Conclusie PG: (i) Opzegging van een vaststellingsovereenkomst voor onbepaalde duur met contractueel beperkte opzegmogelijkheden. (ii) Samenhangende waardering van de posities van een delta-hedging market maker? (iii) Op kostprijs of op beurskoers? Feiten: De belanghebbende is market maker. Zij onderhoudt voor Euronext de markt in bepaalde series opties op aandelen. Zij geeft bied- en laatprijzen af om de vraag naar en het aanbod in die opties samen te brengen. Het verschil tussen de bied- en laatprijzen (de bid-offer spread) is haar belangrijkste inkomensbron. Als market maker neemt zij voor eigen rekening en risico posities in in opties en hun onderliggende aandelen. Zij dekt zich zo goed mogelijk in tegen de daardoor opgeroepen risico’s, met name het koersrisico. De belanghebbende en de fiscus hebben in 1993 een beperkte samenhangende waardering van belanghebbendes posities afgesproken (samenhang per subcategorie optie binnen één beursfonds) op kostprijs of lagere beurswaarde (long) of hogere beurswaarde (short). De afspraak gold voor vijf jaar, onder voorbehoud van andersluidende rechtspraak, en vervolgens voor daarop volgende jaren behoudens “zwaarwegende redenen.” In 1997 kondigt de Inspecteur naar aanleiding van boekenonderzoeken ‘evaluatie’ van de afspraken (ook met andere market makers) aan en zegt hij een deel van de afspraak (een waarderingskorting) reeds op. In 2000 zegt hij de gehele afspraak op met ingang van boekjaar 2001 omdat de afgesproken waardering in strijd is met goed koopmansgebruik en omdat hij zich bij het maken van de afspraak onjuist voorgelicht acht (dwaling). Voor vervolg inhoudsindicatie zie conclusie.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BZ5138
Geef een reactie