In hoger beroep is in geschil of de heffingsambtenaar het bepaalde in artikel 16 van de Wet WOZ op de juiste wijze heeft toegepast; of de waarde van de op juiste wijze afgebakende onroerende zaak ingevolge het bepaalde in artikel 18, lid 4, van de Wet WOZ juncto artikel 2, lid 1, aanhef en onderdeel g, van de Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten Wet WOZ (hierna: de waarderingsuitzondering…
Meer informatie: http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:GHDHA:2016:3776&showbutton=true
Geef een reactie