In geschil is of sprake is van gebruikte auto’s en daarom Bpm verschuldigd is met vermindering op grond van artikel 10 van de Wet Bpm. De door eiseres genoemde omstandigheden, zoals het tijdsverloop tussen vervaardiging en registratie, vormen echter geen aanleiding om de auto’s alsnog als gebruikt aan te merken. De rechtbank gaat verder voorbij aan het verzoek van eiseres om prejudiciële vragen…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2020:2521&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie