• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Bouwwerk op perceel niet-woning kan aanhorigheid woning zijn

12 juli 2023 door Remco Latour

paard op stal

Een onroerende zaak kan onderdelen bevatten die geen woning zijn, terwijl andere onderdelen en hun aanhorigheden wel kwalificeren als woning voor de overdrachtsbelasting.

Een vrouw en een man willen een onroerende zaak kopen. Het betreft een perceel met boerderijwoning, voormalige agrarische opstallen, ondergrond, erf landbouwgrond en verdere aanhorigheden. De vrouw en de man vragen de gemeente om de bestemming van de onroerende zaak te wijzigen van agrarisch naar wonen. Zij willen namelijk een paardenpension voor maximaal 15 paarden bij de woning realiseren. De gemeente is onder voorwaarden bereid mee te werken. Zo moet een sanering van het agrarische bedrijf en sloop van overtollige bedrijfsbebouwing plaatsvinden. De vrouw en de man kopen op 16 juli 2020 de onroerende zaak voor € 480.000. Tussen hen en de Belastingdienst ontstaat een geschil over het toe te passen tarief overdrachtsbelasting. Maar niet in geschil is dat het lage tarief voor woningen in ieder geval geldt voor het woonhuis en de tuin. Het geschil belandt voor rechtbank Zeeland-West-Brabant.

Primair standpunt van de fiscus

Het primaire standpunt van de fiscus luidt dat de bouwwerken die op het perceel zijn opgericht overwegend zijn bestemd zijn als niet-woningen. Het object van verkrijging is namelijk een agrarisch bedrijfsobject, waarvan een bedrijfswoning onderdeel uitmaakt en een perceel landbouwgrond. De inspecteur bestempelt het perceel waarop de verschillende bouwwerken staan geheel als niet-woning, met uitzondering van de bedrijfswoning. Hij meent dat men daarom niet meer toekomt aan de vraag of en in welke mate de bouwwerken op het perceel een aanhorigheid vormen bij het bouwwerk dat kwalificeert als een woning.

Woning kan staan op een perceel dat geen woning is

De rechtbank verwerpt het primaire standpunt van de fiscus. Voor de heffing van overdrachtsbelasting is een woning een onroerende zaak die op het moment van de juridische overdracht naar haar aard bestemd is voor bewoning. Een aanhorigheid is (een deel van) een onroerende zaak dat behoort bij een hoofdgebouw, daarbij in gebruik is en daaraan dienstbaar is. Dat neemt niet weg dat op een perceel dat geen woning vormt onroerende zaken kunnen staan die wel kwalificeren als woning voor de overdrachtsbelasting. De enkele omstandigheid dat bepaalde onderdelen van een onroerende zaak geen woning vormen, sluit niet uit dat er aanhorigheden zijn bij het deel dat wel kwalificeert als woning. De maatstaf of een bouwwerk ‘naar zijn aard’ als woning is bestemd is een andere dan of (een deel van) een onroerende zaak als aanhorigheid bij een woning is aan te merken, aldus de rechtbank.

Niet voldaan aan voorwaarden voor aanhorigheid

Ondanks de verwerping van het primaire standpunt van de inspecteur verklaart de rechtbank het beroep van de kopers ongegrond. Zij maken namelijk niet aannemelijk dat de andere bouwwerken op het perceel aanhorigheden van de bedrijfswoning zijn. Van deze bouwwerken is niet te zeggen dat zij deel uitmaken van de woning, daarbij in gebruik of daaraan dienstbaar zijn. Maar de fiscus moet de kopers wel een immateriële schadevergoeding betalen, omdat de redelijke termijn is verstreken.

Wet: art. 14, tweede en zesde lid WBRV

Bron: rechtbank Zeeland-West-Brabant 6 juli 2023 (gepubliceerd 11 juli 2023), ECLI:NL:RBZWB:2023:4683, 21/2092

Filed Under: BTW & overdrachtsbelasting, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Besluit toepassing voorschriften internationaal belastingrecht in de winstsfeer gepubliceerd
Volgende artikel
Verdeling eigen woning te herzien bij iedere navordering

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Stoppen-met-roken-zorg geen medische vrijstelling voor btw

Rechtbank Zeeland-West-Brabant beslist dat stoppen-met-roken-programma’s niet onder de medische vrijstelling voor de btw vallen. De bv toont niet aan dat haar coaches beschikken over de vereiste BIG-kwalificaties of een daarmee gelijkwaardig niveau.

woningbouw kavel

Woningtarief bij sloopwoning op meerdere percelen: civielrechtelijk eigendom gebouw beoordelen

De Hoge Raad oordeelt in de samenhangende zaken 24/02648 en 24/02649 over de vraag of de door X verkregen bouwkavels, waarop respectievelijk een zeer klein deel (circa 1%) en een groot deel (circa 55%) van de voormalige woning, een deel van de buitenmuur en een deel van het terras liggen, als woning in de zin van art. 14 lid 2 Wet BRV 1970 zijn aan te merken.

dienstbetrekking

Geen fiscale eenheid omzetbelasting door ontbreken financiële verwevenheid tussen stichting en bv

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een stichting en een bv geen fiscale eenheid voor de btw vormen, omdat de stichting niet de meerderheid van de zeggenschapsrechten heeft. De naheffingsaanslag omzetbelasting blijft in stand.

subsidie VvE isolatie

Prejudiciële vraag aan HvJ: vormt overdracht verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen

Is de overdracht van een verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen? De Hoge Raad legt hierover prejudiciële vragen voor aan het HvJ, met name over de toepassing van artikel 37d Wet OB 1968 bij vrijgestelde verhuur en de rol van de intentie van de verkoper.

crypto box 3 jongere

Geen aftrek voorbelasting bij cryptotransacties met uitsluitend EU-klanten

De rechtbank oordeelt dat een cryptoplatform geen recht heeft op aftrek van voorbelasting voor diensten aan buiten de EU gevestigde partijen, als alle klanten binnen de EU wonen. De naheffingsaanslagen omzetbelasting over 2017 en 2018 blijven in stand.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Overdrachtsbelasting

Online cursus Btw-aangifte

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×