• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Co-ouders: kinderbijslag, toeslagen en ICK

18 juni 2019 door Michel Halters

Wet kindgebonden budget

Met co-ouderschap bereiken ex-partners dat hun kinderen evenveel tijd doorbrengen bij beide ex-partners. Voor co-ouderschap is belangrijk dat beide ex-partners het goed met elkaar kunnen vinden en goede afspraken kunnen maken over de taakverdeling en opvoeding van hun kinderen. Om co-ouderschap aan te tonen aan instanties is nodig dat dit co-ouderschap in een uitspraak van de rechter is vastgelegd of in een gezamenlijk door beide ex-partners ondertekende overeenkomst.

Een co-ouder komt mogelijk in aanmerking voor een aantal tegemoetkomingen voor het onderhoud van kinderen. Denk daarbij aan kinderbijslag, kindgebonden budget en als werkende ouder de inkomensafhankelijke combinatiekorting (ICK).

Co-ouderschap en kinderbijslag

Bij meerdere kinderen kunnen ex-partners er voor kiezen om een kind bij de ene ouder in te schrijven in de Basisadministratie Personen en een ander kind bij de andere ouder. In beginsel betaalt de Sociale Verzekeringsbank de kinderbijslag uit aan de ouder bij wie het kind is ingeschreven in de Basisadministratie Personen. Is sprake van co-ouderschap, dan kan de kinderbijslag ook verdeeld worden over beide co-ouders.

Co-ouderschap en kindgebonden budget

Een co-ouder heeft recht op kindgebonden budget als de ouder voor een of meer kinderen kinderbijslag ontvangt en het kind is op 1 januari jonger dan 18 jaar. Voor kinderen vanaf 16 jaar kan mogelijk geen recht meer op kinderbijslag ontstaan. Het recht op kindgebonden budget blijft wel bestaan, zolang de kosten van onderhoud voor het kind meer dan 30% zijn voor de co-ouder. In het jaar waarin het kind 12 of 16 wordt, krijgt de co-ouder meer kindgebonden budget. Een co-ouder krijgt sowieso extra kindgebonden budget in vergelijking met samenwonende ouders als compensatie voor de extra kosten. Hebben ex-partners een kind, dan is relevant dat de co-ouder met het laagste inkomen mogelijk recht heeft op het meeste kindgebonden budget. De hoogte van het inkomen waarbij geen recht meer bestaat op kindgebonden budget verschilt per situatie, alleenstaand of niet alleenstaand en ook van de leeftijd van het kind of de kinderen. Ook speelt de hoogte van het vermogen, de grondslag voor sparen en beleggen een rol. Bij een vermogen van meer dan € 114.776 (2019) bestaat ook geen recht op kindgebonden budget. Op de site van de Belastingdienst/toeslagen is het mogelijk om een proefberekening te maken om te zien welke co-ouder in aanmerking komt voor kindgebonden budget en wat de hoogte is. Met een goede toedeling van het kindgebonden budget aan de co-ouder met het laagste inkomen en vermogen kunnen de beide ex-partners hun recht op kindgebonden budget optimaliseren. Denk ook aan de wijzigingen als een van de co-ouders weer gaat samenwonen. Een nieuwe toeslagpartner vermindert mogelijk het recht op kindgebonden budget.

Co-ouderschap en kinderopvangtoeslag

Co-ouders moeten schriftelijk aan de Belastingdienst/toeslagen melden dat ze co-ouders zijn geworden. Co-ouders kunnen beide recht hebben op kinderopvangtoeslag als het kind ten minste drie dagen per week bij een co-ouder verblijft of wanneer het kind om en om een week bij de ene co-ouder verblijft en een week bij de andere co-ouder verblijft. Uiteraard gelden de algemene regels voor kinderopvangtoeslag. Een co-ouder heeft recht op kinderopvangtoeslag als hij kinderbijslag of een pleegouderbijdrage ontvangt of een kind voor meer dan 30% onderhoudt. Het kind moet naar een landelijk geregistreerd kindercentrum of gastouderbureau gaan. Ook moet er een schriftelijke overeenkomst met de instelling zijn waarin onder meer de uurprijs en het aantal uur opvang per jaar staan vermeld. Tot slot is ook een voorwaarde dat de co-ouder werkt, studeert of een traject volgt om werk te vinden. Voor kinderopvangtoeslag geldt een maximum aantal opvanguren van 230 per kind per maand. Co-ouders kunnen de kosten van opvang onderling verdelen en aangeven welk deel van de kinderopvangtoeslag elk van de co-ouder wil ontvangen. Ook hier geldt hoe lager het inkomen uit arbeid en hoe lager het vermogen, hoe meer kinderopvangtoeslag men krijgt. Co-ouders moeten hiermee bij het toedelen van de uren kinderopvang rekening houden om gezamenlijk zoveel mogelijk kinderopvangtoeslag te kunnen krijgen. Voor de hoogte van de kinderopvangtoeslag speelt verder ook nog een rol het aantal kinderen waarvoor men kinderopvang geniet.

