• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Geïmputeerde rente van 3,554% is redelijk

2 augustus 2017 door Remco Latour

Bij het toetsen of een beleggingsdeelneming is onderworpen aan een redelijke winstbelasting, dient men soms rekening te houden met geïmputeerde renten. Wie meent dat de Belastingdienst deze rente op een te hoog bedrag stelt, zal een lagere rente aannemelijk moeten maken.

Zo probeerde onlangs een B.V. voor Hof Arnhem-Leeuwarden aannemelijk te maken dat haar belang in een Ierse vennootschap een kwalificerende beleggingsdeelneming vormde. Het geschil was al voor de Hoge Raad gekomen die de zaak had doorverwezen (zie: ‘HR: toetswinst redelijke heffing omvat valutaresultaten’ ). Een van de resterende geschilpunten was een renteloze lening die de Ierse dochtermaatschappij had verstrekt aan een gelieerde Ierse vennootschap. Volgens de B.V. was een rentevergoeding van nihil zakelijk. De inspecteur meende echter dat een rente van 3,554% zakelijk was. Het hof was het eens met de Belastingdienst.

 

Actuele koers

Verder oordeelde het hof dat men voor de berekening van de valutakoersresultaten op een andere, in dollars verstrekte lening moest uitgaan van de actuele koers op de fiscale eindbalans. Deze regel vloeide voort uit het feit dat deze vordering direct opeisbaar was. Door deze correcties steeg de toetswinst en constateerde het hof dat de effectieve belastingdruk 3,95% bedroeg. Omdat dus niet was voldaan aan de onderworpenheidstoets, vielen de voordelen uit de deelneming niet onder de deelnemingsvrijstelling.

 

Wet: artikel 13, negende, tiende en elfde lid Wet Vpb 1969

Meer informatie: Hof Arnhem-Leeuwarden 4 juli 2017 (gepubliceerd 28 juli 2017), ECLI:NL:GHARL:2017:5534

Filed Under: Fiscaal nieuws, Nieuws, Vpb & Div.bel

Reageer
Vorige artikel
EC: Belgische en Franse havens ook Vpb-plichtig
Volgende artikel
Oostenrijk wil Europese aanpak belastingfraude

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Mededeling toepassing aftrek wegens fictieve loonkosten

Het ministerie van Financiën heeft een mededeling gepubliceerd over de toepassing van de hardheidsclausule wegens fictieve loonkosten door een stichting die namens sportverenigingen kantine exploiteert.

Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd

De staatssecretaris van Financiën heeft het Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd.

verruiming exportkredietverzekeringen

Geen teruggaaf dividendbelasting voor buitenlandse beleggingsfondsen ondanks beroep op EU-recht

Buitenlandse beleggingsfondsen krijgen geen teruggaaf van Nederlandse dividendbelasting. Het hof volgt de lijn van de Hoge Raad en ziet geen schending van het vrije kapitaalverkeer.

lening zakelijk

Lening aan gelieerde vennootschap onzakelijk; rentevordering wel aftrekbaar door gewekt vertrouwen

De rechtbank oordeelt dat de door de bv verstrekte lening onzakelijk is en daarom niet ten laste van de winst mag worden afgewaardeerd. Wel mag de bv, vanwege een duidelijke toezegging van de inspecteur, de rentevorderingen in aftrek brengen.

verlies houdsterbeschikking

Standpunt voortgezette onderneming en staking binnen fiscale eenheid (liquidatieverliesregeling)

De Kennisgroep deelnemingsvrijstelling heeft een vraag beantwoord over de toepassing van de liquidatieverliesregeling in het geval een onderneming van een niet tot de fiscale eenheid behorende deelneming van de belastingplichtige binnen de fiscale eenheid is voortgezet door een gevoegde dochtermaatschappij en op termijn binnen die fiscale eenheid wordt gestaakt.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Online cursus afwaarderen & kwijtschelden van vorderingen

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×