• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Geen verliesaftrek in box 1 voor risicovolle belegging

27 november 2012 door Giniraynha Poulina

Als een ondernemer een verlies lijdt op een vordering mag hij dit verlies alleen ten laste van de winst brengen als de lening is verstrekt binnen het kader van de normale uitoefening van zijn onderneming. De resultaten uit risicovolle beleggingen worden niet toegerekend aan de onderneming, omdat de risico’s die aan dergelijke beleggingen zijn verbonden een gevolg zijn van een keuze die buiten de ondernemingssfeer liggen.

Beleggen in box 1 en 3

In de inkomstenbelasting worden beleggingsproducten belast in box 1 of in box 3. In box 1 zijn beleggingen ondergebracht die verband houden met de onderneming of die het resultaat zijn van het rendabel maken van vermogen dat normaal vermogensbeheer te boven gaat. Zie in dit kader het bericht ‘Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg’. Vermogensbestanddelen die ter belegging worden aangehouden, zoals verhuurde panden en woningen die niet als hoofdverblijf dienst doen of rechten die direct of indirect op (on)roerende zaken betrekking hebben, vallen in box 3. Ook rechten die niet op zaken betrekking hebben vallen in box 3. Denk hierbij aan vorderingen en obligaties, maar ook een aandelenbelang dat niet kwalificeert als een aanmerkelijk belang (belast in box 2).

 

Normaal vermogensbeheer

Een onderneming is een organisatie van kapitaal en arbeid die deelneemt aan het economisch verkeer met het oogmerk winst te behalen. Als iemand op een ‘normale’ manier zijn vermogen beheert, zal geen sprake zijn van ondernemerschap voor de inkomstenbelasting. Wanneer het streven bestaat om eigen arbeidskracht, eigen capaciteiten of eigen relaties rendabel te maken, kan men dus niet meer spreken van normaal vermogensbeheer. Gaat het om zuiver speculatieve beleggingen, dan zal wel sprake zijn van normaal vermogensbeheer. De scheiding tussen beide zal niet altijd even duidelijk zijn. In de rechtspraak is ten aanzien van de beleggingen in onroerende zaken wel een zekere lijn te trekken. Zie bijvoorbeeld het bericht ‘Verhuur appartementencomplex was normaal vermogensbeheer’. In zulke gevallen wordt onder andere gekeken of de belastingplichtige het pand zelf heeft gebouwd, zelf onderhouds- of schoonmaakwerkzaamheden verricht aan het pand, verhouding tussen eigen vermogen en vreemd vermogen en de wijze waarop de belastingplichtige zich zelf naar buiten toe presenteert. Het gaat steeds om een combinatie van factoren. Daarbij staat de verhouding tussen de omvang van het vermogen en de werkzaamheden die worden verricht centraal.

 

Verschil tussen beleggen en ondernemen

Als er sprake is van een onderneming zijn alle resultaten belast, dus zowel de reguliere opbrengsten als de vervreemdingsvoordelen. Daar staat tegenover dat de ondernemer alle kosten in aftrek kan brengen. Als er sprake is van ‘gewoon’ beleggen, wordt het te belasten inkomen in box 3 forfaitair berekend. De werkelijke voordelen worden dus niet in de heffing betrokken. Bij een goed rendement is een heffing via box 3 dus gunstiger dan een heffing via box 1. In geval van verliezen is een heffing in box I fiscaal en financieel voordeliger.

 

Verschil tussen beleggen en resultaat overige werkzaamheden

Er kan alleen sprake zijn van een resultaat uit overige werkzaamheid als geen sprake is van winst uit onderneming. Dit verschil zit voornamelijk in de omvang van de activiteiten, de risico’s, en het aantal opdrachtgevers. Wil er sprake kunnen zijn van een te belasten resultaat uit overige werkzaamheden, dan moet het voordeel zijn gerealiseerd door middel van het verrichten van een dienst of een werkzaamheid in het economische verkeer met het oogmerk (en een redelijke verwachting) om hier voordeel mee te behalen. Het begrip ‘normaal vermogensbeheer’ speelt bij de scheiding tussen beleggen en de resultaten uit overige werkzaamheden ook een belangrijke rol. Voordelen die het normaal vermogensbeheer te boven gaan, kunnen dus belast worden als resultaat uit overige werkzaamheid. Enkele voorbeelden hiervan zijn;

  • het aanwenden van voorkennis of daarmee vergelijkbare bijzondere vormen van kennis;
  • ‘het uitponden van een onroerende zaak’, dit houdt in dat men een complex van onroerende zaken koopt of splitst in appartementsrechten met het doel om deze afzonderlijke delen te verkopen.

 

Verlies op vordering

Als een bepaald vermogensbestanddeel in een bepaalde box expliciet is vrijgesteld van belastingheffing, heeft de hoofdregel tot gevolg dat het betreffende vermogensbestanddeel niet meer mag worden meegenomen bij het bepalen van het inkomen in een volgende box. In bepaalde situaties wordt dit onwenselijk geacht, bijvoorbeeld bij de aftrek van een rente van een schuld of bij het lijden van een verlies op een vordering. Hier kan de vraag ontstaan in welke box de belastingplichtige dit verlies mag aftrekken. In de Wet inkomstenbelasting 2001 is bepaald dat wanneer het verlies niet aftrekbaar is in box 1, men het betreffende verlies wel mag meenemen bij het bepalen van de heffingsgrondslag in box 3. Gaat het om een ib-ondernemer dan is dit verlies alleen aftrekbaar in box 1 als hij de lening heeft verstrekt binnen het kader van de normale uitoefening van zijn onderneming. Binnen dit kader valt in beginsel niet de verstrekking van een lening uit liquide middelen van de onderneming voor doeleinden welke aan de onderneming vreemd zijn. Hierop wordt een uitzondering gemaakt voor gevallen waarbij sprake is van een belegging van tijdelijk overtollige liquide middelen op een zodanige wijze dat redelijkerwijze moet worden aangenomen dat de belegde middelen tijdig weer in de onderneming beschikbaar zullen zijn.

