• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer
  • Nieuwsbrief
  • Contact

Taxence

Taxence

  • Nieuws & achtergrond
    • Nieuws
    • Branchenieuws
    • Blogs
    • Verdieping
  • Thema’s
    • AI & Tax Technology
    • Arbeid & Loon
    • Belastingplan
    • BTW & Overdrachtsbelasting
    • BV & DGA
    • Duurzaamheid (ESG & CSRD)
    • Estate planning
    • Alle thema’s
  • Opleidingen
    • AI & Tax Tech
    • ESG & CSRD
    • Estate Planning
    • BTW
    • Vastgoed
    • Internationaal
    • Arbeid & Loon
    • Formeel
    • Familiebedrijven
    • VPB
    • Pensioen
  • Carrière
    • Personalia
    • Vacatures
    • Vacature toevoegen
    • Partners
  • Vakinformatie
    • NDFR
    • Addify
    • JES! Knowledge
    • Fiscaal en meer
    • Tax talks
    • Vakblad Estate Planning
    • Specials
  • Kennisbank

EU-hof: al bij 60% werken in Nederland kan niet-inwoner hypotheekrenteaftrek claimen

15 februari 2017 door Marieke Jansen

Als in de woonstaat geen inkomen is om een aftrek in verband met de woning te gelde te maken, moeten de werklidstaten de aftrekposten pro rata toestaan. Het gaat dan om de verhouding van het aandeel van het inkomen dat men op het grondgebied van de werklidstaten ontvangt.

Naar aanleiding van zijn arrest van 22 mei 2015 stelde de Hoge Raad een aantal prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ) inzake het in Nederland claimen van persoonlijke aftrekposten voor een Spaanse eigen woning door een niet-inwoner. In vervolg daarop concludeerde Advocaat-Generaal Wathelet van het Europese Hof al dat de Schumacker-uitzondering in beginsel van toepassing kan zijn als een belastingplichtige het grootste deel van zijn inkomen in meerdere werkstaten ontvangt. Ook volgens het HvJ staat artikel 49 VWEU niet toe dat een lidstaat (in deze zaak Nederland) die aftrek van negatieve inkomsten uit een woning toestaat, het voordeel van die aftrek weigert aan een niet-ingezetene zelfstandige die daar 60% van zijn inkomen ontvangt en in de lidstaat waar zijn woning is gelegen (in deze zaak Spanje) geen inkomen heeft om de aftrek daar geldend te maken. In geval de zelfstandige werkt in meerdere lidstaten moet elk van de werklidstaten die dat belastingvoordeel toekennen, toestaan dat hij zijn recht op aftrek geldend maakt. Dit naar verhouding van het aandeel van zijn inkomen op het grondgebied van elke lidstaat. Een ‘werklidstaat’ is iedere lidstaat die heffingsbevoegdheid heeft voor arbeidsinkomen dat door een niet-ingezetene op zijn grondgebied wordt ontvangen, ongeacht waar de arbeid feitelijk wordt verricht. Dat een deel van het belastbare inkomen eventueel deels wordt ontvangen op het grondgebied van een derde staat (in deze zaak Zwitserland), verandert hier niets aan volgens het HvJ.

Reactie Hans de Vries

Taxence vroeg Hans de Vries, Senior manager Tax Global Employer Services bij Deloitte, om een reactie op deze uitspraak. 'De uitspraak van het hof past in de lijn van eerdere jurisprudentie en na de conclusie van de A-G is dit geen verrassing. Belangrijk is wel dat nu vaststaat dat een veel grotere groep buitenlandse belastingplichtigen in de Nederlandse aangifte inkomstenbelasting aanspraak kan maken op aftrekposten. Het hof maakt namelijk in deze uitspraak heel duidelijk dat daarvoor niet langer als voorwaarde kan gelden dan minimaal 90% van het wereldinkomen in Nederland belast mag worden, maar dat doorslaggevend is of in het woonland te belasten inkomen is. Als dat er niet is dan kunnen de Nederlandse aftrekposten (pro-rata) worden geclaimd. Hoewel de Hoge Raad nog uitspraak moet doen in deze zaak kan wel al een beroep worden gedaan op deze uitspraak door in de aangifte inkomstenbelasting aan te kruisen dat er sprake is van kwalificerende buitenlandse belastingplicht. Bij het tot stand komen van de regeling inzake kwalificerende buitenlandse belastingplicht heeft de wetgever al rekening gehouden met het feit dat jurisprudentie van het HvJ mogelijk zou kunnen leiden tot een uitbreiding van de doelgroep van de regeling. Dat is met deze uitspraak gebeurd.
Jammer van de uitspraak is dat het hof de laatste prejudiciele vraag niet heeft beantwoord omdat daarvoor in deze casus geen procesbelang was. De vraag was of nog relevant is of in het woonland via een systeem van verliesverrekening mogelijk in een later jaar wel een fiscaal voordeel van aftrekposten genoten kan worden. Deze vraag zal in de toekomst vast nogmaals aan het HvJ voorgelegd worden.'

