
De Tweede Kamer wil dat ondernemen vanuit de bijstand gestimuleerd wordt en niet afgestraft. Wanneer zzp’ers in de bijstand hun spaargeld investeren in de eigen onderneming, wordt dit als inkomen gezien en de uitkering direct gekort, terwijl van inkomsten nog geen sprake is. De Tweede Kamer heeft een motie aangenomen om te regelen dat eigen investeringen in de eigen onderneming niet als inkomen worden gezien.
Participatiewet in balans
De Tweede Kamer heeft 22 april ingestemd met het wetsvoorstel Participatiewet in balans. In het wetsvoorstel staan ruim twintig maatregelen om de wet op korte termijn te vereenvoudigen en verbeteren. Het is een eerste stap op weg naar een fundamentele herziening van de Participatiewet
De maatregelen zijn onder andere gericht op het aantrekkelijker maken van werk naast een uitkering, zoals het uniformeren van de bijverdiengrenzen als mensen gaan werken naast de uitkering. En het bufferbudget, waardoor schommelingen door wisselende inkomsten uit werk kunnen worden opgevangen. Daardoor krijgen mensen meer financiële zekerheid als ze naast hun uitkering aan het werk gaan. Ook wordt het eenvoudiger voor mensen om een bijstandsuitkering aan te vragen.
Gemeenten krijgen de ruimte om het wetsvoorstel Participatiewet in balans in stappen in te voeren. Het kabinet kijkt samen met onder meer de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) naar de termijn van invoering per maatregel. De inzet is dat de eerste maatregelen per 1 januari 2026 in kunnen gaan. Dit is mede afhankelijk van de behandeling van de wet door de Eerste Kamer.
Een complex verhaal: a) we willen geen zzp’ers meer dus gaan we stimuleren dat bijstandsgerechtigden maar zzpér gaan worden. b) het hebben van spaargeld (boven de plaatselijke norm) leidt tot korting, niet het investeren van dat spaargeld. c) kapitaal is gewoon vermogen en telt dus even gewoon mee d) op het inkomen dat wordt verstrekt zal door de (veelal)gemeente uiteindelijk het bijstandstarief Loonheffing worden toegepast, dit verdraagt zich niet met de winst uit onderneming e) als 1 of 2 jaar na afloop van het kalenderjaar de inkomsten uit de onderneming bekend zijn zal ook worden afgerekend met de Toeslagen f) van de extra ondersteuning die sommigen, via een omweg, denken te geven zal blijken dat dat ook gewoon belast is waardoor de “Achteraf Afreken Ramp” (AAR) nog meer wordt vergroot. g) Voordat omvang van de AAR bekend is zijn zomaar 2 of 3 jaar verstreken.