De door verweerder verstrekte dienst, inhoudende het in behandeling nemen van de aanvraag voor de escortvergunning en het uitvoeren van de Bibob-intake en screening, dient in overheersende mate het belang van eiser en niet in overheersende mate het publieke belang. De door verweerder verstrekte dienst is dan ook een dienst in de zin van artikel 229, eerste lid, aanhef en onder b, van de Gemeent…
Meer informatie: http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBLIM:2014:9891
Geef een reactie