• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Restauranthouders houden kater over aan omzetbelasting

12 november 2019 door Michel Halters

Volgens de Hoge Raad maakt het niet uit of het verstrekken van alcoholhoudende dranken onderdeel uitmaakt van een dienst waarbij het verstrekken van voedingsmiddelen voorop staat. Verstrekking van alcoholhoudende dranken is altijd onderworpen aan het hoge btw-tarief.

Een B.V. exploiteerde een horecagelegenheid, bestaande uit een restaurant, een lounge-bar en een terras. Daarnaast had de B.V. zalen die zij beschikbaar stelde voor feesten en zakelijke bijeenkomsten. Klanten konden bij de horecaexploitant terecht voor een lunch of diner, kleine hapjes (fingerfood) of uitsluitend een (alcoholhoudend) drankje. Bij de Hoge Raad is in geschil of de B.V. het hoge algemene tarief moet berekenen over de verstrekking van alcoholhoudende drankjes of het lage tarief van (thans) 9%. De exploitant is van mening dat het verstrekken van voedingsmiddelen en alcoholhoudende drank in een restaurant één dienst vormt, waarbij het verstrekken van voedingsmiddelen voorop staat en de verstrekking van alcoholhoudende drank daarin opgaat.

 

Volgens de richtlijn

De Hoge Raad oordeelt op grond van de totstandkomingsgeschiedenis van de Europese btw-richtlijn dat de Nederlandse wetgever er volgens die richtlijn voor kon kiezen om de verstrekking van alcoholhoudende dranken uit te zonderen van het verlaagde btw-tarief en daarvoor ook heeft gekozen. Of sprake is van één dienst bestaande uit het verstrekken van voedingsmiddelen en alcoholhoudende drank, waarbij de verstrekking van alcoholhoudende drank opgaat in het verstrekken van voedingsmiddelen, is niet relevant. Ook kan volgens de Hoge Raad niet worden gezegd dat de Nederlandse wetgever de richtlijn verkeerd heeft geïmplementeerd. Nederland heeft op een correcte wijze gebruikgemaakt van de bevoegdheid om de verstrekking van alcoholhoudende dranken uit te zonderen van toepassing van het verlaagde tarief.

 

Wet: art. 9 en post b.12 Tabel I Wet OB 1968, en post 12bis bijlage III, BTW-richtlijn 2006

Meer informatie: Hoge Raad 8 november 2019, ECLI:NL:HR:2019:1724

Filed Under: BTW & overdrachtsbelasting, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Tipgeversbewijs kan toch geldig zijn
Volgende artikel
Oud, maar nog niet helemaal afgeschreven

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

sloop woning

Geur woning geen onvoorziene omstandigheid, geen verlaagd OVB

Een echtpaar moet het 8%-tarief overdrachtsbelasting betalen omdat zij de aangekochte woning niet bewonen vanwege niet te verhelpen geur. Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat de geur geen onvoorziene omstandigheid is, omdat kopers nader onderzoek hadden moeten doen.

KOR

Abusievelijke aanvraag KOR leidt toch tot belastingplicht

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een gemachtigde bevoegd was om deelname aan de kleineondernemersregeling aan te vragen. De naheffingsaanslag is terecht, ondanks dat de aanvraag abusievelijk was gedaan.

landbouwnormen 2023

Landbouwnormen: normen en richtlijnen voor eigen verbruik beschikbaar

De Landelijke Landbouwnormen voor eigen verbruik en richtlijnen voor privégebruik voor 2025 zijn nu beschikbaar.De Landelijke Landbouwnormen voor eigen verbruik en richtlijnen voor privégebruik voor 2025 zijn nu beschikbaar.

handel computers

A-G: Geen pleitbaar standpunt bij opzettelijke btw-carrouselfraude

A-G Van Kempen concludeert dat een ondernemer die zelf bewust deelneemt aan een btw-carrousel en daarbij valse documenten verstrekt, zich niet kan beroepen op een pleitbaar standpunt

A-G: splitsingsvrijstelling overdrachtsbelasting geldt ook bij OZR-aandelenverkrijging

A-G Wattel concludeert dat de splitsingsvrijstelling van overdrachtsbelasting ook van toepassing is op de verkrijging van aandelen die bij een juridische splitsing worden uitgereikt, ook als daardoor een OZR ontstaat.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Online cursus Btw-aangifte

Masterclass Overdrachtsbelasting

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

AGENDA

Online cursus Estate planning voor de AB-houder & inkomstenbelasting

Masterclass verantwoord adviseren: Ethiek als kompas in de fiscaliteit

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

Verdiepingscursus DGA-advisering

Leergang Erfrecht

Stoomcursus Estate planning praktisch ingezet

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Mindful het nieuwe jaar in

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×