• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Box 3: van pretbox naar lastbox

7 mei 2019 door Michel Halters

Bij invoering van de Wet inkomstenbelasting 2001 was de gedachte achter het forfaitaire rendement dat dit voor iedereen zonder risico haalbaar moest zijn. Tegenwoordig is dat anders. Daarbij komt dat box 3 ook van toepassing is op ontvangen schadevergoedingen. Deze laatste categorie heeft bovendien gevolgen voor recht op bepaalde toeslagen.

In de parlementaire geschiedenis van de Wet inkomstenbelasting 2001 staat dat het forfaitaire rendement zodanig is bepaald dat men dit zonder risico kan behalen en is gebaseerd op de rente van staatsobligaties. Vergelijk Kamerstukken II, 1998/99, 26 727, 7, P.264. Bij de totstandkoming van de Wet inkomstenbelasting 2001 was de gedachte dat men het forfaitaire rendement van toen nog 4% met gemak kon behalen.

Na 20 jaar daling rente op spaartegoeden

Nu ruim 20 jaar later is de situatie gewijzigd. Wie nu zijn geld op een gewone spaarrekening zet, krijgt een rente die ligt tussen de 0,20% en 0,25%. De lage rente vormde de aanleiding voor de wetgever om af te stappen van het vaste tarief van 1,2% naar een tarief oplopend van 0,58% tot 1,68% (2019) in box 3. Veel belastingplichtigen vinden de heffing over het vermogen echter te hoog en zijn naar de rechter gestapt. De rechter vindt in het algemeen de vermogensrendementsheffing acceptabel. Het zou voor individuen onacceptabel zijn als het door de wetgever veronderstelde forfaitaire rendement over een langere periode niet haalbaar is EN als belastingplichtigen daarbij zouden worden geconfronteerd met een buitensporig zware last. In normale situaties is tot nu toe voor een individu niet snel sprake aan een buitensporige last. Slechts enkele rechterlijke uitspraken zijn in het voordeel van de belastingplichtige uitgesproken.

Buitensporige last door onteigening

Een voorbeeld waarin wel sprake was van een buitensporige last is Hoge Raad 6 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:511. In dit arrest zag een vermogensbezitter door onteigening van zijn SNS-aandelen op 1 februari 2013 nagenoeg zijn gehele vermogen in rook opgaan. Desondanks kreeg de man een aanslag van de fiscus gebaseerd op de waarde van het vermogen op 1 januari 2013. Gelukkig was het hof en de Hoge Raad de man goed gezind. De man hoefde slechts over 1/12e van het forfaitair rendement gebaseerd op het vermogen per 1 januari 2013 belasting te betalen.

Leegwaarderatio soms onverbindend

Voor verhuurde panden kent de vermogensrendementsheffing een forfaitair waarderingsstelsel. Afhankelijk van de hoogte van de ontvangen huur, is de waarde voor box 3 van verhuurde onroerende zaken een bepaald percentage van de WOZ-waarde, de leegwaarderatio. De Hoge Raad oordeelde in 2015 (ECLI:NL:HR:2015:812) hierover dat dit systeem een opeenstapeling is van forfaitaire benaderingen. Als blijkt dat door deze methode van berekenen van de waarde in verhuurde staat van woningen 10% of hoger gewaardeerd worden dan werkelijke waarde, moet toepassing van de leegwaarderatio achterwege blijven.

Box 3 geen pretbox meer

De pretbox is geworden tot een lastbox. Veel belastingplichtigen ervaren de vermogensrendementsheffing van box 3 als onrechtvaardig of in sommige gevallen onterecht. Hieronder enkele voorbeelden van situaties waarbij men vraagtekens kan plaatsen of het terecht is dat sprake is van inkomen uit sparen en beleggen.

Verplicht sparen appartement

Een eigenaar van een appartement is verplicht om bij te dragen aan de vereniging van eigenaren van het appartement. De waarde van het aandeel in het vermogen van de vereniging van eigenaren van een appartementsbezitter behoort tot de grondslag van box 3, ondanks dat de bijdrage van de appartementseigenaar zijn vermogen heeft verlaten. Op 25 maart 2019 hebben de Tweede Kamerleden Lodders en Koerhuis hierover vragen gesteld aan de staatssecretaris.