 

Risicovolle beleggingen

De Hoge Raad heeft onlangs weer benadrukt dat de ib-ondernemer het verlies op risicovolle beleggingen niet ten laste van de winst kan brengen. Het ging in deze zaak om een vrouw die samen met haar echtgenoot een tandartsenpraktijk in de vorm van een vennootschap onder firma dreef. De vof had middelen die binnen de onderneming tijdelijk overtollig waren aan een derde uitgeleend. Er waren geen zekerheden bedongen of gesteld ten aanzien van die vordering en de vordering hield evenmin verband met de bedrijfsuitoefening. De vof leed op een gegeven moment een verlies op de vordering en trok deze af van de winst. Volgens de Hoge Raad had de inspecteur deze aftrek terecht geweigerd, want er was sprake van een risicovolle belegging. De aan dergelijke beleggingen verbonden risico’s waren namelijk een gevolg van een buiten de ondernemingssfeer gelegen keuze. Daarom mochten de ondernemers de resultaten uit deze belegging niet aan de onderneming toerekenen.

 

Wet: artikel 3.8 Wet IB 2001

Meer informatie: Hoge Raad, 23 november 2012, LJN: BY3899

Filed Under: Financiële planning, IB-ondernemer, Nieuws, Verdieping, Winst uit onderneming

Reageer
Vorige artikel
Wet uitstel van betaling exitheffingen uitgesteld
Volgende artikel
1600 gevallen onrechtmatig gebruik titel ‘accountant’

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

partners-aanslag

Keuzeverdeling fiscaal partnerschap en box 3 niet te wijzigen na onherroepelijke aanslag

De onderlinge verdeling van box 3 en de keuze voor het hele jaar fiscaal partnerschap kunnen na onherroepelijk vaststaande aanslagen niet meer worden aangepast.

Aangfite Inkomstenbelasting

Zorgen over uitvoerbaarheid Wet tegenbewijsregeling box 3

De Tweede Kamer blijft ongerust over de tegenbewijsregeling box 3. In de Kamer heersen grote zorgen over de uitvoerbaarheid. Dat bleek tijdens een Kamerdebat. Een van de zorgen is het ontbreken van een kostenaftrek voor particuliere vastgoedbeleggers.  De ChristenUnie heeft daarom samen met het CDA een amendement ingediend om de aftrek alsnog toe te voegen.... lees verder

kennisgroepstandpunt BOR aandelen

Kapitaalverzekering met lijfrenteclausule belast bij expiratie in 2020 volgens overgangsrecht

De rechtbank oordeelt dat een uitkering uit een kapitaalverzekering met lijfrenteclausule in 2020 moet worden belast als periodieke uitkering. De belastingplichtige slaagt er niet in aan te tonen dat de polis al in 2013 is geëxpireerd of dat de saldomethode tot een lagere heffingsgrondslag leidt.

Nieuwe definitie startups in Wet werkelijk rendement box 3 en aandelenoptieregeling voor werknemers

Het kabinet werkt aan een nieuwe definitie van startups en introduceert een gunstigere aandelenoptieregeling voor werknemers. Staatssecretaris Van Oostenbruggen stuurt de Tweede Kamer een Kamerbrief over het onderzoek naar een nieuwe definitie startups in Wet werkelijk rendement box 3 en aandelenoptieregeling voor werknemers in de loonheffingen.

box 3 rendement

Geen rechtsherstel box 3 2017/2018, want geen tijdig bezwaar

Een man meent dat uit een brief van de inspecteur blijkt dat de aanslagen over 2017/2018 alsnog zouden worden herzien, maar het hof oordeelt dat zonder tijdig bezwaar geen recht op rechtsherstel bestaat en wijst zijn beroep af.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

Masterclass Vermogen in box 1, 2 en 3: de afwegingen

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Masterclass Box 3 – veilig door het overbruggingsstelsel

Masterclass (excessief) lenen van en aan de BV

Opleidingen

Online cursus afwaarderen en kwijtschelden van vorderingen

Nationaal Congres BelastingZaken 2025

Opleidingen

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

Masterclass Bedrijfswaardering

Online cursus Staken van de onderneming: (turbo)liquidatie, WHOA liquidatie akkoord

Stoomcursus Tax accounting

AGENDA

Sterk in je werk: Mindfulness, communicatie, focus en veerkracht

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Online cursus Eindejaarstips

Online cursus Familiestichting en family governance

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Online cursus Gebruikelijk loon 2025

Verdiepingscursus Internationale estate planning

Online cursus Technisch aanmerkelijk belang

Online cursus Btw en de verleggingsregeling

Stoomcursus Tax accounting

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?


Wilt u een correct e-mailadres invullen?

Inschrijving bevestigen

We hebben u een e-mail gestuurd met daarin een bevestigingslink. Nadat u op deze link heeft geklikt is uw inschrijving bevestigd. Indien u binnen 15 minuten geen e-mail in uw inbox aantreft, controleer dan alstublieft uw spam folder.

Jouw inschrijving is voltooid

Hartelijk dank voor jouw inschrijving voor nieuwsbrief Taxence. Je ontvangt binnenkort jouw eerste nieuwsbrief. Indien je je wilt afmelden kun je gebruik maken van de afmeldlink die in elke nieuwsbrief is opgenomen.

×