• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

Evaluatie: lage tarief in de Vpb beperkt doeltreffend en niet doelmatig

18 december 2024 door Anne-Marie Noordenbos

ondernemer vrouw

Het CPB beoordeelt het lage tarief in de Vpb als beperkt doeltreffend en niet doelmatig. Dit schrijft staatssecretaris Van Oostenbruggen in een Kamerbrief over de evaluatie van het lage tarief in de vennootschapsbelasting. Ook verstuurt hij de invoeringstoets ‘Vennootschapsbelasting verlaging schijfgrens naar € 200.000 en verhoging opstaptarief naar 19%’ uitgevoerd door de Belastingdienst.

Uitgaande van het doel ‘ondersteuning van het mkb’ is het lage vpb-tarief beperkt doeltreffend, omdat het maar een deel van het mkb bereikt. Een deel van het mkb wordt niet bereikt via het lage vpb-tarief, zoals ondernemingen die (nog) geen winst maken (jaarlijks 25-45%) en mkb-ondernemers in de inkomstenbelasting. Indien ondersteuning van het mkb politiek wenselijk is, ligt het voor de hand om dat op andere manieren te doen.

Het lage vpb-tarief is niet doelmatig omdat circa 45-60% van het belastingvoordeel neerslaat bij bedrijven buiten de doelgroep. Alle vennootschappen met winst vallen onder het lage tarief. Van het totale belastingvoordeel slaat 40-55% neer bij de doelgroep: het mkb. Het resterende deel komt toe aan andersoortige ondernemingen, zoals beleggingsvennootschappen en zelfstandigen zonder personeel. Daarnaast kunnen ongewenste neveneffecten de ondoelmatigheid versterken. Het verlaagd vpb-tarief kan bedrijfsbeslissingen verstoren, denk aan het opsplitsen van vennootschappen en beïnvloeding van de rechtsvormkeuze.

Stimuleren ondernemerschap kan gerichter

Uit de kwantitatieve analyse blijkt dat het vooral de hoge inkomens en meer vermogenden zijn die vennootschappen bezitten en voordeel hebben van het verlaagde tarief. Het stimuleren van ondernemerschap via beleid kan veel gerichter, waarbij de precieze doelstelling bepaalt welk instrument het meest geschikt is. De conclusies van deze evaluatie pleiten voor het laten vervallen van het lage vpb-tarief, maar niet noodzakelijk voor een lastenverzwaring voor ondernemers. Met het verlaagde tarief is budgettair in 2024 een bedrag van € 3 miljard gemoeid, dat ook op andere manieren ingezet kan worden voor het bedrijfsleven. Voorbeelden zijn een verlaging van het algemene vpb-tarief of een lager box-2-tarief op winstuitkeringen.

Invoeringstoets

De recente wijzigingen in de Vpb worden op zichzelf gezien als kleine wijzigingen met weinig impact. De informatie hierover vindt de onderzoeksdoelgroep duidelijk. Echter, binnen het grotere geheel van wijzigingen in de regelgeving, heeft het wel degelijk impact op de beleving van het ondernemersklimaat. Regelgeving verandert in de perceptie van de geïnterviewden en de doelgroep continu, waardoor het voor ondernemers steeds moeilijker wordt om een langetermijnvisie te ontwikkelen. Dit heeft een negatieve impact op het vertrouwen in de overheid.

De verstrekte informatie vanuit de Belastingdienst is goed. Wel is het voor fiscaal dienstverleners soms een uitdaging om door de grote hoeveelheid van informatie en jurisprudentie, meningen en notities te navigeren. De Belastingdienst kan hier op inspelen door de beschikbare informatie sneller beschikbaar te stellen. Er is behoefte aan meer consistent en bestendig overheidsbeleid. Al zijn de wijzigingen in de Vpb klein ten aanzien van het grotere geheel, het draagt bij aan de beeldvorming dat wet- en regelgeving constant veranderen.

De uitkomsten van deze onderzoeken worden de komende tijd gewogen. In de eerste helft van 2025 volgt een kabinetsreactie.

Bron: Evaluatie van het lage tarief in de vennootschapsbelasting en de invoeringstoets ‘Vennootschapsbelasting verlaging schijfgrens naar € 200.000 en verhoging opstaptarief naar 19%’, Ministerie van Financiën, 17 december 2024

Filed Under: Fiscaal nieuws, Nieuws, Vpb & Div.bel

Reageer
Vorige artikel
Betaalverzuimboetes btw e-Commerce hervat per 1 januari 2025
Volgende artikel
Geen aftrek voorbelasting voor bij ander verantwoorde omzet

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Toepassing hardheidsclausule aftrek fictieve loonkosten

Het ministerie van Financiën heeft een mededeling gepubliceerd over de toepassing van de hardheidsclausule wegens fictieve loonkosten door een stichting die namens sportverenigingen kantine exploiteert.

Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd

De staatssecretaris van Financiën heeft het Fondsenbesluit 2025 gepubliceerd.

verruiming exportkredietverzekeringen

Geen teruggaaf dividendbelasting voor buitenlandse beleggingsfondsen ondanks beroep op EU-recht

Buitenlandse beleggingsfondsen krijgen geen teruggaaf van Nederlandse dividendbelasting. Het hof volgt de lijn van de Hoge Raad en ziet geen schending van het vrije kapitaalverkeer.

lening zakelijk

Lening aan gelieerde vennootschap onzakelijk; rentevordering wel aftrekbaar door gewekt vertrouwen

De rechtbank oordeelt dat de door de bv verstrekte lening onzakelijk is en daarom niet ten laste van de winst mag worden afgewaardeerd. Wel mag de bv, vanwege een duidelijke toezegging van de inspecteur, de rentevorderingen in aftrek brengen.

verlies houdsterbeschikking

Standpunt voortgezette onderneming en staking binnen fiscale eenheid (liquidatieverliesregeling)

De Kennisgroep deelnemingsvrijstelling heeft een vraag beantwoord over de toepassing van de liquidatieverliesregeling in het geval een onderneming van een niet tot de fiscale eenheid behorende deelneming van de belastingplichtige binnen de fiscale eenheid is voortgezet door een gevoegde dochtermaatschappij en op termijn binnen die fiscale eenheid wordt gestaakt.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

PE-Pitstop Emigratie van de aanmerkelijk belanghouder

Online cursus Vennootschapsbelastingplicht stichtingen & verenigingen

Online cursus afwaarderen & kwijtschelden van vorderingen

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

Online cursus Wet Fiscaal Kwalificatiebeleid Rechtsvormen (incl. aanpassing FGR)

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×