Wet: artikel 49 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

Meer informatie: Hof van Justitie van de Europese Unie 9 februari 2017, C-283/15, ECLI:EU:C:2017:102

Filed Under: Arbeid & loon, Eigen woning, Fiscaal nieuws, Nieuws

Reageer
Vorige artikel
Geen safe haven bij enige ‘paralellie’ tussen interne en externe lening
Volgende artikel
Garagebox niet als vrijgestelde bergruimte te verhuren

Reader Interactions

Gerelateerde berichten

Ontslag; vergoeding; Belastingdient

Wettelijke rente over terugbetaalde ontslagvergoeding is negatief loon

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de wettelijke rente die de man moet betalen bij de terugbetaling van een ontslagvergoeding kwalificeert als negatief loon. De proceskostenvergoeding die hij aan zijn werkgever betaalt, hoort daar niet bij. Ook kan hij de ingehouden loonheffing niet in 2015 verrekenen.

renseigneringsverplichting

CNV wil fiscaal aantrekkelijke regeling voor scholing

Het kabinet moet snel inzetten op een fiscaal aantrekkelijke regeling voor scholing, nu er duizenden banen op de tocht staan, zo dringt CNV aan.

30%-regeling

Kabinet wil 30%-regeling nu niet verder versoberen

Het kabinet acht het, gelet op stabiliteit van het fiscale beleid en het vestigingsklimaat, niet passend om binnen de demissionaire status nu een wetsvoorstel in te dienen voor verdere versobering van de 30%-regeling.

binnenhof renovatie schijnzelfstandigheid

Geen meldingen van schijnzelfstandigheid bij renovatie Binnenhof bij RVB

Minister Keijzer reageert op Kamervragen over signalen van mogelijke schijnzelfstandigheid bij de renovatie van het Binnenhof.

Beoordeling ‘substantieel werk’ bij grensarbeid strikt op 25%-norm

De Hoge Raad oordeelt dat bij grensarbeid alleen arbeidstijd en/of loon meetellen voor de 25%-norm om te bepalen of iemand substantieel in de woonstaat werkt. Andere omstandigheden mogen niet meewegen.

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Primary Sidebar

Opleidingen

Webinar zzp dossier, wanneer is er wel of niet sprake van schijnzelfstandigheid?

Online cursus introductie participatieregelingen en lucratieve belangen

Masterclass Management- en werknemersparticipatie

Verdiepingscursus Internationale aspecten loonheffing

Online cursus Gebruikelijk loon 2026

Opleidingen

Masterclass in de Eigenwoningregeling

AGENDA

Stoomcursus Vastgoedrekenen en -financieren

Online Basistraining AI voor de fiscale praktijk

Cursus AI-Implementatie – Organiseren van AI-geletterdheid

Verdiepingscursus Aangifte erfbelasting

Masterclass Inbreng in en terugkeer uit de BV

Masterclass Fiscale aspecten fusies & overnames

AI Governance & Compliance: Veilige toepassing van AI in juridische/fiscale praktijk

Online cursus CV en bedrijfsopvolging

Stoomcursus Erfrecht – Civiel en fiscaal – Het hele erfrecht in één dag! 

Verdiepingscursus Erven en schenken

Meer opleidingen

Footer

  • Fiscaal nieuws
  • Opleidingen
  • Kennisbank
  • Vacatures
  • Over ons
  • Adverteren op Taxence
  • NDFR
  • JES! (ESG producten)
  • Fiscaal en meer
  • Addify
  • Tax Talks
  • Register Estate Planners (REP)
  • Contact
  • Linkedin
  • X
  • Facebook
  • Aanmelden nieuwsbrief
  • Naar Lefebvre Sdu Webshop

Taxence is een uitgave van
Lefebvre Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Lefebvre Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement en Cookiebeleid
lefebvre SDU

Het laatste nieuws van
Taxence in je mail?

×