• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

A-G: misschien btw-aftrek voor ‘low care’ hospice

12 november 2024 door Remco Latour

geneesmiddelen btw

Advocaat-generaal Ettema ziet in een cassatieberoep een kans voor de Hoge Raad om duidelijkheid te geven over de btw-belastbaarheid van prestaties door ‘low care’ hospices.

De afgelopen jaren hebben diverse feitenrechters zich gebogen over de vraag of de diensten van een zogenoemd ‘low care’ hospice of ‘bijna-thuis-huis’ belast zijn met of vrijgesteld zijn van omzetbelasting. Die procedures hebben gemeen dat de dienstverlening door deze belanghebbenden in de kern bestaan uit de terbeschikkingstelling van een gastenkamer met aanvullend algemene verzorging door vrijwilligers. De medische verzorging en verpleging van de gasten vindt rechtstreeks door de (eigen) huisarts en (thuis)zorgorganisatie plaats. De inzet van de geschillen was steeds of de btw-ondernemers recht hebben op aftrek van de omzetbelasting die is begrepen in de kosten van de (ver)bouw van een nieuw hospice. De ondernemers stellen dat hun dienst wordt gekenmerkt door kortdurende verhuur, die is belast tegen het verlaagde tarief.

Oordelen van de feitenrechters tot nu toe

De oordelen van de feitenrechters lopen enigszins uiteen. De meesten oordelen dat de btw-ondernemer één prestatie verricht. De meeste feitenrechters bestempelen deze prestatie als verzorging met logies of als de tijdelijke verhuur van de gastenkamer. Een enkeling oordeelt dat sprake is van twee diensten. Het zou dan gaan om enerzijds het aanbieden van logies en anderzijds de diensten van de vrijwilligers. In de gevallen waarin de hoofddienst wordt gekenmerkt door verzorging met logies verschillen de feitenrechters van mening over de vraag welke omzetbelastingvrijstelling precies van toepassing is. Daarbij gaat het om de vrijstellingen voor:

  • het verzorgen en het verplegen van personen die zijn opgenomen in een inrichting. Deze vrijstelling geldt ook voor de handelingen die daarmee nauw samenhangen, zoals het verstrekken van spijzen en dranken, geneesmiddelen en verbandmiddelen aan genoemde personen;
  • aan te wijzen leveringen en diensten van sociale of culturele aard, mits de ondernemer geen winst beoogt. Bovendien mag er geen verstoring van concurrentieverhoudingen optreden ten opzichte van ondernemers die winst beogen;
  • de verblijfszorg en/of huishoudelijke hulp, voor zover die zorg niet gepaard gaat met verblijf in een instelling en plaatsvindt aan personen ten behoeve van wie in een indicatiebesluit is vastgesteld dat ze op de in die onderdelen bedoelde zorg zijn aangewezen.

Arrest kan meer helderheid verschaffen

Rechtbank Den Haag (NTFR 2023/298) heeft in een zaak geoordeeld dat de tijdelijke verhuur van de gastenkamer door een stichting de hoofddienst is. Die hoofddienst is aan te merken als verhuur in het kader van het pensionbedrijf aan personen die daar slechts voor een korte periode verblijf houden. Die verhuur is belast met omzetbelasting. Hof Den Haag (NTFR 2023/1957) daarentegen bestempelt de prestatie van de stichting als (het coördineren van) het verlenen van zorg. Die prestatie is volgens het hof vrijgesteld van omzetbelasting. De Advocaat-generaal (A-G) stelt dat de Hoge Raad deze zaak zou kunnen aangrijpen om meer helderheid te verschaffen over deze problematiek. In het bijzonder is het belang van de rechtseenheid daarmee gediend.

Hof heeft onvoldoende gemotiveerd

Wat betreft de hofuitspraak, daarin kan de A-G zich in het geheel niet vinden. Het Hof van Justitie van de EU heeft diverse relevante aanwijzingen gegeven voor de beoordeling of een ondernemer voor de heffing van omzetbelasting twee of meer afzonderlijke prestaties dan wel één enkele prestatie verricht. Daarbij moet een rechter onder meer kijken naar de relatieve waarde van elk van de handelingen die mogelijk samen één prestatie vormen. Het hof heeft onvoldoende laten blijken dat het rekening heeft gehouden met deze aanwijzingen. Bovendien heeft het hof ten onrechte geoordeeld dat de inspecteur afdoende heeft bewezen dat aan een deel van de gasten in het hospice de vereiste Wlz-indicatie is afgegeven. Verder is het hof ten onrechte voorbijgegaan aan een bepaling waardoor zonder indicatiebesluit toch een btw-vrijstelling kan gelden.

