• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

NTFR
  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Actuele vragen over DAC6 en ATAD2

8 maart 2021 door Anne-Marie Noordenbos

verruiming exportkredietverzekeringen

Staatssecretaris Vijlbrief bekijkt of en onder welke voorwaarden in bepaalde gevallen dubbele belastingheffing kan worden voorkomen bij de toepassing van hybride mismatchmaatregelen. Dit antwoordt hij op Kamervragen naar aanleiding van een artikel in het Maandblad Belasting Beschouwingen ‘Overkill bij ATAD2: wat gaat de Hoge Raad of staatssecretaris doen?’. Ook beantwoordt hij vragen over de fiscaal transparante beleggingsinstelling en actuele vragen over invoering DAC6.

De toepassing van de hybridemismatchmaatregelen kan leiden tot dubbele belastingheffing erkent Vijlbrief. Het kabinet heeft de dubbele belastingheffing aangekaart bij de EC. De EC zegt dat de tekst van ATAD2 ruimte biedt om op nationaal niveau dubbele belastingheffing door toepassing van de hybride mismatchmaatregelen in bepaalde gevallen te voorkomen. Gegeven de ruimte die ATAD2 biedt wordt nader bezien of, en zo ja onder welke voorwaarden, in bepaalde gevallen dubbele belastingheffing kan worden voorkomen. Het streven is om de praktijk hierover door middel van een beleidsbesluit in het voorjaar van 2021 meer duidelijkheid te verstrekken.

Zie ook: Blog | DAC6/MDR: de redelijkheid in de wetgeving is zoek dus is kennis essentieel

Fiscaal transparante beleggingsinstelling

Vijlbrief herkent en deelt de constatering dat de fiscale behandeling van lichamen als transparant (niet zelfstandig belastingplichtig) of niet-transparant (wel zelfstandig belastingplichtig) onderwerp van discussie is vanwege de hybridemismatchmaatregelen in de vennootschapsbelasting, de inwerkingtreding van de Wet bronbelasting 2021 en het voorontwerp van de Wet modernisering personenvennootschappen. Binnen vier weken wil de bewindsman een internetconsultatie starten met betrekking tot voorgestelde aanpassingen op het  kwalificatiebeleid van (buitenlandse) rechtsvormen, die onderdeel zullen uitmaken van het pakket Belastingplan 2022.

Meldingsplicht

Bij de totstandkoming van de wet is onderkend dat (hulp)intermediairs in de praktijk moeite kunnen hebben met het vaststellen van het al dan niet meldingsplichtig zijn van concrete constructies. Om hieraan tegemoet te komen is een leidraad opgesteld waarin nadere inkleding wordt gegeven aan de meldplicht, uiteraard binnen de kaders die DAC6 hiervoor voorschrijft. In de leidraad wordt ook het begrip ‘hulpintermediair’ nader ingekleed. Ook in de leidraad is opgenomen dat een potentiele hulpintermediair geen onderzoeksplicht heeft. Dit wil zeggen dat een persoon niet is gehouden om extra informatie te verzamelen om te kunnen beoordelen of hij kwalificeert als hulpintermediair, als die extra informatie niet nodig is om de betreffende dienst – rekening houdend met de deskundigheid die en het begrip dat daarvoor nodig is – te kunnen verstrekken.  Financiële instellingen vallen voor routinebanktransacties gewoonlijk niet onder het begrip hulpintermediair vallen.

Ontheffingsmogelijkheid

DAC6 voorziet in een ontheffingsmogelijkheid om dubbele of meervoudige meldingen te voorkomen. De ontheffingsmogelijkheid houdt in dat een (hulp)intermediair is ontheven van de meldingsplicht als hij aannemelijk kan maken dat de betreffende inlichtingen al door een andere intermediair zijn verstrekt, al dan niet in een andere lidstaat van de Europese Unie. Om voor ontheffing in aanmerking te komen, moet een intermediair zich er derhalve van vergewissen dat een andere betrokken intermediair aan de meldingsplicht voldoet. Concreet kan een ‘Nederlandse intermediair’ aannemelijk maken dat een andere betrokken intermediair de melding heeft gedaan als hij in het kader van een controle door de Belastingdienst kan verwijzen naar het aan die andere intermediair toegekende referentienummer naar aanleiding van de melding. Als een intermediair nalaat een andere betrokken intermediair te informeren over het feit dat een meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie reeds is gemeld, kan die andere intermediair dit verifiëren of zekerheidshalve zelf tot melding overgaan. Vijlbrief ziet niets in de introductie van een verplichting voor intermediairs om eventuele andere intermediairs te informeren over een gedane melding nu dit de administratieve lasten voor intermediairs sterk zou doen toenemen. Daarbij zou de introductie van een dergelijke extra verplichting afbreuk doen aan de “zuivere implementatie” van DAC6 – dus zonder extra Nederlandse verplichtingen – die de wet op dit moment voorstaat. 

