Naar het oordeel van het Hof heeft belanghebbende niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van een overeenkomst tussen belanghebbende en zijn ex-vrouw inhoudende de verplichting om “haar” deel van de hypotheekrente en premies levensverzekering te voldoen. Dientengevolge kwalificeert de voldoening van deze rente en premie, naar het oordeel van het Hof, niet als een rechtstreeks uit het familierech…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2017:1527
Geef een reactie