ICK voor co-ouder

Een co-ouder heeft recht op de ICK als hij:

  • met tegenwoordige arbeid minimaal € 4.993 (2019) verdient of de ondernemer die recht heeft op de zelfstandigenaftrek; en
  • in het kalenderjaar gedurende minimaal zes maanden een kind heeft behoord tot het huishouden dat op 1 januari van dat jaar nog geen 12 jaar oud was en op hetzelfde woonadres als de belastingplichtige staat ingeschreven in de Basisregistratie Personen en
  • hij in het kalenderjaar geen partner heeft dan wel als hij wel een partner heeft, een lager arbeidsinkomen heeft dan zijn partner.

 

De hoogte van de ICK is 11,45% van het arbeidsinkomen boven de € 4.993 en gemaximeerd op € 2.835 (2019). Voor co-ouders geldt dat zij recht hebben op ICK voor een kind dat doorgaans drie gehele dagen per week bij die ouder verblijft en ook overigens aan de voorwaarden voldoet. Let er op dat gemiddeld drie dagen per week nog geen doorgaans drie dagen per week is. Dit bleek onlangs uit een uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden 27 maart 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:2609. Hierin was sprake van gescheiden ouders. In een periode van 14 dagen verbleef het kind de ene week vier dagen per week en de andere week twee dagen per week bij de vader. In geschil was of was voldaan aan de voorwaarden van ‘doorgaans ten minste drie gehele dagen per week’ verblijven in elk van de huishoudens. Het hof oordeelde dat dat niet het geval was. Een verblijf van zes dagen per twee weken leidt wel tot een gemiddeld verblijf van drie dagen per week, maar niet tot een verblijf van doorgaans drie dagen per week.

 

Inschrijving van kind op adres van co-ouder niet mogelijk

Een co-ouder die aan boord woont van een binnen(vaart-)schip kan zich niet inschrijven op een woonadres in de Basisregistratie Personen. Op grond van de hardheidsclausule kan een co- ouder die aan boord van een binnenschip woont, toch recht hebben op de ICK. Dat is het geval als inschrijving in de Basisregistratie Personen onmogelijk is, maar de co-ouder en kind wel op hetzelfde briefadres staan ingeschreven en overigens aan alle voorwaarden voor de toepassing van de ICK voldoet.

 

ICK in jaar geboorte kind

In het jaar waarin een kind wordt geboren voldoet de co-ouder niet aan de voorwaarde dat er op 1 januari van dat jaar een kind jonger dan 12 jaar tot het huishouden behoort. Op grond van de hardheidsclausule komt de co- ouder toch in aanmerking voor de ICK als het kind gedurende het kalenderjaar ten minste zes maanden tot het huishouden heeft behoord. Een kind geboren in een jaar wordt geacht op 1 januari van dat jaar 0 jaar te zijn.

 

Wet: art. 7 AKW, art. 2 Wet KB, art. 3 en 4 KOT en art. 8.14a Wet IB 2001

Overig: Besluit van 11 november 2011, nr. BLKB2011/1208M

Filed Under: Arbeid & loon, IB-ondernemer, Nieuws, Overige, Verdieping, Verdieping, Verdieping

Reageer
Vorige artikel
A-G wijkt in overgangsrecht af van grammaticale uitleg
Volgende artikel
De onrechtvaardige box 3, welkom in de Kafkaiaanse wereld

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

eigenwoningschuld

Belastingen hervormen en economie versterken

D66 en CDA willen de belastingen hervormen. Het afbouwen van de hypotheekrenteaftrek hoort daarbij. Dat staat in de plannen die dinsdag gepresenteerd zijn.

Ontslag; vergoeding; Belastingdient

Wettelijke rente over terugbetaalde ontslagvergoeding is negatief loon

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de wettelijke rente die de man moet betalen bij de terugbetaling van een ontslagvergoeding kwalificeert als negatief loon. De proceskostenvergoeding die hij aan zijn werkgever betaalt, hoort daar niet bij. Ook kan hij de ingehouden loonheffing niet in 2015 verrekenen.

renseigneringsverplichting

CNV wil fiscaal aantrekkelijke regeling voor scholing

Het kabinet moet snel inzetten op een fiscaal aantrekkelijke regeling voor scholing, nu er duizenden banen op de tocht staan, zo dringt CNV aan.

‘Overstap kantoorautomatisering Belastingdienst naar M365 enige uitvoerbare optie’

De overstap naar M365 van de Belastingdienst is volgens staatssecretaris Heijnen de enige uitvoerbare optie in de huidige situatie. Dit schrijft de staatssecretaris in antwoord op Kamervragen naar aanleiding van de Kamerbrief 'Overstap kantoorautomatisering naar M365'.

30%-regeling

Kabinet wil 30%-regeling nu niet verder versoberen

Het kabinet acht het, gelet op stabiliteit van het fiscale beleid en het vestigingsklimaat, niet passend om binnen de demissionaire status nu een wetsvoorstel in te dienen voor verdere versobering van de 30%-regeling.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Management- en werknemersparticipatie

Online cursus Gebruikelijk loon 2026

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

Webinar zzp dossier, wanneer is er wel of niet sprake van schijnzelfstandigheid?

Online cursus introductie participatieregelingen en lucratieve belangen

Opleidingen

Online cursus afwaarderen & kwijtschelden van vorderingen

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×