Inperking werking DAC6 door VK

Het Verenigd Koninkrijk heeft aangegeven alleen te zullen deelnemen aan de OESO ‘Mandatory Disclosure Rules’ welke ziet op de Common Reporting Standard Avoidance Arrangements and Opaque Offshore Structures (hierna: OESO MDR). Ingevolge de OESO MDR zijn intermediairs en belastingplichtigen gehouden om constructies waarmee de CRS wordt omzeild of waarmee uiteindelijk belanghebbenden worden verhuld, te melden. In DAC6 bestaat deze meldverplichting ook (wezenskenmerk D)25, maar zijn daarnaast andere criteria om te moeten melden opgenomen.

Meldingen die zien op de OESO MDR worden op automatische basis uitgewisseld met alle landen die deelnemen aan de OESO MDR. Nederland heeft aangegeven los van DAC6 óók deel te nemen aan de OESO MDR, zodat informatie over wezenskenmerk D-constructies ook met de andere deelnemende landen (buiten de EU) wordt gedeeld. Door zich te beperken tot informatieuitwisseling wat betreft de OESO MDR heeft het Verenigd Koninkrijk de werking van DAC6 dus inderdaad ingeperkt. Zodra een intermediair die in het Verenigd Koninkrijk actief is echter een ‘nexus’ met een EU-lidstaat heeft, bijvoorbeeld omdat die intermediair beschikt over een vaste inrichting in een lidstaat via welke de diensten in verband met een ingevolge DAC6 meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie worden verleend, dient die intermediair alsnog tot melding ingevolge DAC6 over te gaan. Daarnaast zullen constructies waarbij tenminste één van de deelnemers in de constructie Europese nexus heeft ook gemeld moeten worden. Dit gebeurt hetzij door een (andere) betrokken intermediair die wél Europese nexus heeft, hetzij door de relevante belastingplichtige.

Verder heeft het verlaten van de EU door het Verenigd Koninkrijk tot gevolg dat het Verenigd Koninkrijk geen vrije toegang meer heeft tot de interne markt. Ten aanzien van de financiële dienstverlening betekent dat concreet dat de Europese paspoorten van de Britse financiële instellingen per 1 januari 2021 zijn komen te vervallen. Hierdoor is het voor Nederlandse bedrijven minder aantrekkelijk geworden om gebruik te maken van diensten van deze financiële instellingen. Er is dus niet zozeer sprake van een concurrentie voor- of nadeel, maar meer een wezenlijke verandering van de geldende spelregels waarbij het Verenigd Koninkrijk en de EU met ingang van 1 januari 2021 op grotere economische afstand van elkaar zijn komen te staan. 

Meer informatie: Ministerie van Financiën, 5 maart 2021

Taxvice webinar DAC6

Wat de richtlijn inhoudt, hoe het de onderneming raakt, de deadlines en toetsing van de constructies, we behandelen het allemaal tijdens het Taxvice DAC6 webinar. We blikken terug op de eerste fase en delen de praktijkervaringen. Taxvice klanten kunnen gratis deelnemen met een speciale kortingscode.

Meer informatie en aanmelden

Filed Under: Fiscaal nieuws, Internationaal & Europees recht, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19
Volgende artikel
Al het vermogen relevant bij toets verkapt dividend

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

UBO-register

Internetconsultatie Wijzigingsbesluit toegang UBO-registers natuurlijke personen en rechtspersonen met legitiem belang

Het ministerie van Financiën is een internetconsultatie gestart over het Wijzingingsbesluit toegang UBO-registers voor natuurlijke personen en rechtspersonen met een legitiem belang.

Nederland mag loon van Portugese uitzendkrachten belasten

Een Portugese vennootschap detacheert in 2016 werknemers naar een project in Nederland van een Belgische nv, terwijl de werknemers minder dan 183 dagen in Nederland verblijven en op de Portugese loonlijst staan. Het hof past het materiële werkgeversbegrip uit art. 15, lid 2, verdrag Nederland–Portugal toe en oordeelt dat de Belgische nv de materiële werkgever is, omdat de werknemers onder haar gezag werken en de loonkosten functioneel aan de Nederlandse vaste inrichting zijn toe te rekenen. Daardoor komt de beloning ten laste van de Nederlandse vaste inrichting, zijn de cumulatieve voorwaarden van art. 15, lid 2, niet vervuld en heeft Nederland heffingsrecht; het hoger beroep van de Portugese vennootschap is ongegrond.

malta

Misbruikbepaling verdrag Nederland-Malta treft Maltese objectvrijstelling

De Hoge Raad bevestigt dat de objectvrijstelling in Malta voor niet‑geremitteerde vermogenswinsten een ‘bijzondere regeling’ is in de zin van artikel 30 van het verdrag Nederland‑Malta. Daardoor mag Nederland de in Nederland behaalde vermogenswinsten van de Maltese bv in de heffing van vpb betrekken.

Nederland en Thailand sluiten nieuw belastingverdrag

Nederland en Thailand hebben een nieuw belastingverdrag ondertekend. Het vernieuwde verdrag bevat afspraken om belastingontwijking tegen te gaan en moderniseert de bestaande bepalingen. Daarnaast krijgt Nederland opnieuw het recht om belasting te heffen over pensioeninkomsten van Nederlanders die in Thailand wonen.

meldingsplicht grensoverschrijdende constructies

EC publiceert tweede evaluatie DAC

De Europese Commissie heeft de tweede evaluatie gepubliceerd van de DAC (Directive Administrative on Cooperation).

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×