale groepsregimes, inhoudende dat die bepaling daar niet op ziet.

 

In een reactie aan Taxence vertellen Heico Reinoud en Kuba Grabarz (Baker & McKenzie) dat in het 2008-commentaar slechts een voorbeeld staat van een grensoverschrijdende fiscale eenheid tussen een buitenlandse moedermaatschappij en een binnenlandse dochtermaatschappij. ‘De Nederlandse dochtermaatschappijen willen in het onderhavig geval echter geen fiscale eenheid vormen met de Israëlische moedermaatschappij, maar slechts tussen henzelf. Over consolidatie van binnenlandse resultaten zegt het 2008- commentaar niets. Ook de tekst van het Verdrag verzet zich niet tegen een dergelijke fiscale eenheid’, aldus Reinoud en Grabarz.

 

Onnodig zwaar en discriminerend

De A-G laat het voor de zekerheid niet bij die constatering alleen. Mocht de Hoge Raad vinden dat het non-discriminatie artikel er wel op ziet, dan meent hij dat er fiscaal nauwelijks een verdergaande onvergelijkbaarheid bestaat dan die tussen onderworpenheid en niet-onderworpenheid (van de moeder). Reinoud en Grabarz: ‘Het is echter niet de Israëlische moedermaatschappij die een fiscale eenheid wenst, maar de Nederlandse dochtermaatschappijen, en die zijn allen onderworpen aan vennootschapsbelasting. De A-G lijkt te eisen dat om vergelijkbaar te kunnen zijn de Israëlische aandeelhouders eerst van Israël naar Nederland moeten worden verplaatst, of een drietal Nederlandse vaste inrichtingen moeten openen, zodat onderworpenheid en daarmee vergelijkbaarheid ontstaat. Een eis die onnodig zwaar en discriminerend is. In beginsel had het tussenschuiven van een Nederlandse zuivere houdster kunnen volstaan. Het Hof Arnhem-Leeuwarden heeft daarom de onderhavige zaak met een Nederlandse zuivere houdster vergeleken, en geconcludeerd dat aan een dergelijke zuivere houdster geen onderscheidende betekenis toekomt in het kader van de consolidatie van binnenlandse resultaten.

 

Dat het Europees Hof van Justitie op basis van de EU-vestigingsvrijheid een ander criterium (een éénmarkt(toegang)criterium) aanlegt, brengt volgens de A-G ook niet mee dat die bevoordeling van het grensoverschrijdende geval ook door het non-discriminatieartikel van het belastingverdrag voorgeschreven zou worden. Die bepaling houdt geen jurisdictionele benadering op concernniveau in, maar een aandeelhouderschapscriterium op individueel dochterniveau. De bepaling beschermt niet, zoals de EU-vestigingsvrijheid, de niet-ingezeten moeder die zich binnenslands secundair vestigt, maar beschermt uitsluitend de dochter. De A-G besluit de conclusie nog met de opmerking dat als de dochters volgens de Hoge Raad wel een fiscale eenheid vormen, daarin ook de kleindochter opgenomen kan worden. Hij adviseert het cassatieberoep van de staatssecretaris gegrond te verklaren.

 

Wet: artikel 27 Verdrag Nederland-Israël

Meer informatie: Parket bij de Hoge Raad 30 november 2016 (gepubliceerd 16 december 2016), ECLI:NL:PHR:2016:1240

Filed Under: Fiscaal nieuws, Internationaal & Europees recht, Nieuws, Vpb & Div.bel

Reageer
Vorige artikel
Ierland zet beroep in Apple-zaak door
Volgende artikel
Drie auto’s ter beschikking = drie keer bijtellen

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd

De staatssecretaris van Financiën heeft het Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd.

UBO-register

Internetconsultatie Wijzigingsbesluit toegang UBO-registers natuurlijke personen en rechtspersonen met legitiem belang

Het ministerie van Financiën is een internetconsultatie gestart over het Wijzingingsbesluit toegang UBO-registers voor natuurlijke personen en rechtspersonen met een legitiem belang.

Nederland mag loon van Portugese uitzendkrachten belasten

Een Portugese vennootschap detacheert in 2016 werknemers naar een project in Nederland van een Belgische nv, terwijl de werknemers minder dan 183 dagen in Nederland verblijven en op de Portugese loonlijst staan. Het hof past het materiële werkgeversbegrip uit art. 15, lid 2, verdrag Nederland–Portugal toe en oordeelt dat de Belgische nv de materiële werkgever is, omdat de werknemers onder haar gezag werken en de loonkosten functioneel aan de Nederlandse vaste inrichting zijn toe te rekenen. Daardoor komt de beloning ten laste van de Nederlandse vaste inrichting, zijn de cumulatieve voorwaarden van art. 15, lid 2, niet vervuld en heeft Nederland heffingsrecht; het hoger beroep van de Portugese vennootschap is ongegrond.

malta

Misbruikbepaling verdrag Nederland-Malta treft Maltese objectvrijstelling

De Hoge Raad bevestigt dat de objectvrijstelling in Malta voor niet‑geremitteerde vermogenswinsten een ‘bijzondere regeling’ is in de zin van artikel 30 van het verdrag Nederland‑Malta. Daardoor mag Nederland de in Nederland behaalde vermogenswinsten van de Maltese bv in de heffing van vpb betrekken.

Nederland en Thailand sluiten nieuw belastingverdrag

Nederland en Thailand hebben een nieuw belastingverdrag ondertekend. Het vernieuwde verdrag bevat afspraken om belastingontwijking tegen te gaan en moderniseert de bestaande bepalingen. Daarnaast krijgt Nederland opnieuw het recht om belasting te heffen over pensioeninkomsten van Nederlanders die in Thailand wonen.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Opleidingen

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Online cursus Vennootschapsbelastingplicht stichtingen & verenigingen

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Online cursus afwaarderen & kwijtschelden van vorderingen

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×