• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Tijdvak omzetbelasting

26 oktober 2021 door Remco Latour

In beginsel doet een btw-ondernemer per kwartaal aangifte omzetbelasting. Onder voorwaarden kan hij ook maandelijks of jaarlijks aangifte doen.

Kwartaal- en maandaangifte

In beginsel is het tijdvak voor de btw-aangifte een kwartaal. Een btw-ondernemer kan de Belastingdienst verzoeken om een aangiftetijdvak van een maand te hanteren. Als de fiscus dit verzoek toewijst, gaat de wijziging in bij de start van het nieuwe aangiftetijdvak. De inspecteur kan ook zelf besluiten om een btw-ondernemer de plicht op te leggen om maandelijks aangifte te doen. De fiscus zal dat bijvoorbeeld doen als de ondernemer de neiging heeft om te laat aangifte te doen of te laat betaalt. Heeft een btw-ondernemer zelf ervoor gekozen om maandelijks aangifte te doen? Dan kan hij na verloop van tijd de Belastingdienst verzoeken om weer kwartaalaangifte te mogen doen.

Jaaraangifte

Eventueel kan een ondernemer verzoeken om een jaar te hanteren als aangiftetijdvak. De inspecteur zal in principe zo’n verzoek alleen toewijzen als de btw-ondernemer voldoet aan alle volgende voorwaarden:

  • Hij betaalt per jaar minder dan € 1.883 aan btw;
  • De ondernemer heeft geen vergunning om de btw-heffing bij invoer te verleggen;
  • Hij is een natuurlijk persoon of een combinatie van natuurlijke personen. Daarbij valt bijvoorbeeld te denken aan een maatschap van natuurlijke personen;
  • De ondernemer heeft per jaar voor minder dan € 10.000 aan intracommunautaire leveringen;
  • Per jaar verleent hij voor minder dan € 10.000 aan intracommunautaire diensten;
  • Hij heeft per jaar voor minder dan € 10.000 aan intracommunautaire verwervingen; en
  • Per jaar neemt hij voor minder dan € 10.000 af aan intracommunautaire diensten.

Verbreken voorwaarden jaaraangifte

Een ondernemer die jaaraangifte omzetbelasting mag doen, kan ook verzoeken om terug te keren naar het doen van de kartaalaangifte of maandaangifte. De Belastingdienst zal uit eigen beweging overgaan tot het veranderen van het aangiftetijdvak als de ondernemer niet meer voldoet aan de voorwaarden van de jaaraangifte. De inspecteur zal de ondernemer hierover per brief inlichten.

Beoordeling per tijdvak

Btw-ondernemers mogen niet zomaar ervan uitgaan dat de acceptatie van de aangifte in het ene tijdvak betekent dat de fiscus de aangifte van het voorafgaande tijdvak ook accepteert. In een zaak voor Hof Arnhem-Leeuwarden trok een man in zijn aangifte omzetbelasting over 2016 de btw op advieswerkzaamheden af. Het advies ging over de verkoop van geërfde aandelen. Ook had de man de btw op de verbouwingskosten van een bakhuis in een kantoor afgetrokken. Aanvankelijk accepteerde de Belastingdienst de aftrek van voorbelasting over 2016. De fiscus accepteerde eveneens de aftrek van voorbelasting over 2017.

Toezegging zag op ander tijdvak

Naderhand constateerde de Belastingdienst dat de man te veel voorbelasting over 2016 had afgetrokken en legde de man een naheffingsaanslag op. De man meende dat hij aan uitlatingen van de inspecteur vertrouwen kon ontlenen dat hij de opgegeven voorbelasting mocht aftrekken. De desbetreffende uitlatingen zagen echter op het tijdvak 2017, zo merkte het hof op. Deze uitlatingen wekten daardoor geen vertrouwen op voor het jaar 2016.

Wet: art. 19 AWR en art. 13 Wet OB 1968

Regeling: art. 25 UR AWR 1994

Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 12 oktober 2021 (gepubliceerd 22 oktober 2021), ECLI:NL:GHARL:2021:9551, 20/00478 en 20/00479

Filed Under: BTW & overdrachtsbelasting, Nieuws, Verdieping, Verdieping

Reageer
Vorige artikel
Hefboommechanisme nodig voor lucratief belang
Volgende artikel
Aanvullend commentaar NOB Belastingplan 2022 en Wetsvoorstel tegengaan mismatches toepassing zakelijkheidsbeginsel

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

woningbouw kavel

Woningtarief bij sloopwoning op meerdere percelen: civielrechtelijk eigendom gebouw beoordelen

De Hoge Raad oordeelt in de samenhangende zaken 24/02648 en 24/02649 over de vraag of de door X verkregen bouwkavels, waarop respectievelijk een zeer klein deel (circa 1%) en een groot deel (circa 55%) van de voormalige woning, een deel van de buitenmuur en een deel van het terras liggen, als woning in de zin van art. 14 lid 2 Wet BRV 1970 zijn aan te merken.

dienstbetrekking

Geen fiscale eenheid omzetbelasting door ontbreken financiële verwevenheid tussen stichting en bv

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een stichting en een bv geen fiscale eenheid voor de btw vormen, omdat de stichting niet de meerderheid van de zeggenschapsrechten heeft. De naheffingsaanslag omzetbelasting blijft in stand.

subsidie VvE isolatie

Prejudiciële vraag aan HvJ: vormt overdracht verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen

Is de overdracht van een verhuurd appartementencomplex een overgang van een algemeenheid van goederen? De Hoge Raad legt hierover prejudiciële vragen voor aan het HvJ, met name over de toepassing van artikel 37d Wet OB 1968 bij vrijgestelde verhuur en de rol van de intentie van de verkoper.

crypto box 3 jongere

Geen aftrek voorbelasting bij cryptotransacties met uitsluitend EU-klanten

De rechtbank oordeelt dat een cryptoplatform geen recht heeft op aftrek van voorbelasting voor diensten aan buiten de EU gevestigde partijen, als alle klanten binnen de EU wonen. De naheffingsaanslagen omzetbelasting over 2017 en 2018 blijven in stand.

Strikte toepassing grens startersvrijstelling bij overdracht woning

Een koper van een woning die net boven de grens voor de startersvrijstelling zit, moet de volledige overdrachtsbelasting betalen. De rechtbank volgt strikt de wet en ziet geen ruimte voor uitzondering, ook al is het verschil met de waardegrens gering.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Overdrachtsbelasting

Online cursus Btw-aangifte

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×