• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Geen afwaardering van vordering op failliete dochter

30 oktober 2014 door Giniraynha Poulina

Een moedermaatschappij die een vordering op haar dochter wil afwaarderen, kan niet alleen volstaan met de stelling dat sprake is van een dreigend faillissement van haar dochter. Ze moet deze stelling, zeker als zij na een herinnering en aanmaning geen aangifte heeft gedaan, overtuigend kunnen onderbouwen.

Zo wilde een bv een vordering van ruim vier ton op haar dochtermaatschappij afwaarderen vanwege een dreigend faillissement van die dochter. Maar de inspecteur ging daar niet mee akkoord. De bv had namelijk geen aangifte vennootschapsbelasting gedaan over het jaar 2009 en kreeg daarom een ambtshalve aanslag inclusief een boete van € 2.460 opgelegd. De bv stelde dat de door de inspecteur geschatte belastbare winst van € 64.806, op basis van de winstgegevens uit 2006 en de omzetgegevens van 2009, onjuist was. Volgens de bv moest de vordering op haar dochter, gelet op haar faillissement in 2010, in 2009 ten laste van het resultaat worden afgewaardeerd, zodat de belastbare winst negatief € 299.368 beliep. Ook verklaarde de bv tijdens de zitting tevergeefs dat de activiteiten van de dochter wettelijk verboden zouden gaan worden in 2010 en dat de creditcardmaatschappijen geen diensten meer wensten te verlenen aan haar dochter. Het hof oordeelde dat de bv niet overtuigend had aangetoond dat al op balansdatum – ultimo 2009 – redelijkerwijs bekend was dat de door haar gestelde vorderingen op de dochter vanwege een dreigend faillissement niet volwaardig meer waren. Verder vond het hof de boete passend en geboden. De bv was in het verleden namelijk meermalen haar verplichting tot het voldoen van aangifte niet nagekomen. De Hoge Raad bevestigde deze hofuitspraak op 24 oktober 2014.

Meer informatie: Hoge Raad, 24 oktober 2014, ECLI:NL:HR:2014:3022

Filed Under: Fiscaal nieuws, Nieuws, Vpb & Div.bel

Reageer
Vorige artikel
Doe meteen een beroep op misidentificatie
Volgende artikel
Voorbelasting niet twee maal af te trekken

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Toepassing hardheidsclausule aftrek fictieve loonkosten

Het ministerie van Financiën heeft een mededeling gepubliceerd over de toepassing van de hardheidsclausule wegens fictieve loonkosten door een stichting die namens sportverenigingen kantine exploiteert.

Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd

De staatssecretaris van Financiën heeft het Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd.

verruiming exportkredietverzekeringen

Geen teruggaaf dividendbelasting voor buitenlandse beleggingsfondsen ondanks beroep op EU-recht

Buitenlandse beleggingsfondsen krijgen geen teruggaaf van Nederlandse dividendbelasting. Het hof volgt de lijn van de Hoge Raad en ziet geen schending van het vrije kapitaalverkeer.

lening zakelijk

Lening aan gelieerde vennootschap onzakelijk; rentevordering wel aftrekbaar door gewekt vertrouwen

De rechtbank oordeelt dat de door de bv verstrekte lening onzakelijk is en daarom niet ten laste van de winst mag worden afgewaardeerd. Wel mag de bv, vanwege een duidelijke toezegging van de inspecteur, de rentevorderingen in aftrek brengen.

verlies houdsterbeschikking

Standpunt voortgezette onderneming en staking binnen fiscale eenheid (liquidatieverliesregeling)

De Kennisgroep deelnemingsvrijstelling heeft een vraag beantwoord over de toepassing van de liquidatieverliesregeling in het geval een onderneming van een niet tot de fiscale eenheid behorende deelneming van de belastingplichtige binnen de fiscale eenheid is voortgezet door een gevoegde dochtermaatschappij en op termijn binnen die fiscale eenheid wordt gestaakt.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Online cursus afwaarderen & kwijtschelden van vorderingen

Online cursus Vennootschapsbelastingplicht stichtingen & verenigingen

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×