• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

NTFR
  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Renteaftrekbeperking inderdaad in strijd met EU-recht

26 februari 2018 door Hans de Ruijter

Volgens het Hof van Justitie van de EU is het Nederlandse regime van de fiscale eenheid in strijd met de EU-regels. Op een ander punt, het niet aanmerking nemen van koersverliezen op deelnemingen, is de Nederlandse wetgeving echter wel in lijn met de Europese regelgeving.

De Hoge Raad had in twee zaken prejudiciële vragen gesteld aan het Europees Hof. De vragen hadden betrekking op het Nederlandse fiscale eenheidsregime in combinatie met de renteaftrekbeperking van artikel 10a Wet Vpb en de deelnemingsvrijstelling. In beide zaken ging het om de vraag of de Nederlandse regelgeving in strijd is met de vrijheid van vestiging. In de eerste zaak ging het om een Nederlandse B.V. die rente was verschuldigd was aan een Zweedse concernvennootschap. De B.V. was de lening aangegaan in verband met een kapitaalstorting in een Italiaanse dochtervennootschap. Volgens de fiscus was hier de renteaftrekbeperking tegen winstdrainage van toepassing. Had men een fiscale eenheid kunnen vormen, wat volgens de Nederlandse regelgeving in grensoverschrijdende situaties niet mogelijk is, dan zou men niet tegen deze renteaftrekbeperking zijn aangelopen. Hier oordeelt het EU Hof dat inderdaad sprake is van strijd met de vrijheid van vestiging. Een verschil in behandeling tussen zuiver Nederlandse concernsituaties en grensoverschrijdende situaties hoeft niet in strijd met de EU-regelgeving te zijn als dit wordt gerechtvaardigd door dwingende redenen van algemeen belang, maar geen van de door Nederland aangevoerde argumenten overtuigden het Hof. Niet duidelijk is gemaakt dat het risico van kunstmatige constructies met als doel rente over eigen vermogen in aftrek te brengen in nationale situaties minder groot is dan in grensoverschrijdende situaties.

 

Geen aftrek wisselkoersverlies

De andere zaak betrof een Nederlandse N.V. die een verlies op een deelneming als gevolg van wisselkoersschommelingen in aftrek wilde brengen. Een dergelijk verlies werd op grond van art. 13 lid 1 Vpb 1969 geweigerd. Ook hiervan wil de Hoge Raad weten of dit in strijd is met de vrijheid van vestiging. Het Hof oordeelt dat de Nederlandse wetgeving wel in overeenstemming is met de EU-regels. De deelnemingsvrijstelling  heeft onder meer tot gevolg dat zowel de waardestijgingen als de waardedalingen van een deelneming die voortvloeien uit het koersverloop van een vreemde munteenheid waarin de waarde van die deelneming is uitgedrukt, bij het bepalen van de winst buiten aanmerking blijven. Volgens het Hof kan uit de bepalingen van het VWEU inzake de vrijheid van vestiging niet worden afgeleid dat een lidstaat zijn fiscale bevoegdheid asymmetrisch zou moeten uitoefenen om verliezen wel aftrekbaar te maken terwijl positieve resultaten niet zouden worden belast.

 

Het HvJ EU volgt hierbij het advies van de advocaat-generaal (A-G) van 25 oktober 2017. De spoedreparatiemaatregelen die het kabinet op die datum heeft aangekondigd worden naar verwachting in het tweede kwartaal van 2018 als wetsvoorstel aan de Tweede Kamer aangeboden.

 

Wet: artikelen 10a, 13 en 15 Wet Vpb 1969

Verdrag: artikelen 49 en 54 VWEU

 

Dit bericht wordt later aangevuld met een commentaar van Ruud de Smit MSc, docent aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Meer informatie: Hof van Justitie van de EU 22 februari 2018, nrs. C-398/16 en C-399/16

Filed Under: Fiscaal nieuws, Internationaal & Europees recht, Nieuws, Vpb & Div.bel

Reageer
Vorige artikel
Aanpassing fiscale structuren noodzakelijk
Volgende artikel
Herstel omissie innovatiebox

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

minimumbelasting

Standpunt correctie acute belastinglast uit pre-Pijler 2-verslagjaar

De Kennisgroep Pijler 2 heeft een standpunt gepubliceerd over de verwerking van een belastingbate in verband met een aanpassing van de acute belastinglast over het verslagjaar 2021, zijnde een verslagjaar dat ligt voor de inwerkingtreding van de Wet minimumbelasting 2024.

malta

Werkelijke leiding Nederlandse adviseurs doorslaggevend voor vestigingsplaats

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat een vennootschap in Nederland belastingplichtig blijft als Nederlandse adviseurs kernbeslissingen nemen, ondanks formele zetelverplaatsing naar Malta. De statutaire bestuurder op Malta trad slechts uitvoerend op.

ministerie financien

Fiscaal verzamelbesluit 2025

De staatssecretaris van Financiën heeft het Fiscaal Verzamelbesluit 2025 gepubliceerd.

cadeaubon

Standpunt bijkomstige werkzaamheden en fbi-regime

De Kennisgroep bijzondere winstbepalingen vpb heeft een vraag beantwoord over de toepassing van het regime voor fiscale beleggingsinstellingen als bedoeld in artikel 28 Wet Vpb 1969. De vraag ziet op ‘bijkomstige werkzaamheden die rechtstreeks verband houden met beleggingen in vastgoed’ in de zin van artikel 28, derde lid, onderdeel e, Wet Vpb 1969.

Standpunt uitlenen van gelden en fbi-regime

De Kennisgroep bijzondere winstbepalingen vpb heeft een vraag beantwoord over de toepassing van het regime voor fiscale beleggingsinstellingen als bedoeld in artikel 28 Wet Vpb 1969. Het gaat om de vraag wat wordt verstaan onder ‘uitlenen van gelden die van derden zijn ingeleend’ in de zin van artikel 28, derde lid, onderdeel d, Wet Vpb 1969.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Opleidingen

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Online cursus Vennootschapsbelastingplicht stichtingen & verenigingen

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

AGENDA

Online cursus Estate planning voor de AB-houder & inkomstenbelasting

Masterclass verantwoord adviseren: Ethiek als kompas in de fiscaliteit

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

Verdiepingscursus DGA-advisering

Leergang Erfrecht

Stoomcursus Estate planning praktisch ingezet

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Mindful het nieuwe jaar in

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×