Een Belgische belastingplichtige die voor 50% eigenaar is van een Nederlandse woning, krijgt bij de rechtbank een gedeelte van de eigenwoningrente toegestaan op basis van een pas in beroep overgelegd Belgisch bankuittreksel.
Een in België wonende man is voor 50% eigenaar van een Nederlandse woning samen met een partner. Hij heeft in zijn aangifte IB/PVV over 2020 € 2.224 aan eigen woningrente en € 20.474 aan financieringskosten in aftrek gebracht voor een hypotheek van € 239.000 bij KBC Bank. Ook heeft hij aanspraak gemaakt op inkomensafhankelijke combinatiekorting (iack). De inspecteur weigerde de eigenwoningaftrek volledig omdat de man niet kon aantonen dat de kosten werkelijk waren betaald, ondanks herhaalde verzoeken om onderbouwing.
Attest toont werkelijk betaalde rente aan
Rechtbank Zeeland-West-Brabant wijst de man gedeeltelijk in het gelijk. In de beroepsfase legt hij alsnog een Belgisch attest van KBC Bank over, gedateerd 21 februari 2021. Dit attest toont aan dat hij in 2020 daadwerkelijk € 2.223,60 aan rente heeft betaald op de hypotheek. Omdat de man voor 50% eigenaar is van de woning, is de rente aftrekbaar tot een bedrag van € 1.112. De rechtbank oordeelt dat de lening kwalificeert als eigenwoningschuld omdat deze is aangegaan voor aankoop van de woning.
Geen recht op iack en proceskosten
Voor de gevorderde financieringskosten van € 20.474 heeft de man geen betalingsbewijzen of ander bewijs overgelegd. Deze kosten wijst de rechtbank dan ook af. Ook wordt de aanspraak op iack afgewezen omdat de man niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij in 2020 een minderjarig kind in zijn huishouden had. Ten slotte wijst de rechtbank een proceskostenvergoeding af. De man had het bankuittreksel al eerder kunnen overleggen toen de inspecteur daarom vroeg, maar heeft dit pas gedaan in de beroepsfase.
Wet: art. 3.119a, art. 3.120, art. 3.123 en art. 8.14a Wet IB 2001






Geef een reactie