• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

NTFR
  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Herziening Nederlandse rulingpraktijk per 1 januari 2019

23 februari 2018 door Anne-Marie Noordenbos

Staatssecretaris Snel van Financiën stuurde de Tweede Kamer de resultaten van het onderzoek naar rulings met een internationaal karakter. Taxence vroeg mr. Dick van Sprundel, advocaat – belastingadviseur bij Herreveld Van Sprundel & Partners B.V. en verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam om een reactie.

'Als belangrijkste punten zie ik dat de foutenmarge van de rulings niet erg hoog is en dat de staatssecretaris van Financien de rulingpraktijk wil herzien. Door de Procter & Gambleruling heeft de Audit Dienst van het Rijk een intern onderzoek gestart naar de afspraken die de Nederlandse belastingdienst heeft gemaakt met belastingplichtigen, de zogeheten rulings. In dit onderzoek zijn de procedurele aspecten van circa 4.500 rulings onderzocht. Daarbij is op ongeveer 1,5% van de rulings iets aan te merken. Hoewel het streven uiteraard altijd een 100% score zou moeten zijn, is een score van 98,5% van de rulings waarop niets valt op te merken een hele mooie score .

 

Hoog niveau Belastingdienst

Deze interne bevindingen van het de Audit Dienst van het Rijk onderschrijven een eerder onderzoek van de Europese Commissie naar het Nederlands rulingbeleid. De Europese Commissie constateerde destijds dat ‘Nederland doorgaans werkt met een grondige beoordeling op basis van uitgebreide informatie’ waardoor men het Nederlandse rulingbeleid als goed beoordeelde. Met name de politiek klaagt over de Belastingdienst, maar ik ben van mening dat we eigenlijk erg trots op de belastingdienst mogen zijn. Vergeleken met buitenlandse belastingdiensten heeft de Nederlandse belastingdienst een hoog niveau op meerdere vlakken en werkt de fiscus zorgvuldig. In dit kader merk ik nog op dat de staatssecretaris bij zijn reactie op de commotie bij de Procter & Gamble ruling mijns inziens de desbetreffende inspecteur overigens wel meer in bescherming had mogen nemen. Immers, ten tijde van het toenmalige beleid was de inspecteur niet verplicht om voor dit specifieke geval bindend advies bij het APA/ATR te vragen. Ook was toen een tweede handtekening niet benodigd. Een veranderende tijdgeest rechtvaardigt een dergelijke behandeling met terugwerkende kracht niet en daarom had de staatssecretaris de inspecteur juist moeten steunen.

 

Een ander belangrijk punt is dat de staatssecretaris wenst dat de nieuwe vormgeving van de rulingpraktijk per 1 januari 2019 staat. Ik begrijp deze termijn en de datum van 1 januari 2019 is logisch: ’niet alleen treedt de anti-belastingontgaansrichtlijn van de Europese Commissie in werking, ook het zogenaamde multinationaal instrument is dan van kracht. Ook andere fiscaal relevante overgangstermijnen eindigen dan’.

 

Alleen rulings voor bedrijven met toegevoegde waarde

Tegelijkertijd wil de staatssecretaris dat alleen bedrijven die echte toegevoegde waarde hebben in Nederland een ruling kunnen krijgen. Ik onderschrijf deze wens, maar veel internationale bedrijven in Nederland zijn klein begonnen. Tijdens de opstart is soms samengewerkt met een trustkantoor om na de opstartfase voor veel echte werkgelegenheid in Nederland te zorgen. Het is logisch dat in lijn met eerdere onderzoeken een verscherping van de substance-eisen wordt onderzocht. Hiervoor is de staatssecretaris voornemens een adviesgroep met externe onafhankelijke experts in te stellen die als klankbord dient bij deze herziening. Dit lijkt mij een goede zaak. In het verleden zijn al goede stappen gezet.