Ontvangen schadevergoeding: box 3 en toeslagen

Inboedel is een voor box 3 vrijgestelde bezitting. Een vergoeding van een inboedelverzekering voor schade aan inboedel behoort in beginsel wel tot de rendementsgrondslag. Dit blijkt uit de uitspraak van Rechtbank Gelderland 3 augustus 2017, ECLI:NL:RBGEL:2017:4108. De vrouw zag letterlijk haar inboedel in rook opgaan. Gelukkig ontving zij daarvoor een vergoeding van haar verzekeringsmaatschappij. Helaas stond op 1 januari 2015 (een deel van) de vergoeding op de bankrekening van de vrouw en/of van de medebewoner van de vrouw. Het extra belastbaar inkomen uit sparen en beleggen leidde hier tot een positieve grondslag in box 3 en daardoor had de vrouw geen recht meer op huurtoeslag. De inspecteur had volgens de rechtbank geen rekening mogen houden met de uitkering. In hoger beroep oordeelt de Raad van State (ECLI:NL:RVS:2018:2919) echter dat de Uitvoeringsregeling Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (UR AWIR) in artikel 9 een gesloten stelsel kent van uitzonderingen op vermogen dat niet meetelt bij de bepaling voor het recht op huurtoeslag. Een immateriële schadevergoeding telt voor toeslagen bijvoorbeeld niet mee, in dat geval blijft het recht op toeslag bestaan. Een schadevergoeding vanwege materiële schade telt wel mee als bezit en leidt tot terugbetaling van eventueel ontvangen toeslag(en). Iemand die een vergoeding ontvangt van zijn inboedelverzekering voor een brand of andere calamiteit is daardoor mogelijk dubbel slachtoffer. De verzekeringsmaatschappij kan overwegen om na overleg met de verzekerde, de vergoeding na de peildatum van 1 januari uit te betalen. Dit doet echter niet af aan het feit dat op de peildatum een vordering op de verzekeringsmaatschappij bestaat en die vordering behoort tot de grondslag van box 3. Dit volgt uit de uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden van 9 april 2019 (ECLI:NL:GHARL:2019:3101). Ook een schadevergoeding vanwege het overlijden van een partner door een auto-ongeluk is niet vrijgesteld van de vermogensrendementsgrondslag, zo blijkt uit Hof Den Haag 9 april 2019 (ECLI:NL:GHARL:2019:834).

Schadevergoeding voor aardbevingen: box 3 en toeslagen

Over het onderwerp ontvangen schadevergoedingen, de heffing in box 3 en het verlies van toeslagen zijn diverse keren Kamervragen gesteld. Op 19 juni 2018 beantwoordde de staatssecretaris vragen van het Tweede Kamerlid Nijboer over het recht op een vergoeding vanwege schade door aardbevingen. Daaruit blijkt dat de staatssecretaris niet van plan is op dit punt de wet aan te passen. Een recht op vergoeding op schade kan tot de grondslag van box 3 behoren.

Op 16 juli 2018 beantwoordde Minister Wiebes vragen van het Tweede Kamerlid Beckerman en Nijboer over de vergoeding voor aardbevingsschade voor toeslagen. Uit de beantwoording blijkt ook dat voorlopig de vergoeding als grondslag voor de vermogensrendementsheffing onderdeel blijft uitmaken van box 3 en daardoor leidt tot lagere toeslagen of zelfs stopzetten van toeslagen.  

Box 3 op basis van werkelijk rendement

Op 15 april 2019 is het kabinet gekomen met een reactie over het invoeren van een heffing in box 3 op basis van reëel rendement. Op korte termijn is geen wijziging van box 3 te verwachten. De belasting over vermogen moet bijdragen aan het gevoel van rechtvaardigheid en worden geheven op basis van draagkracht. De belastingbetaler moet echter niet worden opgezadeld met hoge administratieve lasten. Ook moet het stelsel voldoende robuust zijn en een brede heffingsgrondslag hebben. Ook moet belastingheffing over de inkomsten uit vermogen in de praktijk goed uit te voeren zijn. Het belasten van vermogen op basis van werkelijke rendementen is op basis van het voorgaande (nog) niet haalbaar. Wel komt naar verwachting met Prinsjesdag 2019 een uitkomst beschikbaar van een onderzoek naar wijziging van de belastingheffing van box 3 vermogen dat uitsluitend bestaat uit bank- en spaarsaldi.

