Artikel 33, vierde lid, van de Invorderingswet 1990. Disculpatiemogelijkheid. Door zijn medevennoot op non-actief gestelde vennoot (belanghebbende) wordt aansprakelijk gesteld voor daarna ontstane belastingschulden van de vof. Belanghebbende heeft naar het oordeel van het Hof het bewijs geleverd dat hem geen verwijt treft omtrent het niet (volledig) voldaan zijn van de belastingschulden. Dat belanghebbende zich pas na de aansprakelijkstelling heeft laten uitschrijven uit het handelsregister en dat hij partij is gebleven bij een bankcontract en bij een leaseovereenkomst van de vof, alsmede dat hij de Ontvanger niet heeft geïnformeerd over zijn non-actiefstelling, doen aan ‘s Hofs oordeel niet af.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BZ0823
Geef een reactie