• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Tools & andere downloads
    • Verdieping
  • Thema’s
    • Adviseur
    • Arbeid & Loon
    • Auto
    • Belastingplan
    • Brexit
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Covid-19
    • Eenmanszaak of B.V.
    • Eindejaarstips
    • Estate planning
    • Financiële Planning
    • Formeel belastingrecht
    • Heffing lagere overheden
    • IB ondernemer
    • Internationaal & Europees recht
    • Vastgoed
    • Vpb & dividendbelasting
    • Winst uit onderneming
    • Woning
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Agenda
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Fiscaal en meer
    • Taxvice
    • Tax talks
    • Toolkits
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials

Artikel 13a SW sluit BOF niet uit, bezitseis wel

2 juni 2016 door Marieke Jansen Leave a Comment

Een aanmerkelijk belang dat door huwelijksvermogensrecht aan de echtgenoot toebehoorde en waarop artikel 13a SW van toepassing is, viel in fiscale zin niet onder het vermogen van erflaatster. De bezitseis stond toepassing van de BOF dus in de weg.

In deze zaak hield een echtpaar dat was gehuwd in gemeenschap van goederen alle aandelen in een bv. Bij overlijden van de echtgenote verkreeg de echtgenoot 10% van de tot de nalatenschap behorende aandelen. Door vrijval van pensioen- en lijfrenteverplichtingen bij overlijden nam de waarde van de aandelen in de bv toe, welke de inspecteur op grond van artikel 13a Successiewet (SW) in aanmerking nam als belaste verkrijging. Hij weigerde hierop echter de bedrijfsopvolgingsfaciliteit (BOF), terecht volgens de rechtbank. Dat op grond van artikel 13a SW de waardestijging (en niet de waarde) van de aandelen wordt belast, maakt volgens de rechtbank niet dat de BOF niet op de verkrijging van toepassing kan zijn. Aan toepassing staat ook niet in de weg dat de echtgenoot al gerechtigd was tot de aandelen. Artikel 13a fingeert immers een verkrijging voor de SW en schakelt de BOF-artikelen niet uit. Er bestond echter geen recht op toepassing van de BOF omdat niet werd voldaan aan de bezitseis. Het aanmerkelijk belang dat op grond van het huwelijksvermogensrecht aan de echtgenoot kon worden toegerekend en waarop in dit geval artikel 13a SW van toepassing was, had in fiscale zin namelijk niet tot het vermogen van erflaatster behoord. Ook uit de wetsgeschiedenis blijkt niet dat de wetgever heeft beoogd de BOF van toepassing te laten zijn op een fictieve verkrijging op grond van artikel 13a SW met voorbijgaan aan de bezitseis.

Wet: artikel 13a, 35c en 35d Successiewet 1956

Meer informatie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 13 april 2016 (gepubliceerd 27 mei 2016), ECLI:NL:RBZWB:2016:2212

Vorige artikel
Bestuurder mocht niet vertrouwen op deskundigheid boekhouder
Volgende artikel
Brief pensioen in eigen beheer uitgesteld

Filed Under: Estate Planning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reader Interactions

Recente berichten

‘Aanpak financiële uitbuiting ouderen schiet tekort’

The perfect crime wordt het wel genoemd: financiële uitbuiting van ouderen omdat de daders er makkelijk mee wegkomen.

Online aangifte schenk- en erfbelasting vanaf 1 maart mogelijk

De aangifte erfbelasting voor een overlijden in 2021 of de aangifte schenkbelasting over een schenking in 2021 kan vanaf 1 maart via de online aangifte in Mijn Belastingdienst.

Tijdens huwelijk geld schenken

Verdeling vermogens echtgenoten niet mogelijk na overlijden

Bestaat na het overlijden van de eerste echtgenoot op grond van de huwelijkse voorwaarden geen ruimte meer om de vermogens van de echtgenoten te verdelen?

Verklaring en bankafschrift bewijzen gepinde gift wel

Voor donateurs die per pinbetaling een gift doen is het raadzaam om naast een verklaring van de algemeen nut bogende instelling een bankafschrift te hebben.

Pas periodieke gift echtpaar bij voldoende overlijdensrisico

Als een periodieke schenking mede afhankelijk is van het leven van de langstlevende echtgenoot, moet het overlijdenrisico minimaal 1% zijn.

Geef een reactie Antwoord annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Zoeken

AGENDA

PE-Pitstop Samenhang testament, statuten & aandeelhoudersovereenkomst bij bedrijfsopvolging

Masterclass Familiestatuut bij bedrijfsopvolging

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Online cursus opstellen, adviseren en doorbreken van huwelijkse voorwaarden

Specialisatieopleiding Estate Planning

Recent nieuws

Opbrengst paard geen ROW

Aanpassing verschoningsrecht raakt ook belastingadviseurs

Korting verlaagt grondslag overdrachtsbelasting niet

Coronasteun en nu fors terugbetalen

Ozb en afvalstoffenheffing flink gestegen

Meer berichten

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Agenda
  • Tools en andere downloads
  • Vacatures
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • Fiscaal en meer
  • Taxvice
  • Tax Talks
  • Sdu Covid-19
  • Contact
  • Linkedin
  • Twitter
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

Aanmelden

×