• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

NTFR
  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Schumacker-arrest niet correct verwerkt in Nederlandse wet

20 mei 2022 door Remco Latour

tweede huis in Frankrijk

Betaalt een buitenlandse EU-belastingplichtige met Nederlands inkomen door regels ter voorkoming van dubbele belasting geen belasting in zijn woonstaat? Dan is het mogelijk dat Nederland een deel van het negatieve inkomen uit de buitenlandse eigen woning in aftrek moet toestaan.

Een gepensioneerde man woonde samen met zijn echtgenote in Frankrijk. De man genoot in 2015 inkomsten uit Nederland. Daarbij ging het om een AOW-uitkering van € 9.801 en een pensioen van € 13.054 van Stichting Pensioenfonds ABP. Zijn echtgenote ontving uit Nederland een AOW-uitkering van € 9.605. Daarnaast genoot zij een pensioenuitkering van € 2.985 die was belast in Frankrijk. Hoewel de man geen kwalificerende buitenlandse belastingplichtige (kbb) was, trok hij wel de negatieve inkomsten uit zijn eigen woning en Frankrijk af. Hij deed daarbij een beroep op het Schumacker-arrest. Volgens de man had hij in 2015 geen inkomstenbelasting in Frankrijk betaald. Frankrijk mocht namelijk alleen heffen over zijn AOW-uitkering en zijn Franse belastingvrije som (‘le seuil d’imposition’) bedroeg € 27.240. Maar de Belastingdienst stond de aftrek van de negatieve inkomsten uit eigen woning niet toe. De man kreeg daarom een navorderingsaanslag inkomstenbelasting opgelegd.

Geen aftrek op grond van Nederlands recht

Wanneer de man beroep aantekent tegen de naheffingsaanslag, stelt Hof Den Bosch vast dat de man op grond van de Nederlandse wet- en regelgeving geen kbb is. Om kbb te zijn moet namelijk zijn wereldinkomen voor 90% zijn belast in Nederland. De man voldoet niet aan die voorwaarde. Op grond van een uitbreiding van het begrip kbb zou hij ook een kbb zijn als hij aannemelijk kan maken dat hij vanwege de geringe hoogte van zijn inkomen in Frankrijk geen inkomstenbelasting is verschuldigd. Men voldoet echter niet aan deze voorwaarde als door de werking van de regels ter voorkoming van dubbele belasting feitelijk geen inkomstenbelasting is verschuldigd in het woonland.

Berekening aftrek negatief inkomen uit eigen woning

De volgende vraag is of de Nederlandse wetgever met de voorwaarden voor de kbb het Unierecht correct heeft geïmplementeerd. Het hof oordeelt dat dit niet het geval is. Daarbij wijst het hof erop dat de man en zijn echtgenote in Frankrijk geen belasting zijn verschuldigd. Hun in Frankrijk belastbare inkomen is onvoldoende om alle in Frankrijk geldende tegemoetkomingen die verband houden met de persoonlijke en gezinssituatie in aanmerking te nemen. Daarom moet Nederland als werkstaat voor een deel de Nederlandse tegemoetkomingen bieden. Het hof berekent dit aandeel door het belast gezinsinkomen in de werklidstaat te delen door het wereldinkomen. In dit geval is dat aandeel dus € 13.054 / (€ 9.801 + € 13.054 + € 9.605 + € 2.985) x 100% = 36,8%.

Bijlage met de lijn van het hof

Overigens merkt het hof op dat het Schumacker-arrest vele vragen oproept. Het hof heeft geprobeerd deze vragen te benoemen en een lijn uit te zetten waartegen de vragen zijn te beantwoorden. Bij zijn uitspraak heeft het hof een bijlage opgenomen waarin het de relevante rechtspraak en opgekomen vragen uiteenzet. In deze bijlage geeft het hof ook meer uitleg over zijn keuzes, antwoorden en de stappen die het heeft genomen.

Wet: art. 7.8, zesde lid Wet IB 2001

Besluit: art. 21bis Uitv besl IB 2001

Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 18 mei 2022 (gepubliceerd 19 mei 2022), ECLI:NL:GHSHE:2022:1574, 21/00740

Online cursus ontwikkeldingen internationaal belastingrecht

Filed Under: Fiscaal nieuws, Internationaal & Europees recht, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Matiging boete voor verbreking koop na betere deal verkoper
Volgende artikel
HR komt belastingplichtigen massaalbezwaar verder tegemoet

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

minimumbelasting

Standpunt berekening inkomen-inclusiebijheffing bij interne overdracht van een laagbelaste groepsentiteit

De Kennisgroep Pijler 2 heeft een vraag beantwoord over de berekening van het bedrag aan inkomen-inclusiebijheffing ingeval van een overdracht, binnen dezelfde groep, gedurende het verslagjaar, van een laagbelaste groepsentiteit door een in Nederland gevestigde moederentiteit aan een andere moederentiteit die gevestigd is in een andere staat.

zwanger-werknemer

Standpunt Verdrag NL – BEL en heffingsrecht WAZO-uitkeringen ivm zwangerschaps-, bevallings- en ouderschapsverlof

De Kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH aanslag heeft een standpunt ingenomen over de toepassing van het belastingverdrag tussen Nederland en België bij uitkeringen op grond van de Wet arbeid en zorg in verband met zwangerschaps-, bevallings- en ouderschapsverlof en aanvullingen van de werkgever daarop.

Standpunt over zelfstandige die als docent werkt en Verdrag NL-BEL

De Kennisgroep IBR IB niet-winst/LB/PH aanslag heeft een standpunt ingenomen over het lerarenartikel in het belastingverdrag Nederland - België. De vraag ziet op een zelfstandige die als docent werkt voor een Nederlandse onderwijsinstelling en vervolgens na twee jaar in dienst treedt als docent bij dezelfde onderwijsinstelling.

azerbedjan

Standpunt kwalificatie huurbetalingen machine onder Verdrag Nederland–Azerbeidzjan

De Kennisgroep IBR Vpb & winst heeft de vraag beantwoord of huurbetalingen voor een machine onder het Verdrag Nederland–Azerbeidzjan kwalificeren als royalty’s.

minimumbelasting

Standpunt correctie acute belastinglast uit pre-Pijler 2-verslagjaar

De Kennisgroep Pijler 2 heeft een standpunt gepubliceerd over de verwerking van een belastingbate in verband met een aanpassing van de acute belastinglast over het verslagjaar 2021, zijnde een verslagjaar dat ligt voor de inwerkingtreding van de Wet minimumbelasting 2024.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Masterclass Pillar 2 – Wet minimumbelasting 2024 (Pijler 2)

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

AGENDA

Webinar voorjaarsnota & vooruitblik Belastingplan 2026

Online cursus Estate planning voor de AB-houder & inkomstenbelasting

Masterclass verantwoord adviseren: Ethiek als kompas in de fiscaliteit

Online cursus ViDA – btw in het digitale tijdperk

Verdiepingscursus DGA-advisering

Leergang Erfrecht

Stoomcursus Estate planning praktisch ingezet

Online cursus Schenken en lenen in familieverband

Mindful het nieuwe jaar in

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×