Ziekenhuisvrijstelling

Ten slotte bespreekt de A-G nog kort de ‘ziekenhuisvrijstelling’. Deze vrijstelling komt pas aan de orde als sprake is van ‘ziekenhuisverpleging en medische verzorging’ of daarmee nauw samenhangende handelingen. De dienstverlening door de stichting valt niet als zodanig te beschouwen. Op grond van de door het hof vastgestelde feiten houdt de dienstverlening van de stichting namelijk hooguit algemene verzorging in. De ruime uitleg die de Nederlandse wetgever aan deze vrijstelling geeft, kan de stichting in dit geval niet worden tegengeworpen. De A-G adviseert de Hoge Raad het cassatieberoep van de stichting gegrond te verklaren. Ook adviseert de A-G de Hoge Raad om de zaak te verwijzen zodat een hof opnieuw beoordeelt:

  • of de stichting twee of meer afzonderlijke prestaties dan wel één enkele prestatie verricht,
  • of op die prestatie(s) een vrijstelling van omzetbelasting van toepassing is; en zo ja,
  • in hoeverre de stichting recht heeft op aftrek van de omzetbelasting die is begrepen in de kosten van de bouw van het hospice.

Wet: art. 11, eerste lid, onderdelen c, f en g sub 2° Wet OB 1968

Besluit: art. 7, tweede en vierde lid en post b.13 Bijlage B Uitv.besl. OB 1968

Bron: Parket bij de Hoge Raad 25 oktober 2024 (gepubliceerd 8 november 2024), ECLI:NL:PHR:2024:1142, 24/02463

Filed Under: BTW & overdrachtsbelasting, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Appreciatie amendementen Belastingplan 2025
Volgende artikel
Negeer FE bij toetsing van liquidatieverliesregeling

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

scholen en de kor; zonnepanelen

Standpunt kwalificatie zonnedaken

De Kennisgroep omzetbelasting heeft vragen beantwoord over de kwalificatie van zonnedaken en de toepassing van de verleggingsregeling.

sloop woning

Geur woning geen onvoorziene omstandigheid, geen verlaagd OVB

Een echtpaar moet het 8%-tarief overdrachtsbelasting betalen omdat zij de aangekochte woning niet bewonen vanwege niet te verhelpen geur. Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de geur geen onvoorziene omstandigheid is, omdat kopers nader onderzoek hadden moeten doen.

KOR

Abusievelijke aanvraag KOR leidt toch tot belastingplicht

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een gemachtigde bevoegd was om deelname aan de kleineondernemersregeling aan te vragen. De naheffingsaanslag is terecht, ondanks dat de aanvraag abusievelijk was gedaan.

landbouwnormen 2023

Landbouwnormen: normen en richtlijnen voor eigen verbruik beschikbaar

De Landelijke Landbouwnormen voor eigen verbruik en richtlijnen voor privégebruik voor 2025 zijn nu beschikbaar.De Landelijke Landbouwnormen voor eigen verbruik en richtlijnen voor privégebruik voor 2025 zijn nu beschikbaar.

handel computers

A-G: Geen pleitbaar standpunt bij opzettelijke btw-carrouselfraude

A-G Van Kempen concludeert dat een ondernemer die zelf bewust deelneemt aan een btw-carrousel en daarbij valse documenten verstrekt, zich niet kan beroepen op een pleitbaar standpunt

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

Online cursus Btw-aangifte

Masterclass Overdrachtsbelasting

AGENDA

Webinar voorjaarsnota & vooruitblik Belastingplan 2026

Online cursus Estate planning voor de AB-houder & inkomstenbelasting

Masterclass verantwoord adviseren: Ethiek als kompas in de fiscaliteit

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

Verdiepingscursus DGA-advisering

Leergang Erfrecht

Stoomcursus Estate planning praktisch ingezet

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Mindful het nieuwe jaar in

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×