Belanghebbende is woonachtig in Brazilië en is in dienstbetrekking bij een in Nederland gevestigde werkgever. In het kader van deze dienstbetrekking is belanghebbende werkzaam geweest op hulpschepen op het continentaal plat dan wel de exclusieve economische zone van Kameroen, Gabon en Denemarken. Met het in Nederland volgen van een verplichte cursus, is sprake van het “gedeeltelijk” in Nederland vervullen van een dienstbetrekking, aldus is artikel 7.2, zevende lid, eerste volzin, van de Wet IB van toepassing. Nederland mag op grond van deze bepaling heffen over de gehele beloning. Dit heffingsrecht wordt echter beperkt tot de in Nederland verrichte arbeid nu geen sprake is van ‘internationaal verkeer’ in de zin van artikel 15, derde lid, juncto artikel 3, aanhef, eerste lid, onderdeel h, het Verdrag Nederland-Brazilië. Daarvoor moet, gelet het commentaar bij artikel 8 van het OESO-modelverdrag, immers sprake zijn van het vervoer per schip of vliegtuig van goederen of personen in het internationale verkeer. Met hulpschepen die offshorediensten hebben verricht ten behoeve van de exploratie of exploitatie van natuurlijke rijkdommen in de zeebodem, is van zodanig verkeer geen sprake.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BZ2558
Geef een reactie