• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

HR oordeelt weer dat ongerealiseerde koerswinst belast is

5 augustus 2024 door Remco Latour

De Hoge Raad heeft drie uitspraken van hof Den Haag over de vermogensrendementsheffing van box 3 (deels) vernietigd. Daarbij heeft de Hoge Raad onder andere bevestigd dat ongerealiseerde koerswinsten belast zijn.

In een van de drie zaken heeft het hof de box 3-heffing verminderd door uit te gaan van het werkelijke rendement. Daarbij heeft het hof ongerealiseerde koerswinsten buiten beschouwing gelaten (NTFR 2023/1945). De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het hof omdat ook niet-gerealiseerde koerswinsten in aanmerking moeten worden genomen. Dit blijkt ook uit eerdere rechtspraak. Zie NTFR 2024/1001 en ‘Ongerealiseerde waardestijging vastgoed belast in box 3’. Daardoor is het werkelijke rendement in 2017 en 2018 hoger dan het box 3-inkomen zoals door de inspecteur is vastgesteld. Daarom bestaat geen aanleiding tot vermindering van de aanslagen. Wat betreft het verzoek van de belegger om een rentevergoeding overweegt de Hoge Raad dat dit niet voor het eerst in cassatie is te doen en overigens hier überhaupt moet worden afgewezen. Zie ook NTFR 2024/1003 en ‘Over ten onrechte betaalde box 3-heffing geen rentevergoeding’.

Overtollig ondernemingsvermogen was banktegoed in box 3

Een andere zaak betreft een man die in 2017 en 2018 een onderneming drijft. De man heeft in zijn aangifte IB/PVV 2018 € 626.797 aan liquide middelen gerekend tot zijn ondernemingsvermogen. De inspecteur heeft bij het opleggen van de aanslag hiervan een bedrag van € 441.796 als overtollig aangemerkt en tot box 3 gerekend. Hof Den Haag is daarin meegegaan en heeft vervolgens het box 3-inkomen met toepassing van de Herstelwet berekend op € 22.277. Zie ook ‘Box 3-heffing over overtollige liquide middelen verlaagd’. Volgens de Hoge Raad heeft het hof het box 3-inkomen incorrect berekend. Omdat de overtollige liquide middelen bestaan uit banktegoeden en men het voordeel dan op 0,12% moet stellen, bedraagt het box 3-inkomen slechts € 514. Verder heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het hof ook hier ten onrechte een vergoeding heeft toegekend voor het rentenadeel dat door de onverschuldigde betaling van belasting is geleden.

Participatie in transparant fonds

In de derde zaak participeerde een man in een beleggingsclub. Niet in geschil is dat de beleggingsclub fiscaal transparant is, omdat het een besloten fonds voor gemene rekening is. Dit brengt mee dat de participatie van de man voor de inkomstenbelasting telt als zijn eigen bezittingen en schulden. Voor de vaststelling van het werkelijk rendement in box 3 is dan bepalend wat in enig jaar de inkomsten waren uit, en de waardeontwikkelingen van zijn aandeel in de bezittingen en schulden van het fonds. Volgens de Hoge Raad heeft het hof daarbij ten onrechte ongerealiseerde vermogenswinsten niet in aanmerking genomen. Zie ‘Bewezen rendement is uitgangspunt rechtsherstel’ voor meer informatie over het hofoordeel. De Hoge Raad verwijst de zaak om de man de gelegenheid te geven het werkelijke rendement aannemelijk te maken.

Wet: art. 5.2 Wet IB 2001

Bronnen: Hoge Raad 2 augustus 2024, ECLI:NL:HR:2024:1084, 23/04313, Hoge Raad 2 augustus 2024, ECLI:NL:HR:2024:1085, 23/04644 en Hoge Raad 2 augustus 2024, ECLI:NL:HR:2024:1086, 23/00643

Masterclass Box 3 – veilig door het overbruggingsstelsel

Box 3 blijft in beweging en daarmee ontstaan veel onzekerheden, maar ook kansen. De 6 juni arresten leiden de facto tot invoering van een box 3 kader met heffing op basis van werkelijk rendement vanaf 2021. Voor belastingplichtigen ontstaat een gunstige keuze; toepassing herstelkader / overbruggingswet in jaren met een hoog rendement en toepassing werkelijk rendement in jaren met een laag rendement.

Wat moet je doen als adviseur voor je klanten?  Wanneer is bezwaar zinvol? Hoe werkelijk rendement te berekenen? 

Meer informatie en inschrijven

Filed Under: Financiële planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Lees 1 reactie
Vorige artikel
Accountant hoeft niet pro-actief fiscaal advies te geven
Volgende artikel
Verlies op certificaten in werkgever is geen negatief loon

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

speciaal vignet voor grensarbeiders; coronacrisis

Nederland mag gedeeltelijk heffen over in België belaste pensioenuitkeringen

Rechtbank Zeeland - West-Brabant oordeelt dat Nederland het heffingsrecht heeft over een Aegon-uitkering en een deel van een Honeywell-uitkering, ondanks een eerdere vrijstellingsverklaring.

bezwaarschrift

Wetsvoorstel verlenging transitieperiode naar nieuwe pensioenstelsel aangenomen

De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel tot wijziging van de Pensioenwet, de Wet op de loonbelasting 1964 en enige andere wetten in verband met de verlenging van de transitieperiode naar het nieuwe pensioenstelsel aangenomen.

Tweede Kamer

Tweede Kamer verwerpt heel nipt pensioenvoorstel NSC

De Tweede Kamer heeft het pensioenplan van NSC verworpen. De fractie van Denk gaf de doorslag: 73 Kamerleden stemden tegen, 72 stemden voor bij de hoofdelijke stemming. 

muntenverzameling

A-G: geen motiveringsplicht voor toepassing judiciële lus

Het hof heeft de judiciële lus toegepast zonder die toepassing te motiveren. De A-G buigt zich over de vraag of het hof de toepassing van de judiciële lus moet motiveren.

Verjaring aanslagen box 3: aanslagen 2021 en 2022 dit jaar definitief opgelegd

Bij de publicatie van het wetsvoorstel tegenbewijsregeling box 3 heeft de Belastingdienst aangekondigd om dit jaar voor de jaren 2021 en 2022 definitieve aanslagen op te leggen. De Belastingdienst doet dit omdat deze aanslagen aan het einde van dit jaar zullen verjaren.

Comment (1)

  1. Blackthorne says

    6 augustus 2024 at 00:36

    Stel ik heb 100k in bitcoin. Er komt een bull market. De prijs gaat 10x en m’n bitcoin is nu 1M waard, op het peilpunt 1 januari.

    Dat is 900k ongereliseerde winst. De belastingdienst verlangt van mij dat ik daar eventjes 36% (324k) over af ga tikken.

    Nu komt er een bear market, en mijn bitcoin is nu 300k waard, op het moment dat ik mijn vermogens(aanwas)belasting moet betalen.

    Nu mag ik al m’n bitcoin uitcashen, die ik al jaren vasthoud, en dan zit ik nog met een schuld van 24k.

    Dit soort onteigening lijkt mij een misdaad tegen de mensheid.

    Beantwoorden

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Box 3 – veilig door het overbruggingsstelsel

Online cursus toepassing box 3 in de praktijk

Masterclass (excessief) lenen van en aan de BV

Masterclass Actualiteiten vermogensstructurering 2025

Specialisatieopleiding Vermogensstructurering

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?


×