 

Zo is de rulingpraktijk in 2001 fors herzien en zijn daarnaast in 2008 en 2014 diverse besluiten in dit kader uitgevaardigd. Recentelijk zijn, per 1 januari 2018, twee nieuwe relevante substance eisen ingevoerd, te weten een loonkosten- en een kantoorruimtecriterium. De eerste eis houdt in dat een in Nederland gevestigde vennootschap een bedrag aan loonkosten betaalt van ten minste € 100.000 en de tweede impliceert dat een in Nederland gevestigde buitenlandse vennootschap een eigen kantoor dient in te richten en dat deze buitenlandse belastingplichtige dit kantoor daadwerkelijk gebruikt. Door de globalisering en internationalisering en de veranderende tijdsgeest is herijking gewenst. Voorkom echter dat ondoordacht te harde maatregelen worden genomen die Nederland als internationaal hoofdkantoorland schaden. Koester kwalitatieve dienstverlening.

 

Doorlooptijd rulings

Als laatste punt de doorlooptijd van de rulings: uit jaarverslag APA/ATR team 2017 (bijlage V bij de kamerbrief) blijkt dat een verzoek om goedkeuring van een rulingverzoek gemiddeld 66,5 dagen duurt, terwijl dat vroeger 49,4 dagen was. Het zou aardig zijn als het een APA/ATR team een versterking wordt gegund waardoor APA/ATR deze doorlooptijd tot bijvoorbeeld zes weken zou kunnen verkorten. Meer budget zou een snellere looptijd mogelijk kunnen maken zonder dat de kwaliteit eronder leidt. Een dergelijke ontwikkeling zou ook goed zijn voor Nederland!’

 

In de Tax Talks-uitzending van 20 februari 2018 gaat Dick van Sprundel ook in op dit onderwerp. Bent u nog geen abonnee? Neem dan nu een kennismakingsabonnement voor slechts € 49!

Meer informatie: Kamerbrief rulings met internationaal karakter, 18 februari 2018

Filed Under: Fiscaal nieuws, Internationaal & Europees recht, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Navordering IACK onterecht
Volgende artikel
Aanpassing fiscale structuren noodzakelijk

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

UBO-register

Internetconsultatie Wijzigingsbesluit toegang UBO-registers natuurlijke personen en rechtspersonen met legitiem belang

Het ministerie van Financiën is een internetconsultatie gestart over het Wijzingingsbesluit toegang UBO-registers voor natuurlijke personen en rechtspersonen met een legitiem belang.

Nederland mag loon van Portugese uitzendkrachten belasten

Een Portugese vennootschap detacheert in 2016 werknemers naar een project in Nederland van een Belgische nv, terwijl de werknemers minder dan 183 dagen in Nederland verblijven en op de Portugese loonlijst staan. Het hof past het materiële werkgeversbegrip uit art. 15, lid 2, verdrag Nederland–Portugal toe en oordeelt dat de Belgische nv de materiële werkgever is, omdat de werknemers onder haar gezag werken en de loonkosten functioneel aan de Nederlandse vaste inrichting zijn toe te rekenen. Daardoor komt de beloning ten laste van de Nederlandse vaste inrichting, zijn de cumulatieve voorwaarden van art. 15, lid 2, niet vervuld en heeft Nederland heffingsrecht; het hoger beroep van de Portugese vennootschap is ongegrond.

malta

Misbruikbepaling verdrag Nederland-Malta treft Maltese objectvrijstelling

De Hoge Raad bevestigt dat de objectvrijstelling in Malta voor niet‑geremitteerde vermogenswinsten een ‘bijzondere regeling’ is in de zin van artikel 30 van het verdrag Nederland‑Malta. Daardoor mag Nederland de in Nederland behaalde vermogenswinsten van de Maltese bv in de heffing van vpb betrekken.

Nederland en Thailand sluiten nieuw belastingverdrag

Nederland en Thailand hebben een nieuw belastingverdrag ondertekend. Het vernieuwde verdrag bevat afspraken om belastingontwijking tegen te gaan en moderniseert de bestaande bepalingen. Daarnaast krijgt Nederland opnieuw het recht om belasting te heffen over pensioeninkomsten van Nederlanders die in Thailand wonen.

meldingsplicht grensoverschrijdende constructies

EC publiceert tweede evaluatie DAC

De Europese Commissie heeft de tweede evaluatie gepubliceerd van de DAC (Directive Administrative on Cooperation).

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×