Het SER-advies ‘ Arbeidsmigratie naar waarde – Minder waar het kan, beter waar het moet, focust op het creëren van een toekomstbestendig arbeidsmigratiebeleid in Nederland.
De SER benadrukt dat arbeidsmigratie van groot belang is voor het opvangen van arbeidstekorten, economische groei en het ondersteunen van de verzorgingsstaat. Tegelijkertijd signaleert de raad structurele knelpunten, zoals misstanden onder laagbetaalde arbeidsmigranten, onvoldoende samenhang tussen arbeidsmigratie en breed beleidsmatig arbeidsmarktbeleid, en gebrek aan sturing richting sectoren met grote maatschappelijke opgaven.
Het advies formuleert drie centrale doelen:
- Het verbeteren van de rechtspositie van laagbetaalde arbeidsmigranten, waaronder het optreden tegen misstanden en het bevorderen van goed werkgeverschap.
- Sturing van arbeidsmigratie richting sectoren die belangrijk zijn voor maatschappelijke transities, innovatie en brede welvaart.
- Beperking van druk op voorzieningen en waarborging van maatschappelijk draagvlak, onder andere door passende huisvesting en evenwichtige spreiding.
De SER werkt deze doelen uit in vier hoofdlijnen:
- Verbetering positie laagbetaalde arbeidsmigranten: De SER wil strenger optreden tegen uitbuiting, pleit voor hogere en omzetgerelateerde boetes, snellere stillegging bij misstanden, sterkere rol van vakbonden, een wettelijke inkomensgarantie en betere registratie en huisvesting.
- Bevorderen arbeidsbesparende technologie: Investeringen in technologie, automatisering en sociale innovatie moeten aantrekkelijker worden gemaakt om de afhankelijkheid van laagbetaalde migranten te verkleinen. Overheid, kennisinstellingen en sectoren moeten hier via innovatieconvenanten en gerichte streefcijfers samen optrekken.
- Investeren in arbeidspotentieel: Betere benutting van bestaande groepen in Nederland, zoals werklozen, deeltijders en mensen met migratieachtergrond (inclusief statushouders), via regionale infrastructuur, ondersteuningsprogramma’s, taalonderwijs en sociale begeleiding.
- Directe beïnvloeding instroom derde landen: Het beleid moet gericht zijn op het gericht aantrekken van kenniswerkers en vakkrachten in vitale sectoren, het tegelijk tegengaan van misbruik (zoals detacheringsconstructies), behoud en verdere ontwikkeling van buitenlands talent en het versterken van juridische bescherming van deze groepen.
Het rapport benadrukt dat beleid langs deze lijnen integraal, samenhangend en monitorbaar moet worden uitgevoerd, met inzet van sectoren, sociale partners en overheid. Alleen dan wordt arbeidsmigratie van waarde voor zowel maatschappij, economie als voor de migranten zelf.
Bron: SER, 2 oktober 2025





Geef een reactie