 

Wet: art. 5.1, 5.2 en 5.3 Wet IB 2001 en art. 9 UR AWIR

Overige informatie:

Kamerstukken II, 1998/99, 26 727, 7, P.264.

Vragen Tweede Kamerleden Lodders en Koerhuis over ‘Het bericht Verplicht sparen voor onderhoud appartement’

Antwoord van staatssecretaris van Financiën op vragen van het Tweede Kamerlid Nijboer over de fiscale behandeling van compensatie van schade door aardbevingen

Antwoord van de minister van Economische zaken en klimaat op vragen van de Tweede Kamerleden Beckerman en Nijboer over het bericht op de website van de belastingdienst getiteld ‘Wat betekent de vergoeding voor aardbevingsschade voor mijn toeslagen?’

Kabinetsreactie box 3 op basis van werkelijk rendement

Filed Under: Financiële planning, Nieuws, Verdieping, Verdieping

Reageer
Vorige artikel
Vooraankondiging arresten Hoge Raad 10 mei 2019
Volgende artikel
‘Een beetje genot is ook genot’ is nog steeds actueel

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

kennisgroepstandpunt BOR aandelen

Kapitaalverzekering met lijfrenteclausule belast bij expiratie in 2020 volgens overgangsrecht

De rechtbank oordeelt dat een uitkering uit een kapitaalverzekering met lijfrenteclausule in 2020 moet worden belast als periodieke uitkering. De belastingplichtige slaagt er niet in aan te tonen dat de polis al in 2013 is geëxpireerd of dat de saldomethode tot een lagere heffingsgrondslag leidt.

Nieuwe definitie startups in Wet werkelijk rendement box 3 en aandelenoptieregeling voor werknemers

Het kabinet werkt aan een nieuwe definitie van startups en introduceert een gunstigere aandelenoptieregeling voor werknemers. Staatssecretaris Van Oostenbruggen stuurt de Tweede Kamer een Kamerbrief over het onderzoek naar een nieuwe definitie startups in Wet werkelijk rendement box 3 en aandelenoptieregeling voor werknemers in de loonheffingen.

box 3 rendement

Geen rechtsherstel box 3 2017/2018, want geen tijdig bezwaar

Een man meent dat uit een brief van de inspecteur blijkt dat de aanslagen over 2017/2018 alsnog zouden worden herzien, maar het hof oordeelt dat zonder tijdig bezwaar geen recht op rechtsherstel bestaat en wijst zijn beroep af.

Gevoeligheidsanalyse aandelenmarkt en verhuurmarkt box 3

Het kabinet geeft inzicht in de effecten van schommelingen op de aandelen- en verhuurmarkt op de belastingopbrengsten in box 3. De analyse is opgesteld naar aanleiding van een verzoek van de Tweede Kamer en dient als input voor de behandeling van de Wet tegenbewijsregeling box 3. In de brief aan de Tweede Kamer licht de... lees verder

Antwoorden op vragen toekomstig stelsel box 3

Staatssecretaris Van Oostenbruggen beantwoordt vragen van de Eerste Kamer over het toekomstig stelsel box 3.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Vermogen in box 1, 2 en 3: de afwegingen

Masterclass (excessief) lenen van en aan de BV

Masterclass Box 3 – veilig door het overbruggingsstelsel

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2025

AGENDA

Sterk in je werk: Mindfulness, communicatie, focus en veerkracht

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Online cursus Eindejaarstips

Online cursus Familiestichting en family governance

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Online cursus Gebruikelijk loon 2025

Verdiepingscursus Internationale estate planning

Online cursus Technisch aanmerkelijk belang

Online cursus Btw en de verleggingsregeling

Stoomcursus Tax accounting

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?


Wilt u een correct e-mailadres invullen?

Inschrijving bevestigen

We hebben u een e-mail gestuurd met daarin een bevestigingslink. Nadat u op deze link heeft geklikt is uw inschrijving bevestigd. Indien u binnen 15 minuten geen e-mail in uw inbox aantreft, controleer dan alstublieft uw spam folder.

Jouw inschrijving is voltooid

Hartelijk dank voor jouw inschrijving voor nieuwsbrief Taxence. Je ontvangt binnenkort jouw eerste nieuwsbrief. Indien je je wilt afmelden kun je gebruik maken van de afmeldlink die in elke nieuwsbrief is opgenomen.

×