Spoedmaatregelen FE roepen veel vragen op

De spoedmaatregelen om het lek in het regime van de fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting te dichten zijn behoorlijk complex. Dit bleek ook tijdens de PE-Pitstop Spoedmaatregelen Fiscale Eenheid van 25 juni 2018.

Ruijschop stelt al snel vast dat de spoedmaatregelen eigenlijk zijn gebaseerd op drijfzand. Dit komt doordat men de fiscale eenheid (FE) voor de vennootschapsbelasting voor de toepassing van bepaalde wetsartikelen moet wegdenken zonder temporele beperking. Dat wil zeggen dat men in eerste instantie moet doen alsof er nooit een fiscale eenheid is geweest. De werkelijkheid is natuurlijk dat er wel een FE is geweest en dat deze gevolgen heeft gehad. Ook de Belastingdienst erkent in de Uitvoeringstoetsen bij het wetsvoorstel spoedreparatie fiscale eenheid dat deze maatregelen ingrijpend zijn en problematisch in de handhaving.

Problemen door ontbreken temporele beperking

Doordat de reparatiemaatregelen geen temporele beperking hebben, kunnen vennootschappen al snel tegen problemen aanlopen. Ruijschop noemt de renteaftrekbeperking bij besmette transacties als voorbeeld. Zelfs als de besmette transactie lang geleden heeft plaatsgevonden, kan de spoedmaatregel de renteaftrek beperken! Een ander probleem doet zich voor als de topmaatschappij binnen een FE een renteloze lening verstrekt aan een tussenholding om een kapitaalstorting te doen. Men moet de FE wegdenken voor de renteaftrekbeperking bij besmette transacties, maar niet voor de toepassing van het arm’s length-beginsel. Ruijschop meent daarom dat sprake is van een niet-aftrekbare geïmputeerde rente die de totale fiscale winst verhoogt. Nu kan compenserende heffing uitkomst bieden. Dit kan zelfs goed gaan als de schuldeiser behoort tot de FE en na de voeging de lening is verstrekt, mits hij geen voorvoegingsverliezen heeft en de FE geen verrekenbare verliezen heeft.