• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

A-G: Inhoud driehoeksfusieplan verhindert kostenaftrek

8 juli 2024 door Remco Latour

Soms kan de inhoud van een voorstel om tot een driehoeksfusie over te gaan bepalingen bevatten die bij een van de partijen directe kostenaftrek uitsluit.

Een groep vennootschappen is actief in de telecomsector en de content and media-sector. Een Nederlandse nv houdt indirect alle aandelen in een Amerikaanse tussenhoudstervennootschap. De Amerikaanse tussenhoudster houdt alle aandelen in een vennootschap opgericht naar het recht van Delaware (vanaf nu aangeduid als de Delaware-kleindochter). De nv en haar Delaware- kleindochter komen met een andere naar het recht van Delaware opgerichte vennootschap een driehoeksfusie overeen. Daarbij zal de Delaware-kleindochter opgaan in de andere naar het recht van Delaware opgerichte vennootschap. De oude aandeelhouders van de laatstgenoemde vennootschap zullen contanten van de nv ontvangen. Na de driehoekfusie moeten alle aandelen in de overgebleven naar het recht van Delaware opgerichte vennootschap in handen zijn van de tussenhoudster. In haar aangifte vennootschapsbelasting heeft de nv haar betalingsverplichting tegenover de oude aandeelhouders contant gemaakt en als passiefpost opgenomen. De oprenting per balansdatum is van het resultaat afgetrokken, evenals een valutaresultaat over de verplichting.

Geen verplichting op balansdatum

Zowel de Belastingdienst als hof Amsterdam meent dat de oprenting van de voorwaardelijke verplichting en het koersrisico niet leiden tot winstaftrek. Zie NTFR 2023/2112 en ‘Voor dochter bepaalde verwervingskosten niet aftrekbaar’. Een S.a.r.l., de rechtsopvolger van de Nederlandse nv, gaat in cassatie. Zij stelt dat de opschortend voorwaardelijke betalingsverplichting was te passiveren als schuld of voorziening. Ook de voorwaardelijke oprenting van die verplichting en het voorwaardelijke ongerealiseerde valutaverlies zijn volgens de bv aftrekbaar. Advocaat-generaal (A-G) Wattel wijst erop dat op de relevante balansdatum de opschortende voorwaarde nog niet was vervuld. Daarom ontbrak een rechtens afdwingbare verplichting waarvoor een voorziening was te vormen. Maar zelfs als dat anders was, had dat de nv niet gebaat. In dat geval had zij namelijk een even grote actiefpost moeten opnemen als de kostprijs van de deelneming.

Overeenkomst legt opschortende voorwaarden op

De S.a.r.l. betwist ook het hofoordeel dat de nv geen recht op levering van de aandelen heeft gehad omdat de tussenhoudster dit recht heeft verkregen. De S.a.r.l. ziet hierin een asymmetrie omdat het valutaresultaat en de oprentingslast vast zitten aan de betalingsverplichting en niet aan het leveringsrecht. Door daar geen rekening mee te houden, heeft het hof de totale winst onjuist opgevat. De A-G concludeert echter dat het hofoordeel is gebaseerd op de inhoud van de overeenkomst en het plan van de driehoeksfusie. Deze overeenkomst onderwerpt de betalingsverplichting en de oprenting en valutarisico’s aan dezelfde opschortende voorwaarden als het leveringsrecht ter zake van de aandelen. Ten slotte meent de A-G net als het hof dat het valutaverlies en de oprentingslast onderdeel zijn van de kostprijs van de deelneming die de S.a.r.l. houdt.

Wet: art. 3.8 Wet IB 2001 en art. 8, eerste lid en 13 Wet Vpb 1969

Bron: Parket bij de Hoge Raad 21 juni 2024 (gepubliceerd 5 juli 2024), ECLI:NL:PHR:2024:663, 23/04451

Filed Under: Fiscaal nieuws, Nieuws, Vpb & Div.bel

Reageer
Vorige artikel
Vooraankondiging arresten Hoge Raad 12 juli 2024
Volgende artikel
A-G: Schoonmakers op platform zijn in dienst bij Helpling

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

valuta

Standpunt afdekkingsinstrument en verwachte uitkering bij waarde deelneming nihil

De Kennisgroep deelnemingsvrijstelling heeft de vraag beantwoord of een positieve beschikking op grond van artikel 13, zevende lid, Wet Vpb 1969 afgegeven kan worden in de situatie waarin een uitkering wordt verwacht van een deelneming die een andere functionele valuta hanteert dan de belastingplichtige en de waarde van de deelneming niet meer dan nihil bedraagt.... lees verder

Fonds voor gemene rekening

Internetconsultatie aanpassing fonds voor gemene rekening

Het ministerie van Financiën is een internetconsultatie gestart over een aanpassing van het fonds voor gemene rekening.

woningbouw kavel

Woningcorporaties: miljarden vennootschapsbelasting ten koste van nieuwbouw

De vennootschapsbelasting die woningcorporaties betalen, loopt de komende jaren sterk op. Lag de jaarlijkse last de afgelopen jaren rond € 700 miljoen in 2029 wordt dat naar verwachting circa 1,5 miljard euro. Dat beperkt de investeringsruimte die nodig is om de woningnood aan te pakken. Aedes roept de formerende partijen daarom op de Vpb-plicht voor corporaties af te schaffen.

ministerie financien

Fiscaal verzamelbesluit 2025

De staatssecretaris van Financiën heeft het Fiscaal Verzamelbesluit 2025 gepubliceerd.

cadeaubon

Standpunt bijkomstige werkzaamheden en fbi-regime

De Kennisgroep bijzondere winstbepalingen vpb heeft een vraag beantwoord over de toepassing van het regime voor fiscale beleggingsinstellingen als bedoeld in artikel 28 Wet Vpb 1969. De vraag ziet op ‘bijkomstige werkzaamheden die rechtstreeks verband houden met beleggingen in vastgoed’ in de zin van artikel 28, derde lid, onderdeel e, Wet Vpb 1969.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Vennootschapsbelastingplicht stichtingen & verenigingen

Online cursus afwaarderen & kwijtschelden van vorderingen

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AGENDA

Webinar voorjaarsnota & vooruitblik Belastingplan 2026

Online cursus Estate planning voor de AB-houder & inkomstenbelasting

Masterclass verantwoord adviseren: Ethiek als kompas in de fiscaliteit

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

Verdiepingscursus DGA-advisering

Leergang Erfrecht

Stoomcursus Estate planning praktisch ingezet

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Mindful het nieuwe jaar in

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×